Orthofoto-fotokaart
In vrijwel alle landen ter wereld is een toenemende behoefte aan topografische
kaaiten waar te nemen. In de meer ontwikkelde landen, die reeds een eigen topo
grafische kaartering bezitten, uit zieh deze behoefte het sterkst in de vraag naar
grootschalige kaarten van recente datum ten behoeve van cultuurtechnische wer
ken, stadsuitbreidingen, wegenaanleg, e.d.
In de ontwikkelingslanden, die meestal niet over topografische kaarten van hun
grondgebied beschikken, bestaat grote behoefte aan een algemene basiskaartering
op b.v. de schaal 1 50 000, die voor meerdere doeleinden bruikbaar is, m.n. voor
de inventarisatie van de natuurlijke hulpbronnen en voor het opzetten en uitvoeren
van ontwikkelingsprojecten.
Bij de produetie van kaarten is vrijwel altijd de kartografische bewerking, het
tekenen of graveren, het generaliseren en het reproduceren, een zeer tijdrovende
faktor. In de meeste gevallen kan pas geruime tijd na de terreinopname het eind-
produkt aan de gebruiker ter beschikking worden gesteld. De snelle economische
en technische ontwikkeling vraagt echter om een kaartproduktie die met deze
ontwikkeling gelijke tred houdt. Met het oog hierop hebben de kartografen
voortdurend getracht hun procede's te versnellen. Voorbeelden daarvan zijn de
invoering van plastic tekeningdragers, de toepassing van het graveren op glas en
op folie, het 'stripmask'-procede, de moderne schriftmontage-technieken, de snel-
lopende offset-persen en vooral de laatste jaren het inschakelen van electronisch
gestuurde tekenmachines, pencilfollowers' e.d. AI deze technieken worden toege-
past bij de vervaardiging van lijnenkaarten. Het terrein wordt daarop in lijnen,
vlakken en Symbolen afgebeeld.
Sinds de toepassing van de fotogrammetrie, speciaal van de luchtfotogrammetrie,
is de kartograaf echter in het bezit gekomen van een afbeelding van het terrein
van geheel andere aard, n.l. een halftoon fotobeeld. Dit luchtfotobeeld nu geeft
de mogelijkheid om de gebruikers, die dit wensen, op zeer körte termijn een
terreinafbeelding in handen te geven, die aan vele van hun eisen zal voldoen. Wil
men, net als op een lijnenkaart, kunnen meten op deze luchtfoto, dan dient die
luchtopname nog een aantal bewerkingen te ondergaan die men uitvoert in de
fotogrammetrie.
In de fotogrammetrie onderscheidt men: a. enkelbeeld-fotogrammetrie en b. dub-
belbeeld-fotogrammetrie. Kan men mathematisch verantwoorde kaarten vervaar-
digen door gebruik van enkelvoudige luchtfotobeelden dan spreekt men van enkel-
beeld-lotogrammetrie, doch vereist het terrein, dat de foto's paarsgewijs (stereosco-
pische beeldparen) worden gebruikt, dan noemt men dat dubbelbeeld-foto-
grammetrie.
L. VAN ZUIJLEN
INLEIDING
FOTOGRAMMETRIE
Ir. l. VAN ZUIJLEN, Hoofdingenieur bij de Topografische Dienst en Wetenschappelijk Hoofd-
medewerker bij het ITC, beide te Delft.
K.N.A.G. Geografisch Tijdschrift II (1968)