aarde" (Atlas Teplovogo Balansa Zemnogo Sjara, 1963), de "Atlas van lithologisch-paleogeografische kaarten" (Atlas litologo-paleogeograficeskich Kart, 1967-1969), terwijl zij tevens betrokken was bij de uitgave van de Fysisch-geografische Wereldatlas en de Atlas van de Volkeren der Wereld (Atlas Narodov Mira, 1964) (Voorbereid door het Instituut voor Ethnografie der Akademie en het GUGK). Vele van deze publicaties zijn oorspronkelijk in die zin dat zij geheel nieuw en eiders nog niet gepubliceerd materiaal brengen. In de onderafdelingen der Akademie in de verschillen- de Unie-republieken voltrekt zieh een soortgelijke ontwikkeling op het niveau van die republieken, vaak in samenwerking met de universiteiten ter plaatse. De geografische faculteit der Moskouse staatsuniver- siteit nam het initiatief om een reeks thematische kaarten te ontwerpen ten behoeve van het hoger onder- wijs. Binnen de instituten van hoger onderwijs zijn vele van de komplexe referentie-atlassen en school- atlassen voor heemkunde ontstaan; vooral de universi teiten van Moskou, Leningrad en Kiev zijn hierbij betrokken. De Raad voor de bestudering van de produetieve krachten, ressorterend onder het Staatsplan (Gosplan) van de Sovjet-Unie, houdt zieh bezig met het ontwer pen van kaarten voor het Algemeen Schema voor de ontwikkeling van de volkshuishouding op lange termijn, en met de natuurbeschermingsmaatregelen. Men werkt er aan een "Kaart van gebieden welke verboden zijn voor industrievestiging in de Sovjet-Unie tot het jaar 2000". De thematische kartografie ontwikkelde zieh eveneens binnen het kader der marine-instellingen. De in 1950- 1958 uitgegeven driedelige Zee-Atlas (Atlas Morskoje), waarvan vooral het fysisch-geografische deel II (1953) interessant is (het vormt a. h. w. het marine comple- ment van de Fysisch-geografische Wereldatlas) werd in 1975 opgevolgd door de Atlas der Oceanen (Atlas Okeanov) in 5 delen, waarvan het eerste deel (De Grote Oceaan) in 1975 verscheen. De deelname van Sovjet-kartografen aan internationale thematische projecten ontwikkelt zieh sterk. Heeds aan 30 thematische kaartwerken en atlassen wordt meegewerkt, soms op bi-laterale basis (Cuba, Mon- golie)soms op die van multi-laterale samenwerking (Atlas van de waterbalans van de wereld, 1975; Geo- logisch-geofysische atlas van de Indische Oceaan, 1975). Een speciaal in samenwerking ontstaan project vormt de Algemeen-geografische Wereldkaart (Karta Mira) op 1:2. 500. 000, die door de landen van het Warschau- pact werd voorbereid en uitgevoerd; van de 262 bladen (in het Engels beschrift) zijn er 115 door de Sovjet- Unie vervaardigd. Ook de in 1976 te Moskou gehouden 8e Internationale Kartografische Conferentie heeft op kartografisch gebied zeer tot de contacten tussen de Sovjet-Unie en de andere landen bijgedragen. Conclusies Over het geheel genomen zijn er serieuze vorderingen gemaakt in de thematische kartering van het land. De voorziening met thematische kaarten van ministeries en departementen is sterk verbeterd. De balans op- makend, onderscheiden wij enkele tendenzen die bij - zondere zorg en oplettendheid vereisen, met name - opstelling van een prognose voor de ontwikkeling der thematische kartering op lange termijn; keuze der actuele thema's; fasering der werkzaamheden; - uitwerking van methodologische grondslagen voor de redaktie van verschillende kaarttypen, m.n. die inzake de bescherming van natuur en milieu; - uniformering en normalisering van voorstellings- wijzen, Signaturen en Symbolen; uniformering in de vervaardiging van redactionele modellen; - toepassing van nieuwe technieken (automatisering) bij de vervaardiging van thematische kaarten; - ontwikkeling en toepassing van remote sensing in de thematische kartografie; - verbetering van de samenwerking tussen kaartpro- ducerende instanties; - uitgave van een nieuwe Serie thematische kaarten voor het hoger onderwij s; - het ontwerpen van nieuwe typen atlassen m. n. een atlas voor de bescherming der natuur en de natuur- lijke hulpbronnen der wereld, voorts regionale planning-atlassen voor de Sovjet-Unie. Noot Dit artikel verscheen eerder in de Izwestija Akademija Naoek SSSR, Serija GeografiÖeskija 1977, no. 3. De auteurs, Nikisjov en Leont'jev werkten resp. bij het CNIIGAiK en het Geografisch Instituut van de Akade mie van Wetenschappen van de Sovjet-Unie; Nikisjov is in 1978 overleden. Het artikel is uit het Russisch vertaald door mevrouw drs. N. K. Wentink (ITC) en bewerkt door de redaktie van het Kartografisch Tijd- schrift. 26 KT 1980. VI. 3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1980 | | pagina 32