De toerist weet nu niet meer of de toeristlsche Objek ten die met een symbool aangegeven staan in de le- genda wel of niet op de kaart te vinden zijn. Men vraagt zieh af of het zinvol is orienteringspunten längs de hoofdwegen aan te geven. Bovendien is bij naspeuring gebleken, dat er orienteringspunten op de kaart staan die niet vanaf de weg zichtbaar zijn. Verder ontbreken in de legenda verklaringen van op de kaart voorkomende soorten beschrifting, kleuren, en van het lijnenpakket in de Steden. Het begrip "alleenstaande huizen" zegt de toerist niets. Bij de landgoederen is op de kaart niet duidelijk te zien waar de ingangen en toegangen liggen. De kaart - gebruiker weet niet of de natuurreservaten te bezich tigen zijn. Conclusie is, dat voor de gebruikte schaalgrootte eigenlijk teveel informatie voor de toerist ontbreekt. De nadruk valt teveel op autowegen en topografische namen, die niets voor toeristen te betekenen hebben. Per provincie dient men geen verwarring te stichten door in de legenda een verklaring te gebruiken die niet op de kaart te vinden is, bijvoorbeeld kassen- gebied of De Höge Veluwe op een kaart van Friesland! c) Toerkaarten Europees Cartografisch Instituut. Schaal 1 50.000 Het formaat van de kaart is handig en overzichtelijk voor de kaartgebruiker. De achterkant van de kaart is benut. In het plaatsnamenregister staan tal van namen geschreven die toeristisch geen enkele fiinktie vervullen. De eerste aanzet tot een toeristisch regis- ter is er, maar nog erg summier. In de legenda ontgaat de toerist de betekenis van "vrijstaand huis". Het begrip zwembad geeft niet aan wat voor soort zwembad er bedoeld wordt. Een ver- dere uitwerking van de kleuren is mogelijk, bijv. voor verschillende soorten bos. Het begrip "zand" is onduidelijk. Het te bezichtigen zijn van toeristische Objekten Staat niet aangeduid. In de legenda staan niet opgenomen: beschrifting, waterwegen, fietspaden längs hoofd- verkeerswegen en de gele ondergrondkleur van de kaart. Op de kaart is niet duidelijk te zien waar men de boswachterijen en natuurterreinen kan binnengaan. Wanneer deze kaart ook voor buitenlandse toeristen bedoeld is, wat het geval schijnt te zijn door de ver klaring der kaarttekens in vier talen, dan mögen op de kaart geen woorden voorkomen, die niet nader verklaard worden in een tekst. d) Toeristenkaart Eemland. Uitgave VW Amersfoort, Baarn, Soest, Spakenburg. Schaal 1 50.000. Geografisch Cartografisch Instituut Wolters-Noordhoff bv. Het formaat is handig in gebruik. De achterkant is niet voldoende funktioneel benut. Een plaatsnamen- en toeristisch register ontbreken. De kaart geeft een duidelijk beeld in een harmonische schakering van de gegevens. Vanuit toeristisch oogpunt kan men zieh afvragen of er weer niet teveel topografische namen op staan, die niet ter zake doen. Is het wel zinvol alle sloten en vaarten en de verspreide bewoning in te tekenen evenals alle onverharde doodlopende wegen? Een term als "overige belangrijke gebouwen of bezienswaardigheden" zegt niet veel. Op de kaart moet bij dit symbool zeker een verduidelijkende bena- ming komen. Welke betekenis moet worden toegekend aan de groene kleur op de kaart? Er staat bovendien bij deze signatuur niet vermeld of de betreffende ter- reinen toegankelijk zijn. Het aanbrengen van wegen op de kaart in gebieden die niet toegankelijk zijn, is niet erg zinvol. In de stedelijke gebieden had voor de hoofdwegen een aantekening v.w.b eenrichtings- verkeer de situatie makkelijker gemaakt voor de toeristen. De aangegeven bushaltes werken in zoverre verwar- rend dat, wanneer niet aan beide zijden van de weg een bushalte getekend is, een onduidelijk beeld wordt geschapen. e) Voetspoorkaarten. Staatsbosbeheer. Het formaat en vouwsysteem zijn handig in gebruik. Op deze kaart met een gunstige schaalverhouding kun- nen wel veel meer toeristische en rekreatieve gege vens worden aangebracht. De kaartgebruiker kan zieh nog afvragen: waarom er wegen op staan die dood- lopen; welk nut het heeft ruiterpaden te vermelden als men niet weet waar paarden gehuurd kunnen worden (stallingen worden wel aangegeven). Het is niet duide lijk waarom de bewegwijzerde fietsroutes niet als zodanig gekarteerd staan, en waarom men de rekrea- tieparken niet heeft vermeld naar belangrijkheid. Het begrip "andere weg" heeft op de kaart een dubbele betekenis: in de bosgebieden zijn het wandelwegen, daarbuiten kunnen het ook fietspaden, autowegen, etc. zijn. Niet op elke voetspoorkaart Staat de tijdsduur van de wandelingen aangegeven. Ondanks de kleine oppervlakte van het gebied is een plaatsnamen- en toeristisch register een gemis. De orienteringskaart- jes op de achterkant zijn gemakkelijk. f) Smulder's Kompas Toeristenkaart. Schaal 1 150.000 Uitgever Omnium, Waalwijk Ook deze kaart lijdt aan het euvel van een overdaad aan topografische gegevens, waarvan vele niet funk tioneel toeristisch zijn. Bij het openslaan van deze kaart valt direkt op dat deze als het wäre volgestouwd is met gegevens. De wegenklassifikatie wordt te sterk benadrukt met gevolg dat de aangegeven lijnsymbolen met bijzonder- heden op de kaart in de verdrukking komen. De af- standaanduidingen zijn ook niet overal even duidelijk. hl de legenda is het begrip "bijzonder gebouw en andere bijzonderheid" vaag. Bovendien ontbreekt een verklaring van de schriftsoorten en waterwegen. De Symbolen voor rekreatieve en toeristische bestem- mingen zijn te klein aangegeven. Deze Symbolen zijn bovendien niet verder aangeduid naar hun funktie voor het toerisme. Waarom worden er kolenmijnen en fabrieken op de kaart getekend? Verwarrend is het symbool voor industriecentrum. Slechts een deel van het totale aantal kampeerterrei- nen staat op de kaart. Welk selektiekriterium is daarvoor toegepast? Gunstig is het voorkomen naast een plaatsnamen register van een register van overige namen. Conclusie Met deze voorbeelden hebben we globaal willen aan geven hoe de kaartgebruiker de funktionele aspekten KT 1975.1.2 11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1975 | | pagina 13