Slotopmerkingen Het kartografie-onderwijs in Nederland bevindt zieh in een beginstadium en van een evenwichtige opbouw is nog weinig sprake. We kunnen dankbaar zijn dat een internationaal instituut op dit gebied als het ITC dankzij de visie van Prof. Schermerhorn domicilie in ons land heeft gevonden. Ook van het feit dat twee voor- aanstaande Nederlanders een belangrijke plaats innemen in de internationale kartografische vereniging, nl. Prof. Koeman als voorzitter van de ICA-Commissie I 'Education in Cartography' en Prof. Ormeling als algemeen secretaris/ penningmeester van de ICA, zal ongetwijfeld een stimulerende invloed uitgaan op het karto grafie-onderwijs in Nederland. Hoewel ons land in de 17de eeuw een zekere reputatie had op het gebied van de kartografie was in de eerste helft van deze eeuw hier weinig van overgebleven. Nu valt weer een opleving hierin te constateren en mogelijk zullen we aan de ontwikkeling en uitvoering van de kartografie in de wereld een bijdrage kunnen leveren. WANDKAARTEN VAN WOLTERS-NOORDHOFF 391 BRONNEN United Nations, Modern Cartography, Lake Success, New York 1949. J. A. C. E. van Roermund, Honderd jaar stafkaart, Delft 1950. E. Raisz, General Cartography, New York 1948. A. H. Robinson, Elements of Cartography, New York 1953. Kaartbulletin 25, april 1971, J. E. Romein, Over land- meten en kartografie. Kaartbulletin 33, September 1973, J. Ooms, De opleiding voor kartografisch tekenaar. Bijdragen van Drs. E. S. Bos, J. Ooms, Drs. F. J. Orme ling en Drs. J. E. Romein. NOTEN 1 Er bestonden reeds enige jaren meer landmeetkundig georienteerde schriftelijke cursussen bij de Leidse Onderwijs Instellingen, zoals o.a. landmeetkundig tekenaar, landmeetkundig kartograaf en topografisch tekenaar. Bestaande uit A. Bus, J. Ooms, F. J. Ormeling jr., J. E. Romein, A. H. Sijmons en A. van der Waag. Bij het Geografisch-Cartografisch Instituut Wolters- Noordhoff is er in de laatste jaren sprake van sterk toegenomen aandacht voor de wandkaartenproduktie, wat zowel uit de snelle herziening van gangbare kaarten blijkt als uit de uitgave van geheel nieuwe kaarten. De ondergrond van de schoolwandkaarten, die tradi- tioneel uit hoogtetinten en wat Nederland betreft ook wel uit bodemsoorten bestaat, wordt meer en meer vervangen door of uitgebreid met thematische gegevens. De kaarten evolueren op die manier in de richting van de 'synthetische' economische kaart. Dit is een moeilijke weg, alleen al waar het de combinatie van de economische gegevens en de topografie tot een duidelijk en over- zichtelijk kaartbeeld betreft. Mede doordat deze wand- kaarten van Wolters 'blinde' kaarten zijn het kaart- schrift is vanuit de klas niet te lezen heeft men deze opgave meestal goed kunnen oplossen. Wandkaarten van landen van Europa Deze Serie bevat 10 kaarten, allen met een formaat van 85 X 107 cm, en een prijs van fl 41,00 (op linnen geplakt en aan stokken). De eerste kaarten van deze serie werden in 1960 uitgegeven; de nieuwste, Belgie en Luxemburg, Zwitserland, Frankrijk en Spanje, zijn nu aan hun derde druk toe. Een van de bezwaren van Schokkenkamp, die jarenlang de nieuwe wandkaarten in 'Kartografie' besprak, tegen deze kaartserie was, dat tekening, lijnwerk en kleur- begrenzing op verschillende kaarten van hetzelfde gebied niet met elkaar overeenkwamen; dit bezwaar is nu nauwelijks meer geldig. Deze derde druk wordt geken- merkt door een belangrijke verbetering de hoogte- voorstelling vindt behalve door hoogtekleuren nu ook door schaduwing plaats. Deze is duidelijk uitgevoerd, en goed gegeneraliseerd, vooral op de kaart van Zwitser land, waar de schaduwing vooral ook fraai klopt met de hoogtezones en gletsjers. Een bezwaar is echter, dat nu de nadruk meer op het relief is komen te vallen, de grenzen en de hydrografie minder goed te onderscheiden zijn. Het is bijv. moeilijk om op de kaart van Zwitserland, in 66n oogopslag de vorm van dit land te herkennen, of de Ioop van de Rijn te volgen. Wellicht kunnen in een volgende uitgave de grens-signatuur en de hydrografie iets breder getekend worden. De andere kaarten lijden niet aan dit euvel. De kaart van Belgie en Luxemburg is bijzonder fris uitgevoerd, mede dankzij de weergave van de stedelijke agglomeraties met een lichtrode tint. Het beeld dat de kaart van de bevolkingsspreiding in Oost-Belgie geeft is wellicht niet geheel juist in de provincie Luxemburg worden 13 plaatsen aangegeven, in Limburg 9, terwijl de laatste provincie ca driemaal zoveel inwoners telt als de eerste! Het relief wordt aan de hand van 6 hoogtezones goed gekarakteriseerd. Wandkaarten van de werelddelen De derde druk van deze serie wordt gekenmerkt door K.N.A.G. Geografisch Tijdschrift VII (1973) Nr. 5

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1973 | | pagina 15