Tekstwaarneming' en evenwichtige plaatsing
in de grafische mimte
Enschede
Enschede
A.J. Karssen
De grafische beeldtaal bedient zieh van een aantal
bouwstenen, waarmee een grafische voorstelling
wordt opgebouwd, met de bedoeling een informatie-
overdracht tot stand te brengen. Deze bouwstenen zijn
punten, lijnen en oppervlakken, welke door middel
van visuele variabelen oneindig gevarieerd kunnen
worden. Bertin beperkt zieh tot punt, lijn en opper-
vlak, maar aangezien teksten op dezelfde wijze ge
varieerd kunnen worden, kan tekst als de Vierde
mogelijkheid worden beschouwd.
De visuele variabele grootte uit zieh in corpsver-
schillen, helderheidswaarde in mager/vet, struktuur
(of densiteit) in nauw en ruim gespatieerd, kleur in
rood/blauw, orientering in recht/cursief, vorm in
onderkast/kapitaal, vele letterfamilies, smal/breed,
plat en reliefdruk, zie figuur 1.
Grafische
Tekst
Variabelen
Voorbeelden
Toepassing
Grafische
Waarneming
GROOTTE
(corps-grootte)
Enschede
Enschede
uitbeelden van
hoeveelheden,
benadrukken en
afzwakken
kwantitatief,
geordend en
selektief
HELDERHEIDS
WAARDE
{mager/vet,
grijs/zwart)
Enschede
Enschede
Enschede
uitbeelden van
rangorde,
benadrukken en
afzwakken
geordend en
selektief
GREIN
(STRUKTUUR)
(spatiering)
Enschede
Enschede
Enschede
uitbeelden van
verwante
verschilfen
kwalitatief,
selektief en
geordend
KLEUR
Enschede biauw
Enschede groen
Enschede rood
uitbeelden van
verwante en
absolute
verschilfen
kwalitatief en
selektief
ORIENTERING
(recht, cursief)
Enschede
Enschede
uitbeelden van
verwante
verschillen
kwalitatief
VORM
{letterfamilies,
onderk./kap.)
ENSCHEDE
Enschede
Enschede
Enschede
Ense heile
uitbeelden van
verschillen
kwalitatief
GEKOMBI-
NEERDE
VARIABELEN
Enschede
Enschede
grootte+helderheidswaarde
versterking van
de toepassingen
afhankelijk van
de gebruikte
variabelen
figuur 1
Van de genoemde vier inplantatievormen zal hier op
de tekst nader worden ingegaan, waarbij vooral de
plaatsing van teksten in de grafische ruimte aan een
nader onderzoek zal worden onderworpen.
Tekst binnen de grafische semiotiek
In de leer van de tekensystemen wordt onderscheid
gemaakt tussen tekens en Symbolen. Onder teken wordt
verstaan: beeld, geluid of geur dat op zichzelf Staat,
zonder geestelijke inhoud. De letters van het alfabet
zijn zulke tekens, evenals een cirkel, driehoek of
veelhoek. Daarentegen is een symbool een beeld, ge
luid of geur dat naar iets anders verwijst dan het zelf
is.
Woorden, verkeersborden, kaartelementen zijn voor-
beelden van Symbolen. De lettertekens die samen het
woordsymbool 'cirkel' vormen, roepen een inwendig
beeld op van een ronde vorm van onbestemde grootte.
Het woord kan worden waargenomen met het oog (le-
zen) of met het oor (gesproken woord).
De getekende cirkel daarentegen is het 'uitwendige'
beeld van een zuiver ronde vorm van een meetbare
grootte en verschijnt via de visuele waarneming. De
getekende cirkel is geen symbool maar een teken.
Wanneer men afspreekt om een cirkel waar te nemen
als een stad, dan is hierdoor de cirkel symbool ge
worden en heeft daarmee dezelfde funktie als een woord
gekregen. Men kan in een kaart in plaats van een stads-
cirkel het woord 'stad' plaatsen. Hiermee wordt de
afspraak die voor de cirkel moest worden gemaakt
overbodig.
Het onderscheid tussen tekst en overige kaartsymbolen
wordt gevonden in het feit dat het 6en voor zichzelf
spreekt en het ander een verklaring of afspraak nodig
heeft. Een ander belangrijk verschil is dat voor woor
den de symbolische verwijzing bij elk individu anders
kan zijn, terwijl de andere kaartsymbolen slechts op
66n manier kunnen worden opgevat, zolang de ver
klaring eenduidig is. Immers, het woord 'cirkel' zal
bij de 66n een vage ronde vorm oproepen en bij de an
der misschien de zon of de vorm van een wiel. Maar
als kaartsymbool met de afspraak 'stad' is elke andere
uitleg uitgesloten. Dit verschil wordt aangeduid met
polysemiotisch en monosemiotisch. Luchtfoto's zijn
polysemiotisch, het begrijpen ervan is afhankelijk van
de individuele interpretatie van de waarnemer, kaar-
ten daarentegen zijn monosemiotisch,door eenduidige
legenda-afspraken kunnen ze slechts op een manier
begrepen worden.
Binnen grafische konstrukties worden teksten meestal
gekoppeld aan reeds in beeld gebrachte verschijnselen.
Namen op kaarten worden doorgaans gebruikt om de
18
1978.IV.4