Ik heb de hier geschetste ontwikkelingen gedurende 25 jaar van nabij mögen
meemaken: in bet begin als belangstellend lid en correspondent, daarna elf
jaar als redakteur van Kaartbulletin en acht jaar als redakteur van he
Kartografisch Tijdschrift. Als redakteur ben je voortdurend beztg met het
schrijven van verslagen, artikelen, recensies en aankondigingen, maar ook
met bet werven van advertenties, het verzamelen, redigeren en cot tigeren van
codi het leggen van kontakten met drukkers, het organiseren van de
verzending en daarnaast het meer creatieve werk zoals het ontwerpen van
omslagen het verzorgen van de typografie, het uitkiezen van nieuwe kleinen
en het verzorgen van de opmaak. En dan zijn daar natuurhjk de honderden
redaktievergaderingen, waar voor elk afzonderhjk nummer de taken worden
verdeeld en als team creatief wordt gebrainstormd over opzet en inhoud van
körnende nummers. T T
Aan al deze dingen is thans voor mij een einde gekomen. Met het nu voor U
liegende jubileumnummer neem ik afscheid als redakteur van het kartogra
fisch Tijdschrift. Ter gelegenheid van dit feit heeft de redaktie de verzotging
van dit speciale nummer in mijn handen gelegd.
Het jubileumnummer is, zoals dat hoort btj een jubileum, geheel anders dan
anders Er komen een aantal echte hteratoren aan het woord: Harry Mulisch
met zijn meeslepende verhaal De Crem; Maarten Biesheuyel met een
fantastische vertelling over de ambities van twee kaartmakers en he
fascinerende relaas van Hubert Lampo over de geheimzinnige exactheid van
de oude kaarten van Pin Reis. Deze bekende namen uit de nederlandse
literatuur staan borg voor een hoogwaardtg leesgenot. Tevens zult U in du
nummer de fraaie resultaten van de onder onze leden uitgeschreven cartoon-
wedstrijd aantreffen. De prijswinnaars K. Hulsteyn (le en 3e pnjs) en A.
Nieuwenhuis (2e prijs) worden vanaf deze plaats van harte gelukgewi ns
Tay-out en typografie werden speciaal aangepast, zodal we met recht kunnen
soreken van de eerste bibliofiele uitgave van het kartografisch I ljdschrift. De
redaktie spreekt dan ook de hoop uit dat EJ dit bijzondere nummer met extia
Uw fchSS^redakteur maakt van de gelegenheid gebruik om al diegenen
met wie hij in de loop der jaren in een of andere vorm mocht samenwerken e
bedanken voor hun hulp en vaak ook vriendschap. Zonder anderen tekort te
willen doen wil ik hier in het bijzonder twee namen noemen: Andre Verroen
en Albert Ras, met wie ik zoveel jaren mtensief werkte aan de samenstelhng
van tientallen Kaartbulletins en op wiens vriendschap ik tot op de huldige
RfS^mij nog de trouwe lezers van mijn artikelen te bedanken voor hun vaak
opbouwende reakties, zij stimuleerden nnj om steeds opnieuw de pen ter
hand te nemen en dit zal ik ook in de toekomst blijven doen want over ons
nrooie en boeiende vak ben ik voorlopig nog lang met uitgeschreven....
AartJ. Karssen
maart 1983