het tappen van hier, het teilen van bankbiljetten of het dichtvouwen van een zak suiker. Een van de kwalen van onze tijd is, geloof ik, dat veel mensen hun vak niet meer beheersen. En dit is niet alleen een kwaal omdat zij dan siecht werk afleveren, maar vooral ook omdat zij daar zelf ontevreden van worden, zodat het gebrekkige werk ook nog gebrekkige mensen tot gevolg heeft. Men klaagt vaak over de luneste invloed op de mens van het onpersoonlijke werk in fabrieken, maar met het peisoonlijke werk is het al geen haar beter gesteld; de oorzaak schijnt dus toch dieper te liggen. Maar bij deze ambtenaren was daar geen sprake van - waarbtj het opmerkelijke is, dat men zelfs aan werk dat men niet begrijpt, toch kan zien of het vakkundig gedaan wordt. Elet is of in de mens een soort algemeen artistiek besef van elegantie en economie schuilt, dat door iedereen in alles herkend kan worden. Maar ik dwaal af, Majesteit, en dat is onverstandig, aangezien dit schrijven toch al te veel van Uw kostbare tijd dreigt te vergen. De uitslag van de werkzaamheden was intussen teleurstellend. De ingenieur die de leiding had, en Wiens naam mij tot mijn grote spijt ontschoten is, was zo vriendelijk om mij het probleem na afloop uit te leggen. Elij toonde mij een gedetailleerde kaart van het gebied, waarin wij ons bevonden, en Streek met zijn pink längs een lijn, die er op aangegeven was. Dit is de provinciegrens,' zei hij, 'dus ook de grens tussen Elspijk en Vrijburg. Zij klopt exact, dat hebben wij nu nagegaan. De moeilijkheid is alleen, dat deze kaart de grootste schaal heeft die in de nederlandse cartografie gebruikt wordt. Dat houdt ongelukkigeiwijs in dat de grens- lijn, zoals die hier Staat gedrukt, precies even dik is als de afstand tussen de buitenste draden van de hoogspanningsleiding boven ons hoofd. Het gebied tussen de draden, waar uw eega ligt, bestaat dus in zekere zin niet, althans cartografisch niet. Het is de grens zelf, het Scheidt Utrecht van Gelderland, maar het is zelf niet zoiets als dat wat het Scheidt, het is alleen maar dat scheidende. Een grote onrust rnaakte zieh na deze woorden van mij meester. 'En wat Staat mij dan thans te doen?' 'Tja,' zei de ingenieur, terwijl hij de kaart opvouwde en in een klein, plat tasje deed, 'het beste zou natuurlijk zijn om aan te dringen op de vervaardiging van kaarten op groter schaal. Liefst op wäre grootte, zou ik in dit geval zeggen. Schaal 1:1. Als de grens dan nog over het lichaam van uw eega mocht lopen, zou altijd door deskundigen te verklaren zijn dat haar identiteit zieh in haar hoofd bevindt, of in haar hart, of voor mijn part in haar kleine teen, als het maar een lichaamsdeel is dat geheel en al hetzij in Utrecht dan wel in Gelderland is. Maar dat zou wel een langdurige geschiedenis worden.' 21

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1983 | | pagina 23