De termen lager, middelbaar en hoger voldoen
hier in ieder geval nog minder. Bovendien
beperkt dit overzicht zieh voornamelijk tot de
kartografie als hoofdvak.
Eerste niveau
Kartografische vorming vindt nog steeds in de
eerder genoemde kartografische instituten plaats.
Dit onderwijs is sterk gericht op de directe
behoefte van het bedrijf waar de opleiding
plaats vindt. Dit onderwijs heeft nu een welkome
aanvulling gekregen in de PBNA-cursus 'Karto-
grafisch tekenaar', die dit jaar gestart is en een
wat bredere basis geeft. De heer J. Ooms,
voorzitter van de 'Redactie Commissie' van o.a.
bovengenoemde cursus (er zijn nog enkele
andere cursussen voorgesteld), geeft in Kaart-
bulletin nr. 73, September '73 een aantal bij-
zonderheden over deze cursus1.
Tweede niveau
Kartografie-onderwijs op dit niveau komt in
Nederland (nog) niet voor, wel echter als neven-
vak bij enige HTS-opleidingen. Alleen bij het
Internationaal Instituut voor Luchtkaartering en
Aardwetenschappen (ITC) te Enschede komen
in de Afdeling Kartografie (hoofd Prof. Dr.
F. J. Ormeling) twee cursussen voor, die tussen
het niveau van de PBNA-cursus en de universi-
taire opleiding gewaardeerd kunnen worden,
nl. de C4-cursus 'Cartographic Technician' en
de C3-cursus 'Cartographic Engineer'. Ge
noemde ITC-cursussen zijn ook toegankelijk
voor Nederlanders.
Derde niveau
Het Geografisch Instituut van de Universiteit
van Utrecht geeft in de Afdeling Kartografie
(Prof. Dr. Ir. C. Koeman) na de kandidaats-
opleiding een na-kandidaats studieprogramma
kartografie (studieduur incl. bijvakken 2 jaar).
Het eerder genoemde ITC begint 1 februari 1974
met een 'Post Graduate' cursus (te vergelijken
met een baccalaureaats cursus) en in 1975 met
een 'Master of Science' cursus (te vergelijken met
een doktoraal cursus). Zowel de 'Post Graduate'-
als de 'M.Sc.' cursus hebben een duur van
ongeveer 12 maanden. In beide gevallen wordt
evenwel de toelatingseis gesteld dat voldoende
kartografische kennis en ervaring aanwezig is
voor de 'M.Sc.' cursus op het Post Graduate
niveau, voor de 'Post Graduate' cursus op het
C3 niveau. Indien bedoelde kennis niet aanwezig
is, dient een Student deze in een cursus op een
lager niveau te vergaren. Voor een Student met
een 'B.Sc.' graad (te vgl. met kandidaats niveau
in Nederland) zonder speciale kennis op het
gebied van de kartografie, die een 'M.Sc.' graad
wil halen, komt dit neer op een studieduur van
ongeveer 2 1 /2 jaar.
Hoewel in deze categorie in feite de TH-Delft
niet behoort te worden genoemd, omdat de
kartografie daar uitsluitend als nevenvak wordt
onderwezen, wil ik hier een uitzondering voor
maken, daar verscheidene bekende kartografen
hier hun eerste vorming vonden. Bovendien is
daar een belangrijke ontwikkeling aan de gang.
De Afdeling Geodesie van de TH-Delft (Karto
grafie o.l.v. Drs. J. E. Romein) geeft als neven
vak voornamelijk voor geödeten kartografie,
waartoe binnen afzienbare tijd in de nieuwbouw
over een kartografisch laboratorium kan worden
beschikt (kamera, doka, kopie en offsetpers
met bijbehorende apparatuur). Reeds beschikt
de afdeling sinds enige jaren over een automa
tische tekentafel.
Beschouwing
Wanneer we de voorgaande opsomming nagaan,
dan kunnen we constateren dat de primaire
opleiding met de schriftelijke cursus een wat
bredere basis heeft gekregen en hopen we dat
de redactie commissie voortgaat met het uit-
bouwen van deze cursussen.
Het blijkt dan, dat bij de verdere kartografische
opleiding een hiaat bestaat en er nu in Neder
land geen of althans nauwelijks aansluitende
secondaire opleidingsmogelijkheden zijn.
Hoewel de C4- en C3-cursussen aan het ITC
tot dit niveau gerekend moeten worden, hebben
deze cursussen voor Nederland enigszins het
nadeel, dat zij volledig in de Engelse taal
gegeven worden. Overigens heeft de praktijk
reeds geleerd dat dit nadeel niet al te zwaar
weegt, daar een Middelbareschool-opleiding als
voor-opleiding voor deze cursussen geeist wordt
(voor C4 HAVO, voor C3 VWO).
De dit jaar ingestelde werkgroep 'Kartografische
Vorming' van de K.S.-K.N.A.G.2 heeft als
een van de belangrijke punten op het programma
staan het instellen van een onderzoek naar de
wenselijkheid en de mogelijkheden van een
dergelijke opleiding. Tenslotte blijkt, dat de
tertiaire vorming, waar in een klein land als
het onze uiteraard een minder direkte behoefte
aan is, te Utrecht en binnenkort in Delft er
bijzonder gunstig voor Staat. Dit wordt mede
veroorzaakt door de grote vraag naar karto
grafie als nevenvak bij diverse studierichtingen.
Overigens biedt dit goede mogelijkheden voor
het verlenen van steun aan eventueel op te zetten
secondaire opleidingen.
390
K.N.A.G. Geografisch Tijdschrift VII (1973) Nr. 5