oppervlakte van Antarctica is toe te schrijven: het betreft een vergissing bij het gebruik van de breedtecirkels. Er werd een verkeerde breedtecirkel als Poolcirkel (het Staat erbij: Circulus Antarcticus) gebruikt, namelijk een die ongeveer met de Steenbokskeerkring overeenstemt. Hierdoor wordt niet alleen de enorme oppervlakte van het Zuidpoolgebied verklaard, doch bovendien wijst alles er ook op, dat Finaeus de gegevens van een onbekende en oudere kaart verkeerd interpreteerde. Men hoeft waarachtig geen rekening te honden met de mogelijkheid dat de verbeelding van een cartograaf, die het zuidelijk deel van zijn kaart wat wilde opvullen, het weliswaar qua oppervlakte veel te grote, doch naar de vorm correcte aanblik van het onbekende Antarctica verzon. Hapgood moest dan ook noodgedwongen een beroep doen op de werkhypothese dat door een 'ondergrondse' traditie gegevens werden bewaard betreffende de vorm van het Zuidpoolgebied, een traditie die mogelijk ook de onverklaarbare volmaaktheid der eensklaps opduikende portulanen begrijpelijk kon maken. De verdere Studie van het werk van Finaeus bracht aan het licht dat kleinere afwijkingen wat de kustlijnen betreft, zoals ook bij Piri Reis het geval was, te wijten waren aan het samenvoegen van gegevens uit een groot aantal veeleer lokale kaarten die, op zichzelf niet volkomen fout, een oorspronkelijke weergave van het Zuidpoolgebied bezwaarden door de vergissingen van latere waarnemers. Hoe dan ook, zelfs deze latere waarnemers hadden in een mythisch ver verleden geleefd, toen de ijskap nog minder uitgebreid was en aanzienlijke kustgebieden volledig vrij liet. 'Een vergelijking van de Oronteus Finaeuskaart met de kaart van het subglaciale land,' aldus Hapgood, 'opgemaakt door de onderzoekteams van verschillende landen tijdens het Internationale Geofysische Jaar (1958) schijnt wel enkele van de schijnbare tekortkomingen van de Oronteus Finaeuskaart te verklaren en werpt meteen ook licht op de vermoedelijke uitgestrektheid van de ijskap tijdens de periode waarin de kaart werd vervaardigd.' De kaart van Finaeus is, evenmin als die van Piri Reis, een uitzondering, zo constateerde Hapgood herhaaldelijk naarmate zijn onderzoek voort- gang maakte. Finaeus' gegevens werden door Mercator in zijn Atlas overgenomen. De Vlaamse geograaf was geen man die zonder grond de anderen napraatte.1 Hij schreef geen science fictionboek,' voegt de Amerikaan er aan toe. Op het eerste gezicht is men evenwel de mening toegedaan, dat Mercator niet veel terecht bracht van zijn taak. Maar ook ditmaal bracht een zorgvuldige analyse aan het licht dat heel wat kustgebieden van Antarctica, zoals wij die thans kennen, zonder moeilijkheden bij Mercator zijn weer te vinden. Het betreft zelfs een zo groot aantal plaatsen dat Hapgood het niet 39

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1983 | | pagina 41