Op te merken valt dat de vrijwillige inzet van enkelen
telkens weer anderen enthousiasmeert waardoor als
het wäre een keten van ondersteunende faciliteiten
gratis beschikbaar komt, die voor het goed functio-
neren van de vereniging onontbeerlijk is. Zonder deze
subsidies in natura (beschikbaar stellen van vergader-
ruimte en tijd voor bestuurswerk, assistentie bij
tekenen, drukken en verzenden) die niet in cijfers
kunnen worden uitgedrukt en waartoe de overheids -
zowel als de commerciele kartografie in edele wed-
ijver bijdroegen zou de NVK haar huidige status
moeten prijsgeven. Zo openbaart zieh in de praktijk
van het kartografisch verenigingsleven de overheid,
de onpersoonlijk bureaucratische almacht, als een
vriendelijke, milde Sponsor!
6. Materiele positie
Op basis van de financiele stukken van de NVK over
de laatste jaren kan worden geconstateerd dat de
vereniging zieh in materieel opzicht in de positie van
een gezonde kleine zelfstandige bevindt. De debacle
die pessimistische leden voorzagen bij de verzelf-
standiging van de KS en het wegvallen van de facili
teiten van het KNAG is uitgebleven. Het ledenbestand
is na de verzelfstandiging gesaneerd, deels längs
natuurlijke weg, d^els door het afstoten van siechte
betalers. Nog in 1973 merkte secretaris Willems
laconiek in zijn Jaarverslag op dat "enkele tientallen
leden hun contributie niet betalen!Sedert 1975 heeft
een flinke groei van niet minder dan 120 nieuwe leden
tot de materiele consolidatie van de vereniging bij
gedragen.
Het Kartografisch Tijdschrift, de grootste credit-
post op de exploitatierekening, geeft nog geen reden
tot bezorgdheid, hoewel het totale uit contributies
ontvangen bedrag daaraan wordt besteed. Echter
houden de inkomsten uit advertenties de kosten van
het KT op een acceptabel niveau. Ter vergelijking
zij vermeld dat de DGfK en de BCS resp. 50% en
ruim 60% van de totale uitgaven aan hun tijdschrift
besteden terwijl dat cijfer bij de NVK 70% bedraagt.
Uit de batige saldi van de studiedagen kon in de loop
der jaren een bescheiden kapitaalsreserve worden
opgebouwd, die naar het zieh laat aanzien door tijdige
contributieverhoging (1978) kan worden geconsolideerd.
De NVK-contributie voor persoonlijke leden ligt met
f 30, - per jaar tussen de Duitse (DGfK: DM 36, -) en
de Britse (BCS: 5.00) in. Voor wat betreff de
institutionele leden blijft de NVK met f 75,- iets
beneden de BCS 20.00) terwijl de DGfK op dit punt
verschil maakt tussen overheidsinstellingen (DM 60, -)
en commerciele bedrijven (DM 240, -!).
Tenslotte bevindt zieh onder de activa van de NVK
nog het zg. Schokkenkampfonds gevormd uit het batig
saldo van de Derde Conferentie van de International
Cartographic Association die in 1967 door de KS
KNAG te Amsterdam werd georganiseerd. Hoewel
bij herhaling is aangedrongen op een nuttig gebruik
van dit fonds heeft het bestuur daar nog niet toe kun
nen besluiten.
Opgemerkt kan worden dat de huidige financiele
situatie door de grote vrijwillige inzet van persoon
lijke en de assistentie van institutionele leden, een
vertekend beeld geeft. Naarmate - zo wordt gerede-
neerd - de NVK een professioneler karakter krijgt
wordt het tijd de realiteit onder het oog te zien en
voor administratieve werkzaamheden enz. betaalde
part-time-krachten aan te stellen. De fondsen daar-
voor moeten dan maar gevonden worden. Ik ben
geneigd aan die vertekening, waaraan kartografen
overigens wel gewend zijn, niet zo zwaar te tillen.
De persoonlijke inzet is een van de grote charmes
van de vereniging en zolang die vrijwillig wordt aan-
geboden lijkt het juist realistisch het voorlopig maar
zonder betaalde krachten te doen.
7. Dienstenpakket
Vastgesteld kan worden dat de NVK in het educatieve
vlak voortreffelijk werk verricht. Het diens tenpakket
dat zij offreert - studiedagen, kartografendagen,
'aangeklede' ledenvergaderingen en sedert 1977 zomer-
cursussen - getuigt van beweeglijkheid en vinding-
rijkheid en heeft in de praktijk de funetie van een
'öducation permanente', van een continue bijscholing
van het heterogene ledenbestand. In bijlagen II, III
en IV van dit artikel is een overzicht gegeven van alle
voordrachten die door de KS-KNAG/NVK in de periode
1958-78 tijdens bovengenoemde manifestaties werden
georganiseerd. Het is een indrukwekkende lijst van
172 "papers"geworden over de meest uiteenlopende
onderwerpen, waarvan het overgrote deel nl. 98 tijdens
de meerdaagse studiedagen werd gepresenteerd.
Uit de keuze der onderwerpen blijkt dat de NVK
enerzijds de hand aan de pols van de wetenschap houdt,
anderzijds de behoeften van de praktijk zorgvuldig
aftast. Daar kartografie een te ernstige zaak is om
alleen aan kartografen te worden overgelaten, worden
dikwijls specialisten buiten eigen kring als spreker
geinviteerd, hetgeen bij herhaling zeer verhelderend
werkt. Van de 172 voordrachten werden er voorts 19
door buitenlandse sprekers verzorgd.
Hoewel het aantal deelnemers aan de studiedagen
varieert al naar gelang het geboden onderwerp, is de
belangstelling over het algemeen zeer verheugend.
Het onderwerp Kaartreproduktie scoorde tot twee-
maal een hoog aantal deelnemers nl. in 1971 71 en in
1978 77Reliefschaduwing en kaartprojectie werden
met resp. 22 en 35 personen het minst druk bezocht.
Voorlopig is aan onderwerpen voor Studie- en karto
grafendagen tengevolge van de driftige expansie van
het vak, geen gebrek. Bovendien voltrekt de tech
nische ontwikkeling in diverse sectoren, zoals bijv.
in automatisering en repro, zieh in een dergelijk
tempo dat zonder bezwaar bepaalde onderwerpen
periodiek herhaald kunnen worden, zoals met kaart
reproduktie reeds gebeurde.
Werkbijeenkomsten van kartografen zijn nauwelijks
denkbaar zonder bijpassend kaartwerk. Vandaar dat
studie- en kartografendagen steeds worden opgeluis-
terd door kartografische tentoonstellingen. De er-
varing leert echter dat deze veelal met veel zorg
bijeengebrachte collecties, veelal vergezeld van
toelichtende catalogi, gezien de körte duur der bij
eenkomsten slechts vluchtig bekeken worden. Het
wäre te overwegen het nuttig effect van het voorbe-
reidend werk te vergroten, door het ten toon gestelde
materiaal na afloop der bijeenkomst aan derden ter
expositie aan te bieden bijv. aan openbare bibliotheken,
10
Lustrumnummer 1978. IV. 3