aan een omringend agrarisch gebied zijn gebonden, terwijl de wat grotere Steden
wel afzonderlijk worden weergegeven (meynen legt de grens bij 20000 inwoners),
hoewel ook deze een binding met het omringende platteland hebben. In wezen is de
kartografische weergave van de bevolkingsdichtheid onoplosbaar; de sociaal-geo-
graaf en de kartograaf zullen hier moeten samenwerken om althans de beste bena-
dering van de gecompliceerde werkelijkheid te bereiken.
In het bovenstaande zijn een aantal moeilijkheden aangeroerd die zieh bij het ont-
werpen en uitvoeren van de thematische kaarten in de Atlas van Nederland hebben
voorgedaan. Op het eerste gezicht lijken het misschien losstaande gevallen, maar
men zal bemerkt hebben dat de oplossing van deze moeilijkheden zoveel mogelijk
is geschied in overeenstemming met algemene, kartografische en geografische be-
ginselen.
Thematische kaarten in de Atlas van Nederland
4000
2000
1000
2000
1000
500
200
100
50
Fig. 7. Links: fragment van de kaart Bevolkingsdichtheid in de atlas (gebied rondom Alkmaar,
1 600 000); aantal inwoners per km2, a: in bevolkingsconcentraties van 2000 inw., b:
niet in bevolkingsconcentraties van 2000 inw.
Rechts: bevolkingsdichtheid van geografische eenheden (globale schets); rnen ziet de
hogere dichtheden in de strook Alkmaar-Limmen, in de Langedijk en aan de binnenrand
van de duinen.
NOTEN
1Omgewerkt naar een voordracht van de schrijver voor de British Cartographic Society, New-
castle 1967 Carthographic Journal 5), ter perse.
2. c. u. m. smith, Moleculaire biologie, Aulaboeken 280, 1966.
3. Afgedrukt in Tijdschr. Kon. Ned. Aardr. Gen. 1963 (pp. 535-543), in verschillende prospectussen
en in de atlas zeit.
K.N.A.G. Geografisch Tijdschrift II (1968)