materiaal voor Scholen meer dan de helft van de totale produktie van het GUGK; meer
dan honderd verschillende atlassen en wandkaarten worden op het ogenblik voor de
Scholen uitgegeven.19
THEMATISCHE KAARTSERIES
Het 23e kongres van de Kommunistische Partij in 1966 benadrukte een al eerder
aanwezige trend, nl. het vervaardigen van een aantal thematische kaartseries voor de
ontwikkeling van de hulpbronnen, op de schalen 1:1 en 1:2,5 miljoen. De ondergrond
voor deze kaarten bestaat al lang (de 1:1 miljoen van de USSR sedert de Tweede
Wereldoorlog, de 1:2,5 miljoen ook al sedert een tiental jaren), maar deze is nogniet
openbaar. De enige bladen van de Karta Mira 1:2,5 miljoen die nog niet zijn
uitgegeven, zijn de bladen die de Sovjetunie bedekken. In Boedapest, op het regionale
kongres van de IGU en de ICA in 1971, werden verschillende versies getoond van de
Karta Mira, bedoeld als ondergrond voor verschillende thematische kaartseries.
De onderwerpen van de thematische kaartseries op de schalen 1:1 en 1:2,5 miljoen
zouden het landschap en de evaluering van de hulpbronnen zijn, met als doel de
uitvoering van konkrete ekonomische taken.8 Het is niet duidelijk wat er van dit
programma gereed is. Uit het verslag over de Russische kartografie over de jaren
1964-6611 blijkt, dat in 1949 een hoogtekaart van de USSR op de schaal 1:2,5
miljoen is uitgegeven, in 1964 een tektonische kaart van het Europese deel van de
USSR 1:2,5 miljoen, dat ca 1950 een vegetatiek^art 1:2,5 miljoen van hetzelfde gebied
klaar kwam, evenals in 1956 een kaart van het bosbestand in de USSR op de schaal
1:2,5 miljoen. Rond 1968 was men bezig datzelfde thema op de schaal 1:1 miljoen af
te beeiden, evenals een bodemkaart van het agrarisch bruikbare gebied. Bovendien
wordt gewerkt aan een bevolkingskaart op de schaal 1:2,5 miljoen.
Een aantal geografen en kartografen waaronder Kellner3 getuigt van het belang van
verdere series thematische kaarten, en dringt aan op de produktie van de volgende
fysische en sociaal-ekonomische kaartseries op de schaal 1:1 of 1:2,5 miljoen: de
kwartaire afzettingen van de USSR, de stratigrafie, de geomorfologie, de hydrologie, de
hydrogeologie, de geologie, en de nuttige mineralen; energie-kaarten en kaarten van
industrie, landbouw, transport, bevolking en grondgebruik. Dit is een enorme onder-
neming, want voor hoogstens een derde deel van de USSR, het deel waarvan al
regionale atlassen beschikbaar zijn, is dergelijk kaartmateriaal reeds aan wezig.
Volgens Nikisjof,8 de direkteur van het TsNIIGAiK, loopt de USSR achter op een
aantal gebieden van de thematische kartografie: de bevolkingskartografie en de
grondgebruikskartering. Als technisch mankement noemt hij het feit, dat vooral de
kaarten die in massa-edities verschijnen serieuze tekortkomingen hebben op het gebied
van de reproduktie, wegens een gebrek aan goed papier en drukinkten van hoge
kwaliteit. Het belangrijkste is, dat, ondanks de centralistische leiding, Nikisjof het
gebrek aan koördinatie tussen de verschillende departementen en instituten van het
werk op het gebied van de thematische kartering noemt. Er schijnt nu een interdepar-
tementale kommissie bezig te zijn (als onderdeel van het GUGK) die de verschillende
thematische opnamen in het gehele land moet koördineren.
Salisjtsjef klaagt19 dat de kartografische behoeften van het Sovjet-publiek niet
volledig worden gestild. In 1969 werd aan de vraag naar referentie-kaarten siechts voor
RUSSISCHE KRITIEK OP DE PRESTATIES
K.N.A.G. Geograßsch Tijdschrifl VI (1972) Nr. 4
397