Een analyse van de kartografische vormgeving
van twee ruimtegebruikskaarten van Enschede
A. J. Karssen
De hiernavolgende uiteenzetting wil een verantwoording
zijn van de visuele eindpresentatie van de ruimte
gebruikskaarten van Enschede. Een aantal aspekten
van de vormgeving zijn geheel of gedeeltelijk intuitief
tot stand gekomen, bijv. het bepalen van lijndiktes,
kleurnuances, lay-out. Deze aspekten zijn in dit
artikel buiten beschouwing gebleven; zie in dit verband
mijn bijdrage over 'Schoonheid en kunstzin bij de
kartografische vormgeving' in Kaartbulletin 10,
1966 (1).
Om de analyse van de vormgeving goed te laten ver-
lopen, is getracht een bruikbare indeling van de
ontwerp-stadia te vinden.
In het bovengenoemde artikel werd de kaart als
grafisch uitdrukkingsmiddel geanalyseerd in vijf
ontwerpfasen: generalisatie, symboliek, kleur, lay-
out en beschrifting. Deze fasen werden gezien als de
stadia waarin de kartografische ontwerper kunst-
zinnige arbeid verricht.
In 'The look of maps' heeft A.H. Robinson (2) voor
een analyse van het kaartontwerp de volgende körte
indeling aan de hand gedaan: beschrifting (typografie)
struktuur en kleur.
J. Bertin (3) geeft een nog simpeler indeling van het
thematische kaartbeeld: de faktoren x, y en z. De x, y
faktor is de geografische lokatie, de topografie. De z
faktor is de toevoeging van de derde dimensie, de
keuze van tekens en Symbolen. Deze indeling is, even-
als de eerstgenoemde, voor ons doel te weinig ge-
inspireerd op het visuele eindbeeld van een kaart.
Robinson benadert het kartografisch ontwerp als een
visuele, grafische techniek, waarbij hij de struktuur
van een kaart als 66n visuele totaliteit van zowel
generalisatie als lay-out en symboliek beschouwt.
In het kader van deze bespreking lijkt een indeling
gebaseerd op de visuele eindpresentatie, zoals die van
Robinson een juist uitgangspunt, zij het dat aan de
eigenlijke vormgeving steeds een aantal overwegingen
vooraf gaan, die men als de voorbereidende vorm
geving zou kunnen beschouwen en die hier is aangeduid
als algemene vormgeving.
I ALGEMENE VORMGEVING
Inleiding
Wat de stedebouwkundige in de kaart wil zien, zijn de
verschillen in ruimtegebruik in Enschede als geheel en
op elke plaats in Enschede afzonderlijk. Hier is sprake
van twee niveaus: een overzichtelijk totaalbeeld en het
plaatseiijke detailbeeld. J. Bertin (3) onderscheidt
drie lees-niveaus. Het oog heeft het unieke vermögen
zieh te kunnen koncentreren op (a) ben enkel punt, (b)
op het kaartbeeld als geheel of (c) op een gedeelte
van het kaartbeeld.
Bertin onderscheidt verder twee soorten kaarten:
kaarten om te zien en kaarten om te lezen. Wanneer
een enkele variabel visueel uit de kaart kan worden
gelicht en als afzonderlijk gegeven gezien, dan is er
sprake van een 'kaart om te zien'. Wanneer de visuele
variabele zodanig is gekozen dat men de kaart van
plaats tot plaats moet bestuderen hebben we te maken
met een 'kaart om te lezen'.
In de vormgeving van de ruimtegebruikskaarten van
Enschede is getracht de drie lees-niveaus dusdanig
te benutten dat de kaarten zowel om te lezen als om
te zien zijn. Zij het dat dit laatste slechts in beperkte
mate mogelijk is.
De 23 Varianten van het ruimtegebruik zijn alle even
belangrijk. De visuele variabele moet zodanig worden
gekozen, dat uitsluitend onderlinge verschillen in
ruimtegebruik zichtbaar zijn, zonder dat het ene
gebruik het andere overheerst.
De visuele variabele moet voorts een zogenaamd
selektief vermögen bezitten, teneinde de verschillen
in ruimtegebruik los van elkaar te kunnen waarnemen.
De keuze kan niet anders zijn dan kleur, waarop later
uitvoeriger zal worden ingegaan.
Dominantie mag uitsluitend optreden als gevolg van
de grotere oppervlakte welke het ene gebruik beslaat
ten opzichte van een ander gebruik.
Wanneer elke plaats op de kaart het juiste ruimte
gebruik wil laten zien, zal bij de generalisatie geen
gebruik mögen worden gemaakt van samenvoeging van
verschillend ruimtegebruik of welke andere schema-
tisering van dit gebruik dan ook. Deze overweging
heeft direkte konsekwenties bij het kiezen van de te
gebruiken schaal.
Het voorgaande kan het best worden verduidelijkt in
de vorm van een aantal aan de kaart te stellen vragen:
1 Welke soorten ruimtegebruik kent Enschede Dit
zijn de eigenlijke verschillen in ruimtegebruik:
deze blijken uit de klassifikatie. De kaart zelf
verschaft deze informatie niet. 23 kleuren kan men
onmogelijk afzonderlijk, selektief, waarnemen.
2 Welk ruimtegebruik vindt men op die en die piek in
Enschede
Bij de schaal 1:12. 500 kan deze informatie nog juist
volledig verstrekt worden.
3 Welke soorten ruimtegebruik vindt men in de om-
geving van die en die piek in Enschede
Het leesniveau van een gedeelte van het kaartbeeld
14
KT 1976. II. 4