overal vol met groote klippen en steenen met gele kley en zant gemengt, waar in zeer magere vruchten groeijen en wassen, hetwelke ik alles zeer naauw geopzerveerd hebbe". De plaats komt goed overeen met het complex waarin o.a. de huidige Frederik Willem IV-vallen gelegen zijn terwijl in deze buurt nog steeds de naam Haimara-val bestaat. Een verandering van de vegetatie längs de rivieroevers is hier te verwachten omdat vanaf dit punt stroomopwaarts gerekend het rivierterras (ca 100 m) plaats maakt voor bergterrein (ca 300 m). De eilanden Sanders heeft op zijn kaart onderscheid gemaakt tussen riviergedeelten met en zonder eilanden. Ook deze onderscheiding komt goed met de werkelijkheid overeen. Dit geldt niet alleen voor de Beneden-Corantijn, maar ook voor de bovenloop. Inderdaad liggen in de Coeroeni en in de Boven-Corantijn vanaf ongeveer halverwege de monding der Coeroeni en Oronoque, stroomopwaarts gezien, geen of slechts weinig eilanden. Konklusie Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid kan worden gesteld dat Sanders' kaart wel degelijk echt en verbluffend betrouwbaar is. Het is de oudst bekende kaart van het gehele Corantijn-stroomgebied en Sanders heeft de eer als eerste de totale loop van de Corantijn te hebben vastgesteld. Barrington Brown ontdekte in 1871 geen New River maar een reeds 150 jaar eerder door Sanders als bovenloop van de Corantijn gekaarteerde rivier, die door hem op zijn kaart overeenkomstig de feiten18 duidelijk breder, dus als hoofdrivier, is weergegeven. Ook kartografisch maakt Sanders' kaart met de afsluitende horizon-cirkels een reele indruk.1 9 Naschrift Met het bovenstaande is getracht aan te tonen, dat er alle aanleiding bestond Sanders' kaart op zijn wäre merites te beoordelen en zieh niet langer te laten misleiden door 's mans oneervol afgesloten carriere. Zelfs IJzerman in 1911 kon zieh hiervan nog niet geheel losmaken. Hoe kon hij anders voorbijgaan aan Sanders opmerking over de vondst bij nummer 26 van zijn kaart van 'Dikkas-boomen' waarvan de noten naar amandelen smaakten, op plaatsen längs de Boven-Corantijn, waar ook Barrington Brown 150 jaar later veelvuldig "larges groves of Brazilnuttrees" (Bertholetia excelsa) aantrof?20 En waarom besteedde hij geen verdere aandacht aan Sanders' meldingvan 'Wey-Wey'-Indianen bij nummer 34 op zijn kaart? Over de Woyawai- of Wai Wai- Indianen, die met de Taruma's het waterscheidingsgebied tussen Essequibo, Corantijn en Mapuera bewoonden, was in 1911 reeds voldoende bekend.2 1 Het is erg onwaar- schijnlijk, dat Sanders deze wetenschap zou hebben verkregen via indiaanse zegslieden zonder er zelf geweest te zijn. Ook Sanders' bewering dat hij was doorgedrongen tot waar „met eens op dezelve plaats de hoogte van de zon genomen, hebbe ik be- vonden noch twee graaten van de Linie equinoktaal te zijn", behoeft niet noodzake- lijk in zijn nadeel te worden uitgelegd.8 Het brongebied van de Corantijn bevindt zieh inderdaad op 2° N.B. en het zou toch zeldzaam toevallig zijn als hij dit juiste gegeven geheel uit zijn duim had gezogen. Het is duidelijk, dat op deze plaats de kartograaf Sanders die Suriname een groter 184 K.N.A.G. Geografisch Tijdschrift VI (1972) Nr. 2

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1972 | | pagina 10