den, industrieterreinen, akkers,
drooggevallen Wadden en sommige
delen van IJsselmeer en Noordzee
alle een bruine kleur vertonen. De
onder aan de SBK afgebeelde legen-
da zal daarbij nauwelijks uitkomst
bieden; dit is een hulpmiddel dat
wöl kan worden toegepast bij het
gegeneraliseerde kleurengebruik
van 'echte' kaarten, maar niet of
nauwelijks bij foto's en satelliet-
beelden.
Ondanks deze punten van kritiek
moet met nadruk worden gesteld
dat de satellietbeeldkaart legio
mogelijkheden biedt voor nuttige
en interessante activiteiten in de
klas. Daarbij kan in de eerste
plaats worden gedacht aan het ver-
gelijken van de SBK met het beeld
van wand-, atlas- of topografische
kaart: welke verschijnselen zijn
op het satellietbeeld wöl waar te
nemen die je niet op de kaart ziet,
en omgekeerd.
Interessant - en een pluspunt in
vergelijking met de meeste wand-
kaarten - is ook het doorlopen van
het beeld over de grenzen. Op de
meeste plaatsen längs de grens
valt duidelijk op hoe kunstmatig
onze grenzen zijn en hoe onveran-
derd het beeld van kavelvormen en
bodemgebruik zieh in de buurlanden
voortzet. Enkele uitzonderingen in
dit opzicht zijn duidelijk waameem-
baar aan weerszijden van de grens
in de veenkoloniSn en in Zeeuws-
Vlaanderen.
Enkele andere zaken die wöl op de
SBK en niet op de gewone wand-
kaart zijn waar te nemen zijn de
verkavelingspatronen en kavel-
grootten, of de overgangen tussen
stad en platteland. In het eerste ge-
val is het bijvoorbeeld interessant
om een vergelijking te maken tus
sen de verschillende IJsselmeer-
polders, terwijl in het tweede geval
een vergelijking van de situaties in
Nederland en Belgie opvallende ver-
schillen te zien geeft. Zo is een
hele reeks voorbeelden van toepas-
singsmogelijkheden te noemen; het
begeleidende boekje geeft daartoe
een aanzet, waarbij moet worden
opgemerkt dat de voorbeelden be
treffende zaken als verkavelings-
patroon en agrarisch bodemgebruik
overtuigender overkomen dan die
op het gebied van bijvoorbeeld de
verkeersinfrastruktuur. Wegen en
spoorlijnen zijn, zeker vanaf enige
afstand, niet of nauwelijks waar-
neembaar.
Daarmee raken we aan een zeer
prineipieel punt betreffende het ge-
bruik van de SBK in de klas. De
uitgever zegt in zijn toelichting
letterlijk: het is niet zomaar
een vergrote plaat of kaart die je
vanaf flinke afstand moet kunnen
lezen, nee, ga gerust met de neus
er bovenop staan en ontdek dat zo'n
formaat nodig is om alle aanwezige
details enigszins te kunnen onder-
scheiden". Deze opwekking is in
een klas met 25 tot 30 leerlingen
moeilijk op te volgen, terwijl inder-
daad bij gebruik als wandkaart de
meeste details vanuit de klas niet
zijn waar te nemen, zeker niet
voor een leerling die met de bijzon-
derheden in het kaartbeeld van Ne
derland (nog) niet vertrouwd is.
De mogelijkheden tot het wezenlijk
gebruiken van de SBK in het aard-
rijkskundeonderwijs zouden sterk
kunnen worden vergroot als de uit
gever naast deze 'kaart'uitgave een
werkdocument voor de leerlingen
zou maken, waarin het satelliet
beeld, in bijvoorbeeld 16 stukken
geknipt, tezamen voorkomt met
corresponderende kaartfragmenten,
vragen en opgaven enz.
Zolang de leraar het alleen met de
huidige versie moet doen, zal de
SBK vooral als wandversiering
dienst doen, een wandversiering
evenwel die zo fraai en zo intrige-
rend is, dat hij ook nu al in geen
enkel Nederlands aardrijkskunde-
lokaal zou mögen ontbreken.
De prijs, f 40,- excl. verzend-
kosten, hoeft daarvoor zeker geen
beletsel te vormen.
H. Meijer
Sarah TYACKE and John HUDDY,
Christopher Saxton and Tudor map-
making. London, The British
Library, 1980. (British Library
series No. 2). 64 blz. 49 ill.
(6 in kleur). ISBN 0 904654 443.
Prijs 3. 25.
Dit boekje, bedoeld als begeleiding
van een kleine, in 1980 gehouden
tentoonstelling gewijd aan Chris
topher Saxton, de "vader van de
Engelse kartografie", bevat een
rijkdom aan informatie Over deze
befaamde landmeter-kartograaf.
Saxton is buiten zijn vaderland
vooral bekend geworden door zijn
atlas van de graafschappen van
Engeland en Wales (1579), die de
eerste in zijn soort was en waar-
van de kaarten, ondanks alle her-
zieningen, de grondslag zouden
blijven vormen voor de daaraa
versehenen soortgelijke kaartwer-
ken van Norden, Speed en Lea.
Eerst in 1791 zou de toen opgerich-
te Ordnance Survey een geheel
nieuwe topografische verkenning
van het land aanvangen. Minder
bekend is hier zijn landkaart van
Engeland en Wales (1583) in 20 bla-
den. Saxton's latere carriöre was
hoofdzakelijk gewijd aan de
"estate surveying", het in kaart
brengen van de grote Engelse land-
goederen. Ook werd veelvuldig
zijn hulp ingeroepen voor het kar
te ren van gebieden die het voor-
werp waren van rechtsgedingen,
terwijl ook de hogere en lagere
overheden dikwijls een beroep op
zijn kartografische bekwaamheden
deden. Behalve aan Saxton en zijn
werk besteden de auteurs - beiden
verbonden aan de befaamde kaar-
tenverzameling van de British
Library (vroeger het Brits Museum)
- ruime aandacht aan diens tijdge-
noten, zowel de kartografen als de
eigenlijke landmeters (Agas,
Norden, Worsop e. a. onder hen.
Voorts bevat het interessante be-
schouwingen over de invloed van
"continentale" geografen als
Sebastian Münster, Petrus Apianus
en vooral Gemma Frisius en
Mercator op de ontwikkeling der
landmeetkunde en kartografie in
Engeland. Het werkje is voortref-
felijk geTllustreerd met reproduk-
ties (deels in kleur) van hier weinig
bekend kartografisch materiaal,
bevat een volledige opsomming van
de tentoonge Steide stukken en een
interessante literatuuropgave. Een
schoolvoorbeeld van beknoptheid
en leesbaarheid
Een recentelijk versehenen groter
werk over Saxton (I. M. Evans and
H. Lawrence, Christoper Saxton,
Elisabethan mapmaker. Wakefield,
1979) zal t. z.t. worden besproken.
A. H. Sijmons
CATALOGUS VAN ATLASSEN en
KAARTBOEKEN met een overzicht
van literatuur aanwezig in de biblio-
theek en de topografisch-histori-
sche atlas van de Gemeentelijke
Archiefdienst Rotterdam, door
A. Hannon, P. Ratsma en C. Zeven
bergen. Rotterdam, Gemeentelijke
Archiefdienst Rotterdam, 1981.
88 blz. 16 afb.
KT 1982. VIII. 3
49