op dit gebied met een uitgewerkt
voorbeeld. (14 pp. waarvan 5 pp.
afb.
- floogtetinten gekombineerd met
hoogtelijnen en schaduwering
(K. Ficker) Onderscheid wordt ge-
maakt tussen konventionele en na-
tuurgetrouwe hoogtetintschalen. Er
wordt getracht de kleur schalen aan
de hand van kleurentheorteen te
verduidelijken en te verdedigen.
Heiaas gaat de auteur uit van een
aantal achterhaalde principes uit
de kleurentheorie, waardoor veel
van wat wordt beweerd min of meer
zijn grond verliest. Desalnietemin
wordt veel feltelijke en nuttige in-
formatie verstrekt, met name over
kleurtoepassing bij schaduwering
(26 pp. waarvan 6 pp. afb.
- Terreinvormen en hun bedekking
(G. Pöhlmann) Een boeiend en knap
betoog over een der moeilijkste
vraagstukken uit de kartografie.
De auteur schetst het probleem van
natuurgetrouwe landschapsweergave
als de uitdaging om een driedimen-
sionaal kontinuüm met vloeiende
overgangen te kombineren met de
kleurverschillen van de terreinbe-
dekking, samen met punt- en lijn-
objekten. Hierbij moet zowel over-
zichtelijke waarneming als detail-
waarneming beantwoorden aan het
tweeledige doel van fysische kaar-
ten: orientatie in het terrein en
informatie over het landschap
(13 pp. waarvan 2 pp. afb.
- Terreinweergave in thematische
kaarten (F. Mayer). Zeer in het al-
gemene worden de overwegingen om
schaduwering in thematische kaar
ten toe te passen besproken. De
technieken van schaduwering en
reproduktie worden summier be-
handeld. (10 pp. waarvan 3 pp afb.)
- Kostprijsberekening van kartografi-
sche terreinweergaven (M. Schenk).
Interessant betoog, waarbij vooral
de reproduktie-stappen uitvoerig
ter sprake komen. Prijzen in
oostenrijkse Shillings, 1978. (8 pp.
twee tabellen)
- Reproduktie- en druktechnieken
voor schaduweringen (D. Morgen
stern). Voor elk schaduwerings-
origineel moet een indidivuele re-
produktie-techniek worden gevon-
den, daarnaast dient de kartograaf
nauw samen te werken met alle
betrokken reprografen. Dit zijn de
uitgangspunten van een goed door-
wrocht artikel, waarin de karto
graaf een pakket kennis krijgt aan-
gereikt, waarmee hij invloed kan
uitoefenen op reproduktie en druk
van zijn schaduwering. Dat het be
toog soms wel erg technisch is
geworden moet de lezer maar voor
lief nemen (20 pp.
- Rotstekening in hooggebergtekaar-
ten (W. Hofmann). Imhof heeft het
probleem van rotsen op kaarten
eens vergeleken met een tekening
van het bovenaanzicht van een
gotische kathedraal, die elke ar
chitektonische herkenbaarheid ver
liest omdat men slechts met zijaan-
zichten is vertrouwd. Hoe steiler
de rotspartijhoe beperkter de
kaartruimte, terwijl doorgaans
ook de dominantie in het landschap
toeneemt. De auteur bespreekt de
methodes van o. a. Ägerter,
FinsterwalderEbster en Brand
stätter, maar gaat niet in op het
eigenlijke tekenen van rotsen, hij
verwijst naar de individuele uit-
drukkingskracht van de kartograaf
(14 pp.
- HoogtevoorStelling van vlakke ge-
bieden, morenen en duinen (H.
Bauer). De gebruikelijke (duitse)
Symbolen voor hoogtelijnen en de
weergave van kleinere terrein
vormen worden aan de hand van
een aantal kaartvoorbeelden in
diverse schalen besproken. (32 pp.
waarvan 21 pp. illustraties)
- Weergave van antropogene terrein
vormen (W. Staufenbiel). De term
antropogeen duidt die terreinvor
men aan welke zijn ontstaan of be-
invloed door de mens, in tegen-
stelling tot de 'natuurlijke' terrein
vormen. Schrijver geeft een op-
somming van een groot aantal
antropogene terreinvormen en laat
zien hoe zij op diverse duitse topo-
grafische kaarten worden afgebeeld
(32 pp. waarvan 19 pp. afb.
- Terreinsignaturen en vormtekens
(H. Schüttler). Een betoog over de
toepassing van kaarttekens in de
kartografische terreinvoorStelling.
Een oppervlakkig theoretisch ver-
haal, dat vrijwel geen praktische
aanwijzingen voor de kaartontwer-
per bevat. (22 pp.
- De voorstelling van onderzees
relief (A. Hanle). Körte beschou-
wing over de mogelijkheden van
dieptelijnen en onderzee-schadu
wering (5 pp.
- Terreinmodellen - terreinvoor-
stelling. De fotogrammetrische
schaduwering (M. Hann). Het ver-
vaardigen van driedimensionale
modellen is duur en slechts be-
perkt toepasbaar, ook met de
nieuwste technieken längs fotogram-
metrisch-mechanische weg (5 pp.
4 pp. illustraties)
- Terreinweergave op fotokaarten
(R. Schweinszthal). Een fotokaart
is de kombinatie van een luchtfoto
met kartografische voorstelling.
Het blijkt mogelijk terreinbeelden
op luchtfoto's door middel van
kartografische ingrepen te verbe-
teren en te verduidelijken. Een
aantal van de hiervoor beschikbare
technieken worden besproken en
aan de hand van voorbeelden geil-
lustreerd (5 pp. 17 afbeeIdingen)
- De betekenis van satellietopnamen
voor de terreinweergave (V.
Kroesch). Elke 18 dagen worden
door de satelliet Landsat-2 vanuit
een gemiddelde hoogte van 930 km
opnames van de aarde gemaakt,
resulterend in vier aparte beeid
banden van verschillende gedeelten
van het Spektrum (groen, rood,
rood/infrarood en infrarood). Voor
schalen vanaf 1:500. 000 en kleiner
kunnen de opnames waardevolle
hulpmiddelen zijn ter kompletering
van terrein-informatie (5 pp.
Aan het slot vindt men een aantal
verslagen en konklusies van ge-
voerde diskussies tijdens de Ar
beitskurs te Niederdollendorf,
waarvan het boek een integraal
verslag is.
Aart J. Karssen
THE CENTENARY OF THE
NETHER LANDS GEODETIC
COMMISSION
Uitgave van de Rijkscommissie
voor Geodesie, Delft, 1979.
228 blz. 19. 5 x 27. 5 cm.
Deze publicatie van de Rijkscom
missie voor Geodesie is opgebouwd
uit 3 delen. Het eerste deel bevat
de toespraken en lezingen die zijn
gehouden op het Symposium, ter
gelegenheid van het 100-jarig be-
staan.
Deze lezingen betreffen o. a. de
nieuwe relaties van de geodesie
met geophysica en astronomie.
Eön van de lezingen is van
A. Bjerhammer. Deze lezing bevat
een körte behandeling van de geo-
ide, de eigenschappen en afwijkin-
gen. Hierbij hoort een körte be-
spreking van de mathematische
technieken die ontwikkeld zijn voor
analysg van de geophysische en
geodetische Problemen.
Het tweede deel geeft een overzicht
van de geschiedenis van de Rijks-
34
KT 1980. VI. 2