KOEMAN (C. Krijgsgeschiedkundige kaarten. In: Armamentaria, Leiden. Stichting Het Nederl. Leger- en Wapenmuseum "Generaal Hoefer" 1973. Afl. 8. Blz. 27-41. Aan dit in de historisch- kartografische literatuur bepaald niet vaak aan de orde komend onderwerp wijdt Koeman in bovengenoemd tijdschrift een interessante en veel informatie bevattende Studie. Hij geeft allereerst een duidelijke onder- verdeling van het materiaal: militair-topografische kaarten, strategische kaarten, fortificatie- kaarten en kaarten van militaire operaties. Met deze laatste categorie, die zowel uit topo- grafische, kartografische, grafische als public istische aspecten interessant is, houdt het artikel zieh voornamelijk bezig. Terecht merkt Koeman op, dat dit kaarttype in feite buiten de geschiedenis der militaire kartografie in engere zin valt, daar deze kaarten vervaardigd werden door niet-militairen en duidelijk de funetie van nieuws- medium hadden. Hun geschiedenis is nooit samenvattend geschreven en moet tot nu toe gereconstrueerd worden uit de beschrijvingen van historisch-kartografische verzamelingen waarin dit soort kaarten voorkomt. Koeman noemt voor Nederland de belangrijkste collecties (Fred. Muller en Fr. Halma, beide in Rijksprenten- kabinet, Atlas Van Stolk en verzameling Bodel Nijenhuis, U.B. Leiden) alsmede de catalogi ervan, voorzover deze versehenen. Bij de vermelding van enkele atlassen met krijgshaftige titels als "Stoel des oorlogs", "Theätre de la Guerre" en "Thöätre de Mars", versehenen bij Neder- landse uitgevers, tekent Koeman terecht aan, dat de kaarten hierin slechts gewone geografische kaarten zijn van gebieden waarin ten tijde van hun verschijning oorlog woedde; het maakt deze kaarten in verzamelingen moeilijk classificeerbaar. Veel ondubbelzinniger tot de krijgshistorische kaarten behoren de talloze plattegronden van fortificaties en bevestigde Steden en uiteraard de vaak panorama tische overzichtskaarten van belegeringen en veldslagen, in vele waarvan men, dit terloops opgemerkt, reeds modern- aandoende schematische Symbolen voor troepenopstellingen en pijlen ter aanduiding van mars- en aanvalsrichtingen kan aantreffen. Gedrukte toelichtingen en beschrijvingen van de afgebeeide gebeurtenissen doen hun intrede en geven de kaart nog meer het karakter van nieuwsmedium. Nederland, met zijn goede traditie op het gebied van kaartmaken, graveren en uitgeven staat hier bij de produktie kwalitatief en kwantitatief op edn der eerste plaatsen en een groot deel van het kartografische en pictorale commentaar op de talrijke oorlogen in het roerige Europa der 17de en 18de eeuw is afkom- stig van kaartmakers en uitgevers als Claes Jansz-Visscher, Berent Langenes, Romeyn de Hooghe, Jan Luyken, Pieter en Jean Husson en de plentere zakenvrouw Anna Beek. De vroegste voorbeelden van deze vorm van kartografische produkten moeten, aldus Koeman, gezocht worden in het vroeg 16e-eeuwse Zuid Duitsland (o.m. de befaamde "Bodenseekarte") enltalie, waar de toepassing van houtsnede en kopergravure snelle produktie en verspreiding bevorderde. Naast het kartografische aspect vestigt de auteur ook de aandacht op het pictorale element: de "nieuwskaarten" hadden tevens de funetie van geillustreerd blad, waarin het publiek alle gruwelijke details van de oorlog zo realistisch mogelijk afgebeeld wenste te zien. Op panoramakaarten kon men dit natuurlijk mooi op de (optisch dichterbijgelegen) voorgrond weergeven. Ook dit is duidelijk te zien op enkele der fraaie speeimina van krijgshistorische kaarten uit verschillende collecties, die het artikel illustreren. A. H. Sijmons Schoolkaart van Nederland 1 320.000. Ontworpen door Informatie- en Documentatie centrum voor de Geografie van Nederland (I.D.G Kartografie en druk: Cartoprint, Den Haag. Uitgave- Ministerie van Buiten- landse Zaken, Den Haag 1975. Formaat 108 x 84 cm. Deze kaart is ontworpen door het I.D.G.het instituut dat buiten- landse geografen (leraren, Studenten, auteurs van school- boeken enz.aktuele informatie geeft over de geografie van Nederland; het Ministerie van Buitenlandse Zaken verspreidt de kaart en het bijbehorende boekje "Kleine geografie van Nederland" via de ambassades. De kaart is in 5 kleuren gedrukt; het resultaat is een grote vooruitgang vergeleken met de eerste editie waarop met hoogte- tinten gewerkt werd; deze tweede editie heeft zieh aan de trend aangepast en hanteert grond- gebruikstinten als basis. Het is een fris geheel, goed gegeneraliseerd. Van een grotere afstand zijn de grondgebruiks- klassen bos, bouwland, weiland en gemengd bedrijf herkenbaar, KT 1975.1. 3 25

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1975 | | pagina 27