KEATES, J. S. Understanding
maps. Longman Group Ltd. UK,
1982. ISBN 0-582-30030-8. XII,
139 p. 5. 95.
Dat een titel misleidend kan zijn,
bewij st de inhoud van dit boek.
Vergelijkbare titels en inhoud kö
rnen we al eerder tegen: zo ver-
scheen in 1981 een gezellig, weinig
pretentieus boek van Alan Hodgkiss
met dezelfde titel (zie bespreking
in het Geografisch Tijdschrift,
1982-1). In het jaar 1698 verscheen
de eerste druk van een bestseller:
A short account of the nature and
use of maps, een titel die sterke
associaties met A. H. Robinson en
B. B. Petchenik's The nature of
maps van 1975 opwekt, maar
natuurlijk een geheel andere inhoud
dekt.
Keates boek werd door mij ongezel-
lig gevonden omdat er vrijwel geen
afbeeldingen van kaarten in staan.
Blijkbaar heeft de "understanding"
op iets anders betrekking, nl. op
het optisch-fysiologische en psycho
logische proces van informatie
overdracht van een kaart op de
gebruiker. In het eerste deel wordt
dit proces in zijn algemeenheid be-
handeld, in het tweede deel krijgen
we het ons bekende onderwerp van
de grafische beeldtaal en haar
grammatica behandeld. In het der-
de deel worden de theorieen van de
kartografische communicatie aan
een kritische beoordeling onder-
worpen. Blijkbaar heeft de schrij-
ver daarbij geen kaart-afbeelding-
en en figuren nodig.
Het was voor mij een verrassing in
de schrijver van Cartographic
Design and Production een groot
verbaal vermögen aan te treffen.
Evenals in The nature of maps
worden er in Keates' boek om-
schrijvingen aangeboden van de
betrekkingen tussen kaart en taal
en tussen kaart en werkelijkheid
waarbij begrippen als identificatie,
herkenning, onderscheid en trans-
formatie van de werkelijkheid gede-
finieerd worden. Hierbij worden
deze begrippen zeer grondig behan
deld met alle registers van het
academisch dispuut opengetrokken:
overdadig eiteren van een aantal
auteurs op de klassieke manier
van: "Ellis points but Fellows
goes beyond see Vickers
Solman reports that Neisser
Keuss also suggests on the
other hand Gould and Dill
report
Ik vraag me af tot welke groep
lezers Keates zieh met deze vorm
van behandeling rieht. Enerzijds
is zijn betoogtrant in didactisch
opzicht uitstekend, anderzijds zijn
de onderwerpen waarop die betoog
trant los gelaten wordt vaak erg
triviaal. Verder is het noodzake-
lijk om de schrijver te zien als
iemand die hoofdzakelijk topogra-
fisch is ingesteld, en niet thema
tisch: de grammatica van de gra
fische variabelen in de thematische
kartografie komt nauwelijks ter
sprake en Bertin komt helemaal
niet in het boek voor.
Maar het is erg interessant om te
bemerken dat Keates al in het be-
gin van zijn boek op dezelfde golf-
lengte zit als Bertin, bij zijn:
"to solve a problem posed by the
map user". Keates' enige kaarten
zijn namelijk drie voorbeelden van
drie verschillende niveaus van
kaartlezen, dezelfde drie "niveaux
de lecture de l'image" als in
Bertin. Maar Keates blijkt weer
op een geheel andere golflengte te
zitten wanneer hij het over de doel-
treffendheid van Symbolen heeft:
"sign adequaey" by Keates is iets
geheel anders dan de eigenschappen
van de grafische variabelen bij
Bertin.
Zoals gezegd, Keates is eigenlijk
uitsluitend topografisch bezig. In
hoofdstuk 8, "Representation and
reality", is dan ook uitsluitend
sprake van de "representation of
topography". Op een manier die
mij persoonlijk niet aanspreekt om
dat ik de emoties die ik onderga
wanneer ik de inhoud van een kaart
transformeer in een natuurlijk
beeld (in de geest) niet terugvind
in het zes bladzijden lange droge
betoog over "identification,
recognition, transformation".
Keates' boek mondt uit in de vraag-
stelling wat kartografie eigenlijk
is: eenvoudig informatie over-
brengen of een kaartgebruiker in
een bepaalde uitgangspositie voor
verder handelen brengen or
producing an orderly and
systematic account which can be
acted on by the user)". Een bruik-
bare theorie van de communicatie
in de kartografie blijkt gewenst,
maar is er nog niet. Verder komt
Keates terecht, m§t Robinson en
Petchenik, tot de conclusie dat
toepassing van de zogenaamde in-
formatietheorie op het beginsel van
de kartografische communicatie
waanzin is. Met slotopmerkingen
over meer experimenten en meer
waamemingsonderzoek, zal ieder-
eens het eens kunnen zijn.
C. Koeman
HAKE, G. Kartographie I, All
gemeines, Erfassung der Informa
tionen, Netzentwürfe, Gestaltungs
merkmale, topographische Karten.
Sechste neubearbeitete Auflage.
342 pp. 18 x 12 cm, 142 afbeel
dingen en 8 kaartbijlagen. Samm
lung Göschen, Band 2165. Walter
de Gruyter Co. Berlin, 1982.
Prijs DM 26,80. ISBN 3-11-
008455-4.
De twee delen Kartographie uit
deze serie zijn in eerste instantie
bedoeld als inleidende en begelei-
dende vakliteratuur voor Studenten
in de geodesie en kartografie,
maar ook in andere aardwetenschap-
pen en planologie, en daarnaast
voor zelfstudie. En daarvoor vor-
men ze het meest volledige, het
goedkoopste en duidelijkste mate-
riaal dat voorhanden is.
Het hier besproken eerste deel is,
vergeleken met de vorige editie,
in belangrijke mate omgewerkt.
KT 1982. VIII. 3
47