(mijnbouw en industrie van resp.
West- en Oost-Duitsland) maar eens
te vergelijken.
Het vermelden van schalen gebeurt
in deze atlas toch al zeer wille-
keurig. Gelijksoortige kaarten hebben
nu eens wel, dan weer geen schaal-
aanduiding: 32A en E enerzijds en
36D en B anderzijds, of 60/61 en
68 (resp. Rusland en China).
Slechts een foutieve schaal werd
geconstateerd: Japan 70B.
De kaarten, zowel de algemene
als de thematische, zijn zeer
duidelijk te lezen en prettig om te
zien. Het kaartschrift is funktioneel
en vlot te lezen. De kleurenkeuze
is goed, terwijl het relef minder
rood is in de hogere regionen,
waardoor de kaarten van berg-
gebieden (bv. 44) veel lichter en
prettiger aandoen dan dezelfde
kaarten in de 47ste druk van de
Bosatlas.
Op een aantal thematische kaarten
is wel wat aan te merken. Zo is
de bedoeling van kaart 69A niet te
duidelijk, terwijl 72A en 101B erg
gedetailleerd zijn. Soms zijn er
echter ook grote fouten gemaakt.
Bij 60A is er geen relatie tussen
de kaart en de legenda. Op pagina
87 is alles misgegaan wat maar
mogelijk is: bij 87A de verkeerde
legenda, bij 87C en D helemaal
geen legenda of enige andere
verklaringen. En 87F zondigt tegen
Bertin door kwaliteit aan te geven
met tintverschillen. Een legenda
ontbreekt ook bij 26D. Bij andere
kaarten is de tekst wel erg summier
bijv. 27 en 36C (eiders is er veel
tekst zonder kaartje, bijv. op
pagina 97 als over de volken in
Zuid-Amerika geschreven wordt).
Ook op de spelling is wel wat aan
te merken. Voor de oude Bosatlas-
kaarten geldt de zgn. Bos-
transcriptie, voor de nieuwe
kaarten is een andere spelling
gevolgd; vooral de oe en de u
worden door elkaar gehaald. Bij
de Chinese namen is geen conse-
quente spelling of schrijfwijze
toegepast: Xian en Sian, Kanton en
Ghuangzhou, Kwangsi en Guanxi
komen naast elkaar voor.
Vergelijkt u 68B en 68C maar eens
met elkaar. Bijna niet een naam
is op dezelfde wijze geschreven.
Hoewel de tekst en foto's buiten
een kartografische bespreking
vallen, willen we er toch enige
aandacht aan besteden. De teksten
zijn niet te diepgaand, maar
zakelijk en van een redelijk niveau
met veel nuttige feiten en achter-
grondgegevens. Er staan soms
wel wat vreemde beweringen in.
Over Canadezen bijv. "tenslotte
is het een prettig gevoel niet te
behoren tot de mensen die Nixons
als president kiezen". Op pagina
100 worden de Nederlandse
Antillen alvast onafhankelijk
verklaard (werden daarom de
Bovenwindse Eilanden, evenals
zuid-Suriname, maar van de
kaart geveegd?). Niet alle in de
tekst genoemde plaatsen zijn ook
op een kaart terug te vinden. De
Chinese Muur wordt met foto en
al besproken, maar is nergens
in kaart gebracht.
De foto's (bijna 100 stuks) zijn
wat willekeurig gekozen en doen
vaak toeristisch aan. De
reproduktie van de foto's is niet
altijd geslaagd (p. 33, 55). Ook
ontbreken hier en daar teksten
bij de foto's (p. 13, 55) en is de
verdeling ongelijk: 30 voor
Europa of Azie, niet §§n voor
Zuid-Amerika of Australie.
Alles bij elkaar niet zo best,
maar dat is voor een deel wel
"eigen schuld". Een deel van
deze fouten had voorkomen kunnen
worden als men de besprekingen
van de Grote Bosatlas 47ste druk
had gelezen (A, J.Karssen in
Kaartbulletin 29, en P.W.
Geudeke in Kartografie 57). Maar
men schijnt zieh van dit soort
besprekingen wein ig aan te
trekken
Is er dan niets goeds aan? Jawel,
er zijn talloze uitstekend geslaagde
kaarten bij, al valt het accent hier
wel wat zwaar op de fouten en
foutjes. Van belang is vooral
het idee en de durf om een der-
gelijke atlas uit te geven. De
atlas blijkt goed aan te slaan en
gelukkig zijn de meeste mensen
niet zo kritisch als kartografen,
die het werk van collega's bekij-
ken! De gebruiker zal deze atlas
ervaren als een prettig naslag-
werk en ook een fraai plaatjes-
boek. Maar als de gewone
"consument" door deze uitgave
wat meer kaart-minded wordt
(en dat zit er wel in), dan is er
al veel gewonnen. Dan is deze
uitgave beslist de moeite waard
geweest.
W.A.M.van den Dries
The New Oxford Atlas. Prepared by
the Cartographic Department of
the Oxford University Press.
London, 1975. Formaat 38 x 26, 5
cm; 106 pp. kaarten; 86 pp.
register met plm. 55.000 namen.
ISBN 0.19.891108.4. Prijs£6.75
The New Oxford Atlas kan men
rangschikken onder het type van de
studie-atlassen, bedoeld als naslag-
werk voor aardrijkskundige namen.
Het accent ligt sterk op het
Verenigd Koninkrijk zodat het
gebruik van "de Oxford" in
Nederland vrij beperkt is. Titel
en voorwoord wekken de indruk dat
wij met een vrijwel nieuwe atlas
te maken hebben. Vandaar dat een
vergelijking met de voorgaande druk
uit 1970 wel gerechtvaardigd is.
De inhoudsopgave is overzichtelijker,
per thema en per werelddeel,
gerangschikt. Het opzoeken van
landen of gebieden wordt bovendien
nog vergemakkelijkt doordat op de
tegenoverliggende pagina de diverse
bladwijzers staan afgebeeld. Na dit
goede begin volgen de kaarten der
oceanen met gegevens over drijf-
ijs, zeestromingen en tectoniek
zoals: vulkanen, breuken, submariene
ruggen, enz. Een lichte relief-
schaduwering accentueert het geheel
nog iets. Over de gebruikte kleur-
stelling valt te twisten maar
ontegen zeggelijk komen de diepste
delen van de oceanen, inclusief de
troggen, goed tot hun recht. Het
gebruik van groenblauwe kleuren
voor bepaalde zeediepten en het
gebruik van groene tinten op de
continenten trekt het visuele
hoogteverschil niet uit elkaar.
Integendeel, het kaartbeeld doet
wat vervlakt aan.
Na de oceanen volgen 6 speciale
kaarten, waarin de relatie tussen
verschillende aspecten van het
fysisch milieu is uitgebeeld
(Physical Environment Maps,
schaal 1 25.000.000). Met alle
bewondering voor de kartografische
prestatie die met deze bladen is
geleverd, geeft de overvloed van
informatie nogal wat moeilijkheden
bij de bestudering van deze kaarten.
Na de wereldkaart (op pagina 17)
volgen 79 pagina's gevuld met
geografische kaarten. AI door-
bladerende is er niet veel verschil
met de vorige editie te bespeuren.
Zelfs de volgorde en paginering
zijn gelijk gebleven. De zwarte
rand om de kaarten en het graadnet
zijn nu vervangen door een subtieler
24
KT 1965. II. 1