De legenda van de geologische kaart;
inleiding op de oefening
M. Dansen
Voor een goed begrip van deze inleiding en voor het
kunnen maken van de oefening is het noodzakelijk
blad 62 - Heerlen van de Geologische kaart van Ne-
derland 1:50. 000 bij de hand te hebben. De kaart
werd tijdens de studiedagen aan de deelnemers uit-
gereikt.
De algemene geologie wordt meestal omschreven als
de leer van de geologische Processen. Onder geologi
sche Processen worden de voortdurend herhaalde
werkingen verstaan waardoor de gesteenten van de
aardkorst worden gevormd, veranderd en verplaatst.
De meeste mensen houden zieh hier niet mee bezig en
staan er ook niet bij Stil hoe nu de bovenste aardkorst
waar zij zieh op bevinden is ontstaan.
In verband met de oefening is het voor een beter be
grip echter noodzakelijk, dat u op de hoogte wordt ge
bracht van de inhoud en betekenis van het kaartblad
Heerlen. Allereerst iets over de kaart zelf: In de
linkerbovenhoek Staat: Geologische kaart van Neder-
land. Dit is de serie-naam. Het gaat hier dus niet om
66n blad, maar om een aantal, dat ongeveer gelijk is
aan het aantal bladen volgens de indeling van de
1:50. 000 blad-indeling van de Topografische Dienst.
Rechts onderaan bij het figuurtje van de bladindeling
Staat vermeld dat voor dit blad de oostelijke helft van
het blad 62 West is gebruikt en de westelijke helft van
het blad 62 Oost. Op elk uit te geven blad wordt een
dergelijk figuurtje geplaatst waarop de ligging van het
blad in z'n omgeving getoond wordt.
Voor de onderdruk in grijs wordt gebruik gemaakt van
de door de Rijks Geologische Dienst (R. G. D.vereen-
voudigde 1:50. 000 topografische kaart, die op film
verkregen wordt. Het blad moet ook een nummer heb
ben en het zal duidelijk zijn dat wanneer de indeling
van de Topografische Dienst wordt gevolgd, ook de
nummering van deze indeling op de kaart wordt ge
bruikt met de vermelding West of Oost. Boven het
kader is in kleine letters de soort-naam van de kaart
aangegeven. In dit geval dus 'Hoofdkaart'. Alle kaar-
ten die door de R. G. D. in deze serie worden uitge-
bracht zijn geologische kaarten. Deze zijn weer te
verdelen in hoofdkaarten en bijkaarten.
Op de hoofdkaarten worden de Afzettingen aan of nabij
de oppervlakte weergegeven; op de bijkaarten onder
meer verschillende niveau's die zieh dieper in de on-
dergrond bevinden. Echter ook de oppervlakte kan in
een bijkaart afzonderlijk en gedetailleerder worden
weergegeven. Het woord hoofdkaart is op de kaart in
kleinere letters geplaatst omdat dit titeltje van een
lagere orde is dan de titel van de kaart. De kaart zelf
is geplaatst op het linkergedeelte van het totale vlak.
Dit geldt voor alle kaarten en is niet zonder reden ge-
daan. Hierdoor kunnen we de legenda rechts plaatsen
en daardoor hebben we de mogelijkheid om de kleur-
vlakjes van de legenda zo dicht mogelijk bij de kaart
te plaatsen, zodat een goede communicatie tussen le
genda en kaart wordt bevorderd. Wanneer de legenda
aan de linkerzijde geplaatst zou zijn, zouden de kleur-
vlakjes verder van de kaart af staan.
Hoewel een zeer uitgebreide toelichting als boekje bij
de kaart wordt gegeven, is het toch een goede zaak
wanneer een körte toelichting direkt bij de kaart wordt
verstrekt. Het bevordert het inzicht in de kaart en
heeft het voordeel dat men direkte informatie verkrijgt
zonder dat men dit vooral in een uitgebreide toelichting
die veel gedetailleerder kan zijn, moet gaan opzoeken.
Ook de daaronder geplaatste stratigrafische tabel geeft
een direkt inzicht omtrent de geologische opbouw van
dit gebied.
Verder is onder de kaart een schematisch profiel ter
verduidelijking van de legenda geplaatst. De nummers,
die boven de kleurvlakjes staan, corresponderen met
de nummers in de beschrijvende legenda. Het is geen
bestaand profiel, maar een kombinatie van alle eenhe-
den, die op de kaart zijn vermeld. Het visuele inzicht
in dit gebied wordt hierdoor in hoge mate versterkt,
hetgeen in de legenda niet mogelijk is. De weergave
KT 1983. IX. 1
73