4 h v* «w y* «v Derde Tweede Eerste Vierde Imhof, Keates Derde Vierde ^Tweede Eerste Raiz figuur 27 indien er een grafisch verband kan worden gelegd tussen het kaartsymbool en de bijbehorende naam. Dit wordt geillustreerd in figuur 28 waar voorbeelden van namen zijn gegeven met en zonder grafische relatie met het symbool. Daar waar een relatie is aangebracht,verschijnen symbool en naam als een grafisch geheel, daarentegen lijkt het alsof naam en symbool verder van elkaar verwijderd zijn in de voorbeelden zonder grafische relatie. In figuur 29 zijn een aantal mogelijke relaties aan- gegeven, welke wellicht voor uitbreiding vatbaar zijn. Een uitzondering vormt de relatie van het op een horizontale lijn plaatsen van naam en symbool. Deze relatie is zo sterk dat in sommige gevallen symbool en naam samensmelten, zie figuur 30. Daarom is het beter deze relatie niet toe te passen, tenzij er een sterk onderscheid tussen naam en symbool aanwezig is, zoals in figuur 31. Het zal uiteraard niet altijd mogelijk zijn een grafische relatie toe te passen, aangezien de ruimtelijke plaat- sing ten allen tijde voorrang heeft. Een tegengesteld geval doetzich voor wanneer de bij het puntsymbool behorende naam erg lang is. De naam neemt een lijnvormig karakter aan, wat een störende relatie met het puntsymbool veroorzaakt. De punt- gebondenheid kan worden hersteld door de naam, in dien de ruimte het toelaat, in twee stukken te snijden, zie fig. 32. De twee delen moeten dan wel zeer dicht bij elkaar worden gezet, om de indruk van twee af- zonderlijke namen te vermijden Nuevo Santiago de Compostella q Nuevo Santiago de Compostella figuur 32 Waarnemingsaspekten bij gebiedsnamen Tot dusver zijn uitsluitend voorbeelden gegeven voor plaatsing van tekst bij puntsymbolen. Het zal duidelijk zijn dat het beschreven ruimtegebruik evenzeer opgaat voor namen bij lijn- en oppervlaktesymbolen. Aan gezien het sinds jaar en dag gebruik is deze namen over het algemeen centraal te plaatsen, behoeft hier- over niet verder te worden uitgewijd. Een uitzondering wordt gemaakt voor de techniek van het plaatsen en spatieren van namen van oppervlakte symbolen, vanwege de bijzondere waarnemingsaspek ten hieraan verbonden. Bij gebiedsnamen dient behalve de centrale plaatsing van de naam, rekening te worden gehouden met de ruimtelijke 'uitstraling' van een naam. Deze ruimte- werking komt ongeveer overeen met een verdubbeling van de naamlengte, zie figuur 33. Het gaat hier om gebieden welke door een omgrenzing in de kaart zijn zichtbaar gemaakt. Voor gebieden waarbij uitsluitend de naam zelf de lokatie aanduidt (natuurlijke land- schappen zoals gebergtes, laagvlaktes, e.d.) moet met een kortere afstand worden gerekend: ongeveer I2 maal de letterafstand (Imhof, Keates). DRENTSE HEIDE-» RIJNLANDj, figuur 33 De ruimtelijke verdubbeling kan als waarnemings- eigenschap van gebiedsnamen worden beschouwd. Dit houdt in dat in een omgrensd gebied de naam niet langer dan de halve lengte behoeft te zijn. Daarnaast geeft de richting van de naam een indikatie van de lengte-as van het gebied. Vandaar dat veel gebieds- Eindhoven q Eindhoven Dubbeldam O Dubbeldam O OWoudstede QWoudstede q Smitrecht q Smitrecht figuur 2 8 Grafische relaties middellijn centrering 1 zijlijn letters figuur 29 OALMELO ALMELOO figuur 30 ALMELO ALMELOÜ figuur 31 1978.IV.4 23

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1978 | | pagina 25