tepefcSiiigam
DE GROTE OOSTHOEK. Encyclo-
pedie en woordenboek. Utrecht,
Oosthoek, 1976- Deel 21 Atlas, 1978.
ISBN van de atlas 90 6046 221 1
374 pagina's, 21 x 28 cm.
Deze bespreking valt uiteen in twee
delen. In het eerste (en korste)
deel wordt de atlas zelf besproken.
In het tweede deel komt de relatie
tussen de atlas en de andere 20
delen van de encyclopedie aan de
orde (van deze 20 delen zijn er
thans 14 versehenen).
Voor alle objectiviteit verwijs ik
naar een meer kartografische be-
nadering door de heren Meijer en
Ormeling in De Nieuwe Geografen-
krant van maart 1979, uit welke
bespreking ik ook enkele elemen-
ten heb overgenomen.
Deze atlas is een merkwaardig
produet. Zij bestaat uit een vier-
tal grotere onderdelen.
1. In de atlas zijn een twintigtal
satelietfoto's opgenomen van de
gehele aarde of delen daarvan,
voorzien van een körte uitleg over
geschiedenis, nut en gebruik van
deze nieuwe techniek, en een körte
toelichting op de foto's zelf. Het
zijn fraaie voorbeelden van deze
techniek, uitstekend geschikt om
de grote mogelijkheden ervan te
laten zien. De meeste mensen
zullen de foto's echter alleen be-
schouwen als mooie plaatjes. In
deze atlas wordt er verder geen
gebruik gemaakt van luchtfoto's,
uitgezonderd een grote foto van
Moskou naast een kaart van deze
stad.
2. Het geografisch kaartdeel, dat
ongeveer 350 kaarten omvat op
ongeveer 200 pagina's,is afkomstig
uit de bekende Diercke Weltatlas
van Westermann uit Braunschweig.
De teksten op de kaarten zijn ver-
taald, de kleurstelling is iets ver-
anderd teneinde een rüstiger kaart-
beeld te verkrijgen. Nieuw zijn de
kaarten van Nederland, Belgife",
Luxemburg, Suriname en de Ne-
derlandse Antillen, speciaal voor
deze uitgave ontworpen door M.
de Smit en prof. H. van der
Haegen (Leuven).
Natuurlijk zijn er hier en daar
kleine teken- en drukfoutjes inge-
slopen, maar over het algemeen
kan men zeggen dat deze kaarten
een volledig, goed en prettig lees-
baar beeld geven van de 'leef-
omstandigheden van de (wereld)
bevolking'. Alle landen en streken
worden uniform afgebeeld op
fysische dn economische kaarten.
Bij die laatste kaarten is op een
ondergrond met het bodemgebruik
industrie, energie, mijnbouw en
transport ingetekend. Verder zijn
er andere thematische kaarten en
stadsplattegronden. In dit atlas-
deel zijn geen spellings-, uit-
spraak- en transcriptieregels op
genomen. Die staan wel in deel 1
van de encyclopedie maar daar
Staat niet bij dat die ook voor de
atlas gelden. Meijer en Ormeling
wijzen op enkele vreemde exony-
men als Brunswijk en Frankfort
aan de Main.
3. Naast het geografisch kaartdeel
is er nog een historisch kaartdeel,
waarbij 140 kaarten op ongeveer
60 pagina's zijn opgenomen. Deze
kaarten zijn afkomstig uit Weste r-
mann's Grosser Atlas zur Welt
geschichte. Ook hier is de tekst
vertaald, is de kleurstelling wat
aangepast, en is op een aantal
kaarten de gebergtevoorstelling
verdwenen, waardoor een rüstiger
kaartbeeld ontstond. Hier zijn geen
extra kaarten toegevoegd voor de
vaderlandse geschiedenis, waar
door onze Gouden Eeuw en andere
heldendaden er maar bekaaid van
af komen.
4. Er zijn naast een zeer uitvoe-
rige inhoudsopgavedrie registers
om deze atlas te ontsluiten. Er is
een alfabetische inhoudsopgave van
het geografische kaartdeel, waarin
de titels en onderwerpen van de
kaarten zijn opgenomen. Verder
is er een register op het geogra
fisch kaartdeel en een register op
het historisch kaartdeel. Een blad-
wijzer treft men aan op de b innen-
kant van de omslag.
Deze atlas verscheen als deel 21
van de Grote Oosthoek Encyclope
die. Bij sommige andere ency-
clopedieön krijgt men er een atlas
bijgratis of tegen sterk geredu-
ceerde prijzen. Dat geldt bijv.
voor de Grote Spectrum Encyclo
pedie waarbij men de Spectrum
Wereldatlas (Rand-McNally-kaar
ten) krijgt. Het betreft dan een
atlas die ook los verkrijgbaar is,
en niet speciaal voor de encyclo
pedie is gemaakt. Bij de Grote
Oosthoek Encyclopedie is dat an
ders. Men ziet de atlas als een
onmisbaar deel van de encyclope
die, en heeft er speciaal een apar
te atlas voor ontworpen die niet
los in de handel verkrijgbaar is.
Bestaat er nu, en zo ja, in hoe-
verre, een relatie tussen de atlas
en de andere delen van de encyclo
pedie
Daarover puntsgewijs het volgende.
1. In het woord vooraf van deel 1
wordt de atlas al aangekondigd.
In plaats van kaarten tussen de
tekst heeft men de atlas toegevoegd;
de gebruiksaanwijzing daarvoor
zou in de atlas zelf zijn opgenomen.
We hebben al gezien dat die zeer
summier is: geen uitspraak- en
transcriptieregels, wel een körte
uitleg voor het gebruik van de twee
grote registers. Maar daarmee
houdt dan alles op; in de latere
delen wordt niet meer naar de at
las verwezen. Uiterlijk lijkt de
atlas op een deel van de encyclo
pedie: zelfde formaat (waardoor
de kaarten wat kort moesten wor
den afgesneden), zelfde band, al
leen het woord Atlas geeft de in-
houd van dit deel aan.
2. Er zijn geen verwijzingen van
de onderwerpen in de encyclopedie
34
1979. V. 3