Kleurseparatie in kaartproduktie
A. J. Karssen
Alternatieve methoden voor het reproduceren van gekleurde gebieden door gebruik
van gekleurde originelen*.
Inleiding
In het kartografisch reproduktieproces is het gebrui-
kelijk om gekleurde gebieden te vervaardigen door
middel van maskeer-methoden, hetzij positief met de
hand of negatief met behulp van peelcoats of strip-
masks.Soms wordt een methode zonder maskeren
gevolgd: n. 1. door gebruik van percentage plakrasters
welke direkt met de hand worden uitgesneden in de
vereiste rasterkombinaties en rasterhoeken. Deze
technieken geven vlakke en egaal gekleurde kleur-
oppervlakken. Zij kunnen daarentegen kostbaar en
tijdrovend zijn. In de grafische industrie wordt veel-
vuldig gebruik gemaakt van een techniek gebaseerd
op kleurseparatie door het fotograferen van als
origineel gekleurde modellen (1). Er bestaan ook
enkele kartografische instituten die gebruik maken
van kleurseparatie (2). Vooral bij kaarten die de
fysieke verschijning van het terrein weergeven.
De kartografische afdeling van het I. T. C. is begonnen
met een onderzoek naar de mogelijkheden van kleur
separatie in kaartproduktie en dit is een verslag van
de eerste resultaten.
De bedoeling van dit onderzoek is na te gaan of be-
paalde kaarten (3) sneller en goedkoper kunnen worden
vervaardigd. Wanneer dit het geval mocht zijn dan
dienen de volgende vragen te worden beantwoord:
1. Welke kaartsoorten zijn het meest geschikt voor
deze methode?
2. Welke kleurtechniek geeft de beste resultaten?
3. Hoe kan een dergelijke kleurmethode worden
gestandaardiseerd?
Er bestaan diverse voorbeelden van gereproduceerde
bestaande kaarten, gefotografeerd met behulp van
kleurfilters. In deze kaarten zijn het lijnwerk en de
tekst doorgaans niet scherp als gevolg van de geras
terde randen van lijn- en puntsymbolen. Deze on-
scherpte kan tot een minimum worden beperkt door
gebruik te maken van een opname met lijn-film voor
zwarte tekst en lijnwerk (fig. lc). Wanneer kaarten
met gerasterde oppervlakken op deze wijze worden
gereproduceerd zal over het algemeen een zeker
moird effect niet te vermijden zijn (fig. 1 b en lc).
In plaats van bestaande kaarten als model te gebruiken
kan men gekleurde originelen maken en deze vervol-
gens fotograferen en rasteren.
Bij het volgen van deze werkwijze kunnen onscherpte
en moirö effecten worden vermeden. Het kaartbeeld
wordt niet op 6dn tekeningdrager aangebracht, maar
gescheiden in lijn-punt- en tekstoriginelen en een
apart model voor de oppervlaktekleuren. Lijnwerk en
tekst worden op de gebruikelijke wijze vervaardigd
door graveren, tekenen en monteren, het van kleur
voorziene model wordt gefotografeerd op panfilm door
drie of vier kleurfilters en dan gerasterd. Voor het
maken van de kleur-originelen zijn diverse technieken
voorhanden: zoals kleurpotloden, waterverf, plakaat-
verf, olieverf, gekleurde plakfolie, viltstiften en daar-
bij kan ook aan de retoucheerspuit worden gedacht.
Hieruit zijn kleurpotlood (fig. 2 en 6), plakaatverf
(fig. 3) en gekleurde plakfolie gekozen als eerste
proeven van onderzoek. De gekleurde modellen zijn
alle op reproduktie schaal, een op een, vervaardigd.
Men mag verwachten dat wanneer modellen fotografisch
worden verkleind, de kleurvlakken wat egaler zullen
uitvallen. De gekozen voorbeelden hebben alle gemeen
dat het kaartbeeld uit egale kleurvlakken bestaat. De
mogelijkheden van in elkaar verlopende kl euren en
kleurverloop tezamen met schaduwering zijn onder-
werp voor verder onderzoek.
De toepassing van kleurpotlood
(fig. 2 en 6).
Kleurpotloden kunnen zowel op papier als op een
polyester basis (bijv. cronaflex) worden gebruikt.
Het nadeel van papier is dat het niet transparant is en
evenmin maatvast. Desalniettemin werd gewoon type-
machinepapier gebruikt voor de proeven 2 en 6. Op
een lijnwerkgids van lith-film werd het papier ge-
monteerd en een lichttafel zorgde voor voldoende door-
lichting. Gezien het kleine formaat van de kaartfrag-
menten leverde de maatvastheid geen Problemen op.
Voor grotere formaten dient gewapend papier (zink of
aluminium) te worden gebruikt, waarop zieh een
blauwgids van het lijnwerk bevindt. Bij het verwijderen
van de blauwgids wordt het kleurbeeld enigszins aan-
getast, vandaar dat een transparante polyester drager
waarop de kl euren worden aangebracht de voorkeur ver-
diend.
Het exaet nabootsen van kleuren vanaf een gegeven
model is niet goed mogelijk met kleurpotloden, toch
is er naar gestreefd de kleuren van een bestaande
gedrukte kaart zo goed mogelijk te benaderen.
Een andere mogelijkheid is het kiezen van nieuwe
aangepaste kleuren, waardoor een beter kleuronder-
scheid kan worden bereikt.
De gebruikte kleurpotloden waren van Caran d'Ache,
Prismalo in 40 tinten. In de met kleurpotlood ver-
vaardigde proefkaartjes (2 en 6) zijn de kleuropper-
vlakken van de meeste gebieden korrelig van struk-
tuur, doordat het pigment van de potloden de oneffen
1979. V. 1
13