y/jm ra Ulk Uö tu SrS.W'i 0710 13 *10 iä53ö 7 13*25 7 ut> a 0820 Fig. 3. Een fragment van een globaal bestemmings- plan. De ruimtelijke vorm wordt niet geregeld, wel de globale plaats van functies. plankaart is de, wettelijk voorgeschreven, verklaring, het onderwerp van deze studiedagen. Hoewel noch in- houd, noch vorm van de legenda wettelijk zijn voorge schreven, is de structuur van de legenda op plankaar- ten in het algemeen aangeduid als in figuur 4 (9). Er wordt dus heel duidelijk een relatie gelegd tussen de plankaart en de voorschriften: de kaart geeft toe- gang tot de voorschriften, net zoals een kadastraal plan toegang verschaft tot de legger. Om de kaartgebruiker te helpen worden de verschil- lende in de legenda gebruikte begrippen als: bouwper- ceel, bebouwingsgrens e. d. 00k vaak in de voorschrif ten nader toegelicht. Ook de verschillende bestemmin- gen moeten in de voorschriften nader worden gedefi- niberd, voorafgaand aan de bebouwings- en gebruiks- regels. Dit is alles noodzakelijk om juridisch een- duidig vast te stellen waar wat is toegestaan. Elke plankaart heeft zijn eigen verklaring, die niet meer maar ook niet minder mag omvatten dan wat op de kaart Staat. Maar hoe zit het nu met de vergelijk- baarheid van de legenda's van plankaarten, vervaar- VERKLARING BESTEMMINGEN AANDUIDINGEN WOONGEBIED l TE WERKEN) ONDERGOND KADASTRALE GEGEVENS (SECTIE. PERCEELSGRENS EN-NUMMER EN TOPOGRAFISCHE GEGEVENS BESTAANDE BEBOUWING ,KAS. BOOM. HA AG. WATERLOOP EN ONVERHARDE WEG) Fig. 4. Structuur van de legenda van een bestemmingsplankaart. digd voor verschillende gemeenten door verschillende bureaus en diensten? Ik zal dat met u nagaan voor Nederland, Frankrijk, Duitsland en, minder uitge- breid, Oostenrijk en Zwitserland. Nederland In Nederland bestaat er ten aanzien van vorm en in- houd van het bestemmingsplan een grote vrijheid. Het BRO geeft in feite in art. 11 alleen voorschriften ten aanzien van de ondergrond waarop de plankaart wordt getekend. Ik noemde dit al. Ten aanzien van de naam- geving van de bestemmingen, de omschrijving ervan, de inhoud en redaktie van de voorschriften en de weer- gave op de kaart van bestemmingen en aanduidingen is er echter landelijk niets geregeld. Dat betekent niet, dat nu alles mogelijk is: de provincies houden toe- zicht op de plannenmakerij en vaardigen soms circu- laires uit met aanwijzingen (10)en verder bestaat er nog iets als de 'ambtelijke toetsing' door de Kroon (11). Wat betreft de vormgeving van de plankaarten heeft de werkgroep Kleuren en Tekens op Stedebouwkundige Plannen van het NIROV in 1967 en 1980 voorstellen gedaan voor uniformering (12). Die van 1967 waren, zowel met betrekking tot het aantal bestemmingen als de gebruikte arceringen zeer gedetailleerd, en ondanks het feit dat de Minister in zijn circulaire van 9 februa- ri 1970 het volgen van de Voorstellen aanbeval heeft de door de Werkgroep ontwikkelde vormgeving zeker geen algemene navolging gevonden: te gedetailleerd in de bestemmingscategorieen en te gecompliceerd teken- werk. In 1980 is de Werkgroep met nieuwe voorstellen geko- men en heeft daartoe een grafisch vormgever in de arm genomen. De voorstellen kenmerken zieh door bescheiden eenvoud. F rankrijk In Frankrijk heet het bestemmingsplan 'Plan d'Occu- pation des Sols (P. O. S.Occupation betekent 'inbe- zitneming, bezetting' volgens mijn Prisma-woorden- boek, maar volgens de Larousse de Poche heeft het werkwoord 'occuper' ook de betekenis van 'consacrer': wijden aan, dus bestemmen. Dat lijkt er meer op. Het P. O. S. onderScheidt, zowel in de kaart als in de voorschriften, zones: UA, UB, les zones urbaines (de stedelijke zones) NA, NB, NC, ND les zones naturelles (de natuurlijke zones). Het gebruik van deze zone-aanduiding is landelijk voorgeschreven. Ook de betekenis ervan ligt min of meer vast, althans wat betreft de zones NA t/m ND. De verschillende stedelijke zones moeten in het plan zelf worden gedefinieerd. De voorschriften van het bestemmingsplan bevatten per, op de kaart aangeduide, zone een reglement van 15 artikelen, waarvan de volgorde van behandelde onderwerpen landelijk is voorgeschreven. Welk plan je ook opslaat, altijd heeft art. 10 van het reglement van een bepaalde zone betrekking op de bouwhoogte. Is er ten aanzien van een onderwerp niets geregeld, dan staat er bij het desbetreffende artikel slechts: neant (n. v. t. De plaats van de bepalingen is dus wel voorgeschreven, de inhoud daarentegen niet, deze wordt in samenwerking tussen gemeente en rijks- 50 KT 1983. IX. 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1983 | | pagina 52