Blz. 91 w. 2) Kaartbulletin No. 29, mei 1972, blz. 7-13. 3) Arenberger, Mayer Witt, t.a.p.Blz. 108. LIJST van kaarten in de Ackers- dijck-Collectie van de Rijksuni- versiteit Utrecht. Bulletin van de Vakgroep Kartografie No. 1. Utrecht, Geografisch Instituut van de Rijksuniversiteit, 1975. - 4° 221 blz. f 32,50. ISSN 0304-0852. Prof. Mr. J. Ackersdijck (1790- 1861)in leven hoogleraar in de economie en statistiek aan de Uni- versiteit van Utrecht, liet bij zijn dood o. m. een aanzienlijke kaarten- collectie (meer dan 1000 stuks) na, die in 1864 door zijn weduwe aan deze universiteit werd geschonken. Dat van deze verzameling eerst thans, ruim een eeuw later, een inventariserende beschrijving voor ons ligt, tekent de veelvuldig voorkomende situatie, dat de beschrijving en ordening van ons historisch cultuurgoed nog aan- zienlijk nahinkt. Het getuigt ander- zijds op verheugende wijze van een sterk groeiende belangstelling voor wat allerwegen aan waarde- volle kartografische documenten ligt opgeslagen. Ackersdijck is onder de kaarten- verzamelaars, zoals ons land er talrijke gekend heeft, vooral hier- om belangrijk dat we bij hem niet slechts voorliefde aantreffen voor zeldzame en oude kaarten, doch ook, en misschien wel vooral, een grote belangstelling voor wat zijn eigen tijd aan interessant kaart- materiaal opleverde, m. n. ook voor wat wij thans thematische kaarten plegen te noemen. Dit kaarttype beleefde in zijn tijd zijn prille opkomst en Ackerdijck heeft, als enthousiast beoefenaar der beschrijvende geografie, toen bekend als "Kameralistiek", de betekenis van dit nieuwe kaartgenre duidelijk onderkend. Wie de be- kwaam samengestelde catalogus doorbladert treft, naast vele oudere geografische kaarten van gerenom- meerde uitgevershuizen uit de 17e en 18e eeuw, talrijke kaarten aan van een toen nieuw type: administra- tieve, fysisch-geografische, "statistische" kaarten, talenkaarten enz. Van zijn blijkbaar ontembare reislust getuigen talrijke topo- grafische kaarten en kaartwerken, reis- en postkaarten uit aller heren landen benevens een benijdens- waardige collectie stadsplatte- gronden. AI dit kostelijke materiaal is be- knopt doch zorgvuldig beschreven onder leiding van dr. G. G. Schilder, terwijl een verhelderende inleiding werd geschreven door "drs. Marijke Donkersloot-De Vrij. De kaarten zijn regionaal gerang- schikt naar werelddelen en daar- binnen naar landen of groepen van landen. Steeds worden de afmetingen en de gebezigde druktechniek ge- geven, meestal ook de schaal. Het "kaartpersoneel" is steeds volledig vermeld. Karto-bibliografische verwijzingen ontbreken niet geheel, doch worden spaarzaam gegeven. De titelbeschrijving is echter zo duidelijk, dat tracering van een kaart in de literatuur weinig moeilijkheden behoeft op te leveren. Deze catalogus, die een uitstekend beeld geeft van een met liefde en kennis van zaken samengestelde collectie uit de eerste helft van de 19e eeuw, vormt een aanwinst voor onze karto-bibliografische litera tuur. Nog talrijke kleinere en middelgrote verzamelingen in ons land wachten op adequate beschrij ving. Deze "Lijst van kaarten" zou een goed werkmodel kunnen vormen. A. H. Sijmons F. Töpfer, Kartographische Generalisierung. Gotha/Leip zig, Hermann Haack, 1974. 336 pp. ill. f. 54. 60 De kans bestaat dat wanneer conscientieuze kartografen dit boek gelezen hebben, zij bang zijn ge worden om nog öbn enkele bochtige lijn meer vloeiend te tekenen, zonder een bijbehorende formule te raadplegen. Ik sta sceptisch tegenover dit boek, ondanks de uitmuntende presentatie van het onderwerp. Een uitgebreider handboek over kartografische generalisering is niet eerder geschreven maar het geloof in de toepassing van for- mules en Stellingen is te uitge- sproken. Formules en Stellingen zijn voor het eerst ingevoerd in 1962-64 door Töpfer: n^ n^A (Wurzelgesetz) en MF Pillewezer: NF n^.dB.Cr7.MA (Auswahlgesetz)mf Het uitwerken en toepassen van deze formules met voorbeelden zou alleen geen boek van 336 blad- zijden hebben opgeleverd, maar hoofdstuk I over de wiskundige grondslagen van generalisering wordt gevolgd door hoofdstuk II over wiskundige statistieken en twee hoofdstukken over generali sering op respektievelijk redaktio- neel en kartografisch niveau. Een vijfde hoofdstuk met geselec- teerde voorbeelden in de zeer in- struktieve "goed-slecht stijl" en een geillustreerd aanhangsel van meer dan veertig bladzijden bedekt verder de kern van generaliserings- formules met een aantrekkelijk vernisje van grafische voorstellin- gen. Als iemand aarzelt om een boek te kopen dat een wiskundige benade- ring van de kartografische generalisering voorstaat, moet wel worden benadrukt dat in de hoofd stukken 3 en 4 zeer waardevolle gegevens staan over de grafische oplossing van zeer bekende Pro blemen zoals keuze (Auswahl) vereenvoudiging (Formverein fachung) klassifikatie (Zusammen fassung) en verplaatsing (Verdrän- gung). Nooit eerder heb ik kartografische generalisering zo streng geordend gezien. Misschien is het nodig om bij generalisering vast te houden aan een strenge ordening wanneer de uitvoering van een kaartwerk, bestaande uit honderden of duizen- den kaartbladen moet worden ge- decentraliseerd. Maar het is bijna onmenselijk om een kartografisch tekenaar te dwingen voortdurend gebruik te maken van een vergroot- glas (Fadenzähler) wanneer hij een bochtige lijn meer vloeiend wil maken. Het lijkt ook weinig zinvol om de hulp in te roepen van Stellingen uit de natuurwetenschappen (filter- operations) als een basis voor generalisering. Voor een streng geordende generalisering zijn uitgebreide voorbeeldbladen (Zeicher-Schlüssel) nodig. Na het lezen van Töpfer's boek ontkomt men niet aan de in- druk dat generalisering werkelijk het meest inspannende deel is van het werk van de kartograaf. Men kan van deze inspanning verlost worden door automatisering. Töpfers Stellingen vormen een goed uitgangspunt voor de toekomstige toepassing van automatische KT 1976.11. 2 29

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1976 | | pagina 31