fl BULLETIN VAN DE VAKGROEP KARTOGRAFIEUTRECHT, GEOGRAFISCH INSTITUUT DER RIJKSUNIVERSITEIT. ISSN 0304-0852. Nr 2 (1975) en Nr 5 (1977) Sinds 1975 verschijnt het Bulletin van de vakgroep Kartografie. Het is geen echt tijdschrift, maar een reeks min of meer zelfstandige publicaties van (oud-) mede- werkers van de afdeling Karto grafie. De nummers uit de reeks verschijnen zeer onregelmatig, en lopen wat uiterlijk en inhoud betreft nogal uiteen; ook de prijs varieert sterk: tussen de 10 en 40 gülden per nummer. Nummer 1 was de Lijst van Kaarten in de Ackersdijck-collectie (besproken in KT 1976. II.2), nummer 3 de promotie van H.Stibbe over Marc- maps (besproken in KT 1977. III.2), en nummer 4 het eerste deel (Ver- keer en Vervoer) van de Atlas Zuidoost Utrecht. De nummers 2 en 5 waren meer normale tijd- schriftnummers. Nummer 2 ver- scheen eind 1975 en bevatte 2 artikelen. Zonder het artikel van W. Hoogendoorn-Beks (De ontwik- keling van het wegenpatroon in Zuid Oost Utrecht 1740-1970, met kaartbijlages) te kort te willen doen, ligt het belang van dit Bulletin in het artikel van prof C. Koeman onder de titel: Moderne onderzoekingen op het gebied van de historische kartografie. Hij bespreekt hierin een aantal aspecten van de ontwikkelingen in de historische kartografie van de laatste 30 jaar, zoals de verander- de benadering bij de Studie van oude kaarten (niet meer de kaart zelf, maar de omstandigheden die hebben geleid tot kaartmaken en kaartgebruik staan in de belang- stelling) en het gebruik van oude kaarten als historisch bewijsmid- del. Aan de hand van een analyse van de literatuur die sinds 1950 versehenen is, kan men conclu- deren dat tegenwoordig de regio nale historische kartografie alle andere studiegebieden (kartografie van de klassieke oudheid, ont- dekkingsgeschiedenis) overheerst. Daarnaast valt op dat er de laatste jaren veel karto-biblio- grafische werken zijn versehenen (bibliografiehn, catalogi, inventa- rissen, naamsregisters etc.die van groot belang zijn voor de toe- komstige ontwikkelingen van de historische kartografie; inven- tariseren gaat tenslotte vooraf aan gedegen wetenschappelijk onderzoek. Nummer 5 van het Bulletin is gewijd aan de historische karto grafie, en bevat eveneens twee artikelen, echter over vrij speeifieke onderwerpen. Prof. Koeman beschrijft enkele manu- scriptkaarten van de westkust van Noord-Amerika door G. van Keulen (1710-1712), terwijl G.Schilder een wandkaart van de wereld bespreekt van Willem Blaeu uit 1605, en haar variant van Hondius van 1624. Beide kaarten (en nog enkele latere uit- gaven) worden uitvoerig besproken Beide artikelen (in het engels) zijn rijk geillustreerd. Ondanks het gebrek aan uniformiteit, regelmaat en consistentie (en ondanks de hoge prijs) dient men de uitgaven van het Bulletin in de gaten te houden omdat het (naast de minder aantrekkelijke litera tuur van catalogi en proeft- schriften) toch ook zeer lezens- waardige artikelen brengt en ver slag doet van het onderzoek aan de afdeling Kartografie van het Geografisch Instituut te Utrecht. W. van den Dries J. A. Brongers. AIR PHOTOGRAPHY AND CELTIC FIELD RESEARCH IN THE NETHERLANDS. Serie Nederlandse oudheden no. 6. Uitgave Rijksdienst voor het Oud- heidkundig Bodemonderzoek, Amersfoort 1976. ISBN 90 12 01363 1. De eerste band bevat 147 pp. met 24 luchtfoto's en 15 illustraties; in de tweede band zijn de 19 losse kaartbijlagen en hun legenda opgenomen. Kaartbij- lage 7, blad 4 van de Archeo- logische kaart van Nederland 1 100. 000 is in kleuren uitge- voerd. De nadruk bij deze bespreking zal vooral op het bijgevoegde kaart- materiaal vallen, waardoor te weinig recht gedaan wordt aan de oudheidkundige aspecten van deze dissertatie. Het werk is als volgt opgebouwd; Na een inleiding volgt een historisch overzicht van de ontwikkeling van de luchtfotografie en de toepassingen daarvan op het gebied van de archeologie. Ver volgens wordt een overzicht ge- geven van het onderzoek naar celtic fields, groepen van prehis- torische akkerindelingen. De sporen van deze vorm van akker- bouw, die van ca. 600 v.Chr. tot in de Romeinse tijd beoefend werd, zijn in Nederland op een aantal plaatsen, vooral op de oostelijke zandgronden, teruggevonden. Daarmee zijn de bouwstenen aan- gedragen voor het derde deel: het gebruik van luchtfoto's en kaarten voor het onderzoek naar celtic fields. Aan de hand van de inter- pretatie van vooral gedurende de oorlog door de RAF vervaardigde luchtfoto's is althans voor het ge bied dat door blad 4 van de Archeologische kaart van Neder land wordt beslagen, een inven- tarisatie gemaakt van de celtic fields. Blad 4 bedekt hetzelfde gebied als de bladen 8 en 9 van de 32 1978.IV.1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1978 | | pagina 34