Internationaal onderwijs: kartografische opleidingen in en voor ontwikkelingslanden E. S. Bos Inleiding Reeds vanaf het begin der jaren vijftig heeft het Inter nationaal Opleidingsinstituut voor Luchtkartering en Aardkunde - ITC (van 1951-1972 gevestigd te Delft, sedert 1972 te Enschede) een belangrijke rol vervuld bij de opleiding van jonge mensen uit ontwikkelings landen op vakgebieden zoals luchtfotografiefoto- grammetrie, geologie, bodemkunde, bosbouw. Ge- bruik van via 'remote sensing' verkregen beeiden, waaronder de zo langzamerhand traditionele luchtfoto, wordt in deze opleidingen centraal gesteld. In 1971 heeft het ITC aan het scala van reeds aanwe- zige disciplines de kartografie toegevoegd. Inmiddels volgden reeds meer dan 250 Studenten een der karto grafie cursussen aan het ITC. Over de inhoud van deze cursussen is reeds voldoende geschreven (1). Dit artikel gaat in op de meer beleidsmatige aspecten die aan de orde zijn bij onderwijshulpverlening aan ontwikkelingslanden en besteedt bijzondere aandacht aan het onderwijs in de kartografie. Noodzaak voor ondersteuning Het behoeft hier geen betoog dat kartografie, op welk niveau en van welke soort dan ook, niet bedreven kan worden indien vakopleidingen ontbreken. De vraag waarom kartografie opleidingen voor ontwikkelings landen nodig zijn, dient zieh daarom vooral toe te spitsen op de vraag waarom voor het tot stand komen van deze opleidingen een rol is weggelegd voor ge- industrialiseerde landen. Tegen de achtergrond van het gegeven dat formele opleidingsmogelijkheden voor de kartografie in de ge- industrialiseerde landen van betrekkelijk recente datum zijn en nog lang niet overal gemeen goed zijn, zal het niet verwonderen dat deze opleidingsfacilitei- ten in ontwikkelingslanden op enkele uitzonderingen na ontbreken. Voorbeelden van deze uitzonderingen zijn: - Het Centre for Survey Training and Map Production in Hyderabad, India, met kartografie opleidingen op lager en middelbaar technisch en op universitair niveau. - De Pusat Pendidikan Fotogrametri dan Kartografi in Bandung, Indonesia, met kartografie opleiding op lager technisch niveau (deze school werd opge- richt met steun van het ITC) - De Ecole Nationale des Sciences Gdographiques (ENSG) in Arzew, Algerije, eveneens met een kar tografie opleiding op lager technisch niveau. - Het Centre de Formation et de Perfectionnement des Travaux Publics in Abidjan, CÖte d'Ivoire, en de Ecole Nationale Supdrieure des Travaux Publics Yamoussokro-Cöte d'Ivoire, beide met kartografie opleidingen op lager technisch niveau. - De IAGS (2) Cartographic School in de Canal Zone, Panama, met opleidingen in geodesie en kartografie op lager technisch niveau. Daamaast hebben een aantal karteringsorganisaties een interne bedrijfsopleiding voor kartografisch teke- naar. Het betreft hier voomamelijk die organisaties die zieh met topografische karteringen bezig houden. Goede voorbeelden kan men aantreffen o.a. bij de Survey of Malavi, en de Survey of Kenya. Om vele redenen neemt de behoefte aan inform atie in kaartvorm over fysische en sociaal-economische as pecten van het nationale territorium ook in ontwikke lingslanden sterk toe. Dit geldt zowel de technische, kadastrale en topografische kaarten als een breed scala van thematische kaarten. In het totale karteringsgebeuren is de ontwikkeling van kennis en künde m.b.t. de informatievergaring (fotogrammetrie, bodemkunde, vegetatie, enz.) snel- ler voortgeschreden dan de laatste fase, de karto grafie. Het besef dat het kaartgebruik niet alleen af- hankelijk is van de feitelijke inhoud, maar in hoge mate van de grafische presentatie daarvan, is, zeker in veel ontwikkelingslanden, van recente datum. Het onderwijs in de kartografie moet daarom met kracht worden gestimuleerd om de ontstane achter stand weg te werken. Men kan zieh de vraag stellen of de kaartproduktie t.b.v. ontwikkelingslanden niet efficife'nter zou kunnen gebeuren door deze uit te besteden aan de karterings- diensten in de geihdustrialiseerde landen. Daar be- schikt men immers over een langdurige ervaring, het juiste produktieapparaat, uitgebalanceerde produktie- methoden, kartografische materialen en -instrumen- ten en goede faciliteiten voor preventief onderhoud en reparatie. Desalniettemin zal de vraag in zijn algemeenheid ont- kennend moeten worden beantwoord en wel om de vol- gende redenen: - De ontwikkelingslanden zouden daarmee in een blij- vende afhankelijke positie van de geihdustrialiseerde landen worden gebracht. Politiek gesproken een on- haalbare kaart. - Voor het maken van kaarten is een gedegen kennis van de lokale omstandigheden in bijna alle gevallen een vereiste. M.a.w. men moet in eerste instantie KT 1981. VII. 3 47

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1981 | | pagina 49