nieuwe opvattingen over de opbouw van de ekonomie had het planbureau behoefte
aan grootschalig thematisch kaartmateriaal. De twee belangrijkste centra van het land,
Moskou en Leningrad, komen het eerst in aanmerking voor een kartering van de
natuurlijke hulpbronnen en produktiemiddelen in atlasvorm. Het resultaat hiervan zijn
de Atlas Moskovskoj Oblasti (1933) en de Atlas Leningradskoj Oblasti i Karalskoj
ASSR (1934).
Het doel van deze eerste regionale atlassen is het tonen en karakteriseren van de
verdeling en ontwikkeling van de produktieve krachten. In de atlas van het gebied
Leningrad en de Karelische ASSR kreeg vooral de industriele ontwikkeling tijdenshet
eerste vijfjarenplan de aandacht. De atlas van het gebied Moskou geeft meer een
overzicht van de toestand van de verschillende takken van de ekonomie; hij onder-
scheidt zieh door een zeer gevarieerd gebruik van verschillende kartografische metho-
den en door een goede kleurendruk.
In 1933 begon men na een dekreet van de regering met het werk aan de Bolsjoj
Sovjetskij Atlas Mira Grote Sovjet Wereld Atlas). Het eerste deel van deze atlas
verscheen in 1937. Het bevat 83 kaarten van de wereld en 85 van de USSR, en geeft,
volgens het voorwoord, het kontrast aan tussen de 'wereld van het afstervende en in
ontbinding verkerende kapitalisme' en de 'wereld van het overwinnende socia-
lisme Een belangrijk kenmerk van deze atlas en van andere Sovjet-kartografische
publicaties is de weergave van de ontwikkeling (dynamisch) door het naast elkaar
plaatsen van kaarten uit verschillende perioden. Dit deel geeft ekonomische kaarten uit
1913 en 1935, dus van de toestand voor de revolutie en van na een aantal jaren
Sovjetmacht (zoals flg. 3). Deze konfrontatie toont de verwezenlijkte ontwikkeling
door het uitbeelden van o.a. de industrialisering, de ontginning en het verplaatsen van
de ipdustrie naar de perifere gebieden. Het tweede deel van de atlas bracht kaarten van
de delen van de USSR. Het kwam uit in 1939, kort voor de Tweede Wereldoorlog, en
er werd praktisch onmiddellijk een embargo op gelegd.
De publikatie van het derde deel van de atlas, dat ekonomische kaarten van andere
landen zou bevatten, werd evenals de publikatie van een aantal regionale atlassen door
het uitbreken van de oorlog verhinderd. De uitgifte van ekonomische kaarten zou
stagneren. Het werk hieraan moest plaats maken voor militaire bezigheden.8
In het jaar 1940 viel de keuze voor de officiele basiskaart voor de gehele Sovjetunie
op de schaal 1:100.000. De snelheid van de kartering op deze schaal werd opgevoerd.
De overzichtskaart op de schaal 1:1 miljoen kwam in de periode 1940-1945 gereed.
Na de oorlog, met zijn ontzaglijke verwoestingen in het westen van de USSR, moest
men met de kaart 1:100.000 praktisch opnieuw beginnen. Had men tijdens de jaren
1938-1945, vooral in Siberie en het Verre Oosten reeds bijna 7.000.000 km2 (30% van
het territoir) opgenomen, alleen al tussen 1946 en 1955 werd door luchtfotografie nog
eens 13 miljoen km2 (bijna 60% van de USSR, die 22 miljoen km2 groot is)
opgenomen. In 1957 kwam de topografische kaart op de schaal 1:100.000 van het
gehele gebied gereed.1 8 Deze kaartserie moet ca 20.000 bladen teilen!
Na de oorlog gunde de wederopbouw van het land eerst weinig tijd aan nieuwe
Projekten. In januari 1947, op het tweede kongres van het Geografisch Genootschap
van de USSR1 9 werden er twee beleidslijnen uitgestippeld betreffende de vervaardiging
K.N.A.G. Geografisch Tijdschrift VI (1972) Nr. 4 389
WERKZAAMHEDEN TIJDENS DE TWEEDE WERELDOORLOG
ORGANISATIE NA DE OORLOG