4. Belangrijke naijlpalen werden bereikt in de sector
Documentatie zoals bijv. door de publicatie van
de Bibliografie Atlantes Neerlandici, de oprich-
ting van de Stichting Informatie- en Documenta tie-
centrum voor de Kartografie te Utrecht en de vol-
tooiing van de catalogus van de kaartencollectie
van de UB te Amsterdam.
5. Met gepaste luister werd een aantal jubilea gevierd
zoals bijv. van de honderdvijftigjarige Topogra-
fische Dienst, de honderdjarige Waterstaatskaart,
de honderdjarige Bosatlas en de vijfenzeventig-
jarige Geologische Dienst.
6. Tenslotte werd een reeks interessante kaarten-
tentoonstellingen gehouden waarvan de Karto-
rama's, periodieke presentaties van contempo-
raine ambtelijke zowel als commerciele karto
grafie, reeds een zekere vermaardheid hebben
verworven.
De lijst van evenementen begint met de oprichting
van de Kartografische Sectie van het Koninklijk
Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KS-KNAG)
in 1958 en eindigt met het huidige jubileum van de
Nederlandse Vereniging voor Kartografie (NVK).
Daarmede is beslist niet getracht de indruk te
vestigen als zou de KS/NVK 1) deze activiteiten
hebben geinitieerd en als zouden de laatste zieh bis
sen de polen KS en. NVK hebben afgespeeld. De KS/
NVK is slechts £6n van de uitingen van het reveil,
een van de exponenten van, zo men wil, de Nieuwe
Gouden Eeuw, al valt niet te ontkennen dat zij door
haar vele activiteiten als katalysator heeft gewerkt,
veel heeft los gemaakt en ter overdenking aange-
dragen en aldus het nationale reveil heeft versneld
en gei'ntensiveerd.
3. P r of e s s i onal is e r in g der kartografie
Bij het zoeken naar de maatschappelijke relevantie
van het chaotisch gebeuren dat met de geboorte van
een wetenschap wordt aangeduid lijkt het raadzaam
bij de sociologen te rade te gaan. Volgens de inter-
pretatie van deze maatschappij-wetenschappers
bevindt de kartografie zieh midden in een proces dat
aangeduid kan worden met de term professionalisering.
Professionalisering is afgeleid van "profession" een
term die voor de sociologen een ruimere betekenis
heeft dan in de dagelijkse omgangstaal, alwaar de
vertaling in "vrij beroep" gangbaar is. In de sociolo-
gie is een "profession" een beroep gebaseerd op
specialis tische, intellectuele Studie en opleiding met
als doel het verlenen van diensten aan derden tegen
een bepaald honorarium of salaris. Behalve aan de
vrije beroepen wordt hier aan werkzaamheden in
loondienst zoals kartografisch tekenwerk gedacht.
Onder "professionalisering" wordt vervolgens de
wording van een beroep tot professie verstaan het-
geen implieeert een toenemende gerichtheid op
speeifieke beroepskennis en vakmanschap.
In het proces der professionalisering vallen volgens
sociologen verschillende stadia te onderscheiden die
in het geval van de kartografie als volgt geformuleerd
kunnen worden:
1. Allereerst dient er overeenstemming te bestaan
over de beroepsaanduiding d.w.z. dat beroepsna-
men als kartograaf, kartografisch tekenaar, kaart-
auteur, kaartredacteur enz. vastomlijnde begrippen
dienen te zijn die niet voor verschillende uitleg
vatbaar zijn.
2. Vervolgens dient een beroepsvereniging gevormd
te worden d.i. een vrijwillige organisatie van
beroepsbeoefenaren, die wat opleiding en/of
arbeidssituatie betreft een zekere mate van homo-
geniteit vertonen en die verbetering van een of
ander aspect van de beroepspraktijk beogen.
3. Vervolgens dienen er voor de verschillende cate-
gorieen beroepsbeoefenaren uniforme beroeps-
opleidingen te worden ingesteld met duidelijke
vooropleidingseisen afgesloten door examens
liefst in de wet vastgelegd.
4. De volgende stap is het opstellen door de vereniging
van een beroepscode of beroepsethiek die door alle
beroepsbeoefenaren wordt aanvaard en nageleefd.
5. Een wettelijke bescherming van de beroepsnaam
kan als het wäre als het sluitstuk van de profes
sionalisering worden beschouwd. Dit implieeert
het streven naar een in de wet vastgelegd verbod
tot uitoefening van het beroep door hen die niet
aan de opleidingseisen voldoen.
Bij het overzien van deze stadia kan in het algemeen
worden geconstateerd dat het proces der professio
nalisering in de kartografie nog verre van voltooid is.
Voorts valt op te merken dat de ontwikkeling niet in
alle landen even snel verloopt. In de BRD bijv. alwaar
een "AusbildungsOrdnung" bestaat waarin inhoud van
de beroepsopleiding wettelijk omschreven en bekrach-
tigd is en waar de niveaus Kartograph
en Ingenieur (Grad.) für Landkartentechnik
wettelijk beschermd zijn, is men zeer
ver gevorderd. In Nederland is men zoals bekend nog
ver van deze droomtoestand verwijderd. De vrijwillige
organisatie van beroepsbeoefenaren waarvan onder
punt 2 sprake was, is tenminste in de NVK gereali-
seerd. Hoewel het ledenbestand van deze beroeps
vereniging bestaande uit kartografische tekenaars,
kaartredacteuren, kaartbeheerders, kartografen
(wie dat ook mögen zijn) reprotechnici, uitgevers
enz. zeer heterogeen is, vertonen deze lieden toch in
de arbeidssituatie een zekere mate van homogeniteit.
Bovendien is hun gezamenlijk streven gericht op ver
betering van de beroepspraktijk.
Men mag derhalve concluderen dat aan de voorwaarde
van de vorming van een beroepsvereniging is voldaan.
Voor wat betreft het volgende punt, de instelling van
een uniforme beroepsopleiding zijn in de laatste jaren
aanzienlijke successen geboekt, waarvan de schrifte-
lijke cursus voor kartografisch tekenaar en de instel
ling van kartografische studierichtingen op academisch
niveau wel de klapstukken zijn.
Van het opstellen, laat staan aanvaarden, van een
beroepscode is in de Nederlandse kartografenwereld
nog nauwelijks sprake geweest. De discussie over
beroepsethische vragen is nog niet op gang. Echter
valt wel op te merken dat het regelmatig samenkomen
op studie- en kartografendagen en het gezamenlijk
discussieren over allerlei vakaspecten zijn vormende
uitwerking niet gemist zal hebben. Zonder dat de
6
Lustrumnummer 1978. IV. 3