Automatisering en kartografie-opleidingen
F.Christ en H.J.Gottschalk
Inle id i ng
Dit artikel gaat niet over de manier waarop men de
opleiding kan automatiseren (hoewel dat op zieh
enkele overwegingen waard zou zijn), maar over de
wijze waarop iemand opgeleid moet worden, die bij
de kaartvervaardiging gebruik maakt van automati-
seringstechnieken.
De automatisering in de kartografie staat, ondanks
vele jaren van onderzoek en ook enkele spectaculaire
resultaten, over het algemeen nog aan het begin van
de ontwikkeling. Daarom kan een poging om eens op
een rijtje te zetten wat een kartograaf moet kunnen en
kennen om zieh met automatisering bezig te kunnen
houden slechts op weinig ervaringen worden geba-
seerd. Er is nog te weinig ervaring opgedaan met
automatiseringsapparatuur en -technieken in de
kartografie. De ontwikkeling van de automatisering
verloopt echter steeds stormachtiger, zeker gezien
het aantal lezingen dat daarover gehouden en het
aantal publicaties die daaraan gewijd worden. Het
valt te voorspellen dat de automatisering een steeds
grotere rol zal gaan speien en dat eens van elke kaart
op z'n minst enkele onderdelen automatisch worden
vervaardigd, zoals dat nu al bij enkele kaarten
gebeurt.
Automatisering in de kartografie wordt op het ogen-
blik bedreven door electrotechnici, fysici, geödeten,
geografen, wiskundigen etc. en in uitzonderings-
gevallen door kartografen. Deze situatie was zo
opvallend, dat op een kongres van de International
Cartographic Association door verscheidene sprekers
een beroep werd gedaan op de kartografen zieh
intensiever met de automatisering in de kartografie
bezig te houden, opdat niet aan het eind van de
ontwikkeling iets ontstaat, waarop de kartografen
zelf geen enkele invloed meer kunnen uitoefenen. E6n
van de redenen waarom zo weinig kartografen zieh in
dit Stadium van de ontwikkeling met automatisering
bezig houden (of bezig willen houden) is zeer zeker
het feit dat zij daarvoor niet opgeleid worden en dat
zij de kennis en künde missen om mee te werken aan
de automatiseringsprocessen en -technieken. Waarvan
men nooit iets gehoord heeft, daarvoor interesseert
men zieh normaal gesproken ook niet öf pas als het al
te laat is.
Daarom moet men nu al de opleiding van kartografen
zo inrichten, dat zij in staat zijn daadwerkelijk aan de
nieuwe ontwikkelingen mee te werken. De inhoud van
de opleiding wordt bepaald door het arbeidsveld waar
de kartografen naar alle waarschijnlijkheid ingezet
zullen worden en dit arbeidsveld hangt weer af van het
produet dat gemaakt moet worden, van de apparatuur
die bij de vervaardiging van het produet gebruikt
wordt en van de eisen en wensen van degene die
tenslotte de kartografie betaalt, zoals de gebruiker.
Als de gebruiker een landkaart wil hebben, dan zal
het produet ook altijd een landkaart zijn.
De tot nu toe verworven kennis en inzichten op karto-
grafisch gebied zullen daarom volledig behouden
moeten blijven.
De automatische vervaardiging van kaarten vereist
wel een zeer veel omvattend geografisch informatie-
systeem, dat bestaat uit gegevensbestanden (data-
banks) en apparatuur om met deze bestanden om te
gaan (raadplegen, verwerken etc. Het blijkt nu al,
dat men een dergelijk systeem niet alleen bij de
vervaardiging van kaarten kan gebruiken, maar ook
voor opdrachten die veel verder gaan.
Daaronder valt o. a. het direct opvragen en verwerken
van detail-informatie, die tot nu toe alleen maar uit
kaarten kon worden afgeleid, wat in feite een omweg
is bij de informatie-overdracht.
Bovendien is er nog de mogelijkheid de stand van
zaken (feiten en hun onderlinge samenhang) heel wat
gedifferentieerder grafisch uit te beeiden, iets wat tot
nu toe uit economische overwegingen niet mogelijk
was. Dat betekent dat er in kortere tijd mdßr kaarten
over m66r onderwerpen vervaardigd kunnen worden.
Daaruit kan men af leiden dat de kartograaf zijn
huidige werkterrein volledig moet beheersen. De
automatische verwerking van gegevens treedt groten-
deels in de plaats van de tot nu toe door hem gebruikte
apparaten en technieken. Vandaar dat een kartograaf
die werkzaam is in de geautomatiseerde kartografie
met betrekking tot zijn werkzaamheden een plaats je
zal moeten zien te vinden in het organisatieschema
dat in de wereld van de automatische gegevens ver
werking als doelmatig wordt ervaren.
Bij een rekencentrum onderscheidt men de volgende
funeties:
- de dispatcher, die de gebruiker toegang verschaft
tot de rekenapparatuur
- de Operator, die de apparatuur bedient,
- de programmeur, die de programma's voor de
apparatuur schrijft,
- de systeemanalist, die de opeenvolgende stappen
in het verwerkingsproces analyseert,
- de systeemprogrammeur, die het gehele werk-
proces programmeert, en ten slotte
- de Organisator, die de gang van zaken bij het
rekencentrum regelt en richtlijnen opstelt.
Ook een instelling die zieh met de automatische
vervaardiging van kaarten bezighoudt, zal aan dit
1978.IV.l
23