materiaal kunnen omvatten welke worden gebruikt in de kartografie, ook lichtgevoelig materiaal; - de nauwkeurigheid diende 0,1 mm te bedragen over een gegarandeerde periode van 10 jaar; - de verrichte bedieningshandelingen moesten bij dokalicht kunnen worden uitgevoerd; - het ponsen van drukplaten werd van het pakket van eisen afgevoerd daar het in de aanvang reeds een onmogelijke opgave bleek te zijn binnen bepaalde grenzen van kosten te blijven. Aangezien naast planovellen ook vanaf de rol moet kunnen worden gewerkt, was een vertikale opstelling gewenst. Het idee bij deze opstelling, het te ponsen materiaal vlak te trekken door middel van spanveren en daarna te ponsen, bleek niet het gewenste resultaat op te leveren. Een aanzuigwand gaf de beste garantie voor een vol- komen vlakke stand van het materiaal tijdens het ponsen. Het werd hierbij wel belangrijk geacht het afzuigoppervlak in secties te verdelen, in verband met de verschillende afmetingen van de te ponsen materialen. Het gebruik van hulpvellen om het totale oppervlak af te dekken zou daardoor kunnen vervallen. Bij gebruikmaking van een zuigwand werd het ponsen extra bemoeilijkt daar de wand dan tevens voor het doorlaten van de snijdende Stempel moest worden geperforeerd. Constructief was het eenvoudiger geweest vaste bussen in de zuigwand te plaatsen doch een verplaats- bare ponsbalk daarop sluitend te krijgen, was minder goed mogelijk. De keuze viel op een ponsbalk welke uit twee delen zou moeten bestaan, nl. een balk längs de voorzijde waarin de snijpennen in bussen zouden worden ge- plaatst. De aandrukinrichting zou aan deze voorbalk worden bevestigd. Een tweede balk was gedacht aan de achterzijde van de aanzuigwand met bussen waarin de snijpennen zouden kunnen glijden, wanneer het aandrukmechanisme in werking zou worden gesteld. Beide balken moeten wel bbn geheel vormen, daar bij de geringste miswijzing het aandrukken van de snij pennen moeilijkheden zouden veroorzaken. Dank zij de technische kennis bij T. N. O. is men er in geslaagd een constructie samen te stellen welke aan de gestelde eisen en die van de nauwkeurigheid voldeed. Door de patenten welke op het apparaat rüsten is het niet mogelijk een volledige beschrijving van het pons- apparaat te geven en volgt hier slechts een körte om- schrijving. Beschrijving Het apparaat bestaat uit een lichtdichte kast van de volgende afmetingen: breed 130 cm, diep 40 cm, hoog 200 cm. Boven in de kast is een inleginrichting aan gebracht voor het plaatsen van rollen teken- of graveermateriaal (a). De werkbreedte van de rol- houder is 170 cm voor rollen tot maximaal 20 cm doorsnee. Onder de rol is direct boven het aanzuigraam de af- snij-inrichting (b) aangebracht. In de wand (c) bevinden zieh over het gehele vlak verdeeld grote gaten voor het doorlaten van de ponsbussen uit de achterbalk. Deze bussen komen naar voren gelijk met die uit de voorste balk (d). Door het aandrukken van de handel (e) in de le stand komen deze bussen tot aan het voorvlak van de aanzuigwand. Zij drukken tegen het zieh daar bevindende materiaal aan. Wordt de handel door- gedrukt tot in de 2e stand, dan glijden de ponspennen uit de voorste nokken, stanzen de gaten in het materiaal en glijden in de bussen van de achterbalk. Bij het terughalen van de handel (e) komen de pennen en aandrukbussen en nokken in de neutraal stand en daardoor vrij van de aanzuigwand en de te ponsen film. Het aandruk-mechanisme van de ponspennen is zo- danig uitgevoerd dat bij de werkfase 2 de pennen niet gelijktijdig - dit zou te veel krachtinspanning vergen - doch na elkaar worden ingedrukt. Het is verder mogelijk de pennen stuk voor stuk uit te schakelen zo- dat een willigkeurig aantal kan worden benut. Tijdens het ponsen is de balk vergrendeld. De vertikale verplaatsing van de balk geschiedt door eerst de balk uit de vergrendeling te trekken en daar na de balk in vertikale richting te verplaatsen. Geleiders zorgen ervoor, dat op eenvoudige wijze de balk in de gewenste vergrendeling kan worden gebracht. Contragewichten maken deze beweging extra gemakke- lijk. Een drietal kranen (f) maken het mogelijk de afzuiging in secties te doen plaatsvinden. De nauwkeurigheid van het apparaat heeft de verwach- tingen sterk overtroffen. Bij proeven bleek dat twee films van 60 x 70 cm, naast elkaar geponst nog nauw- keurig op elkaar pasten. Een staaltje precisiewerk waarvoor T. N. O. zeker is te complementeren. Het gehele apparaat is omgeven door een lichtdichte kast met aan de voorzijde twee openslaande deuren. Dat nu pas een beschrijving is gegeven van dit nieuwe ponsapparaat, welk als uniek kan worden beschouwd, vindt zijn oorzaak in het feit dat, wanneer men een tijdlang intensief met de ontwikkeling van zo'n apparaat is bezig geweest, het een gewoon ding is geworden, een stuk gereedschap dat erbij is gekomen. Noot De auteur, ing. G. Piket, is het Hoofd van Water- staatskartografie, onderafdeling van de Rijkswater- staat in de Directie Waterhuishouding en Water- beweging te 's-Gravenhage. KT 1976. II. 2 25

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1976 | | pagina 27