o o o o De werkingsniveau's van de visuele variabelen worden in figuur 2 geresumeerd. Q Q De regels van de grafische voorstelling De grote verscheidenheid van grafische konstructies, binnen eenzelfde groep en eventueel van de ene groep tot de andere, hangt samen met de grote vrijheid waar- over men beschikt om iedere gegeven komponent weer te geven door een van de acht visuele variabelen of door een kombinatie van meerdere variabelen. De redakteur is vrij om bijvoorbeeld een geografische komponent weer te geven of wel door een enkele dimensie van het platte vlak (zo konstrueert hij een diagram) of door twee dimensies van het platte vlak (aldus ontstaat een kaart). Hij kan kiezen tussen het gebruik van de kleurenvariatie of die van de woorden. Honderd verschillende figuren konstrueren, uitgaande van eenzelfde informatie, vergt slechts geduld. Sommige konstructies verdienen de voorkeur wegens hun grotere doel- treffendheid. Het is de taak van de kaartredacteur deze konstructies te realiseren. Theorie van het beeld De doeltreffendheid van het beeld ('Pregnance' of 'efficacite') kunnen we als volgt definieren: Wanneer een bepaalde konstructie een kortere observatietijd vraagt dan een andere konstructie, dan is de eerste doeltreffender mits deze tevens een juist en volledig antwoord geeft op een bepaalde vraag. Dit is het begrip 'coüt mental' (geestesinspanning) van de waarneming, toegepast voor wat betreft de De grafische taal en de kartografie de vier werkingsniveau's associatief O gradatie ordonne) selectief Q kwantitatief X, Y in het plattevlak grootte waarde structuur kleur orientering implantaties vorm Figuur 2. Het werkingsniveau (niveau d'organisation) van de visuele variabelen. K.N.A.G. Geografisch Tijdschrift III (1969) Nr. 2

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1969 | | pagina 7