83 HET TERREIN, HET LANDSCHAP EN DE TOPOGRAFISCHE KAART VAN NEDERLAND meer en niet minder dan een hypsometrisch, een topometrisch gegeven. Slechts bepaalde microreliefvormen, zoals steilrandjes, heuvels en terreininzinkingen worden aangeduid en wel met behulp van eenvoudige schrapjes. De in het zuidlimburgse heuvelland zo talrijke graften, terreinknikken ontstaan op perceelsgrenzen als gevolg van de land- bewerking, worden aangeduid met een getande lijn. Opmerkelijk is de weergave van het zo karakteristieke relief der zeecjninen. Door een bruine stippeling op de gele ondergrond, die het zand aanduidt, zijn de relief - elementen als zeereep, parabool- en kamduinen tot uitdrukking gebracht. Hier is onze topografische kaart wel het meest los gekomen van de topometrische zienswijze; hier klinkt het resultaat door van het geomorfologisch onderzoek, gesteund door luchtfoto- interpretatie. De weergave van de landduinen met behulp van eenvoudige schrapjes en wat hoogtepunten, is vergeleken met 3Te van de zeeduinen echter beslist pover te noemen. De fraaie uitbeelding der zeeduinen vormt, dunkt ons, een Stimulans om ook de resultaten van ander landschapsmorfologisch onderzoek en van het stadsmorfologisch onderzoek in het kaartbeeld tot uitdrukking te brengen. In middelgebergtelandschappen, zoals dat van Zuid-Limburg, waar horizontale vlak- ken afwisselen met hellende, en de overgang tussen deze beide soms vrij scherp is men spreekt wel van staccato-relief heeft het hoogtelijnenbeeld veelal grote zeggings- kracht. Buiten de stuwwallen, de duinen en Zuid-Limburg is ons land overwegend zeerl vlak en juist in dit vlakke land verliezen de hoogtelijnen vrij wel geheel hun waarde als steun bij de reliefanalyse, ze zijn hier bovendien ook minder betrouwbaar. Nu is het een alom bekend feit dat het 'vlakke' land niet zonder relief is, vooral het historisch- geografisch en het bodemkundig onderzoek hebben duidelijk gemaakt dat het hier aanwezige microrelief grote betekenis heeft voor de bewoning en bewerking van het terrein. Een goed voorbeeld vormt wel het microrelief van de Gelderse Vallei: läge, langgerekte ruggen, waarop akkerland, temidden van lagergelegen drassige graslanden; de hoogtelijnen beeiden dit relief echter slechts op gebrekkige wijze uit. Waar de karto- graaf van hooggebergten voor de steile, grillige rotspartijen een speciale rotstekening hanteert ook hier versaagt de hoogtelijn als uitdrukkingsmiddel van het relief daar vertoont de laaglandkartografie voor wat betreft de uitbeelding van het micro relief nog een leemte, welke moeilijk zal zijn op te vullen. In wezen ziet men hier wederom hoe een topometrische terreinweergave alleen niet voldoet bij het typeren van landschappelijke verschijnselen. Een goede reliefweergave vereist allereerst een systematische reliefclassificatie en tot nu toe is deze voor ons land als geheel nog niet tot stand gekomen. Het wachten is zelfs nog op het begin daarvan. Misschien mögen wij wel dankbaar zijn dat onze topo grafische kaart nog geen reliefschaduwing heeft, want eerst zal toch bekend moeten zijn wat in het licht en wat in het duister zal moeten worden geplaatst om de 'werkelijkheid' van het relief zo goed mogelijk te benaderen. Het dunkt ons goed er hier op te wijzen dat een goede reliefweergave meer gebaat is bij een functioneel-morfografische relief analyse dan bij een geomorfologische reliefanalyse waarbij de ontstaanswijze der vormen doelmerk is. De term functioneel-morfografische reliefanalyse vraagt enige toelichting. Het relief bestaat uit platte of gekromde vlakken met verschillende hellingen. Deze vlakken grenzen aan elkaar volgens convexe of concave, scherpe of minder scherpe knikken. Elk vlak heeft zijn eigen kenmerken, zowel in geologisch, bodemkundig, hy- drografisch, vegetatiekundig en (micro-)klimatologisch opzicht en biedt als zodanig aan de menselijke groep dus eigensoortige mogelijkheden en belemmeringen. AI de reliefelementen in de Engelse vakliteratuur wel aangeduid als 'flagstones' - tesamen vormen a.h.w. een moza'iek. In sommige landen, vooral in Duitsland, deed men al geslaagde pogingen om te komen tot een reliefkartering op deze, in wezen syneco- logische basis.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1966 | | pagina 15