Geautomatiseerde kartografie bij de
Nederlandse Spoorwegen
H. Quee
Alvorens de geautomatiseerde kaartproduktie bij onze
Landmeetkundige Dienst te bespreken, moet ik enige
aandacht vragen voor een ander kartografisch produkt
van de Nederlandse Spoorwegen, namelijk de basis-
beheerskaart 1:1000.
De met geautomatiseerde hulpmiddelen vervaardigde
kaarten hebben namelijk vooral een hierop aanvullende
funktie. Daarbij is deze introduktie voor u wellicht
ook interessant, omdat de basiskaart van de NS in
kartografenkring weinig bekend is. Bovendien vinden
wij, dat wij het met deze 'GBKNS', die in 1986 geheel
voltooid zal zijn, een stuk verder hebben geschopt dan
de 'GBKN' zonder 'S'.
De beheerskaart van de NS
De beheerskaart van de NS, in veel baanvakken de op-
volger van een uit de jaren '20 daterende kaartering,
is een topografische kaart 1:1000, uitgevoerd als
eilandkaart, in strookvormige bladen. Zij bevat het
volledige NS-eigendom, met de onmiddellijk aangren
zende situatie. De bladgrens ligt telkens bij een volle
hectometer; elk blad beslaat 900, 1000 of 1100 meter
spoorbaan. De inhoud is natuurlijk in sterke mate
van spoortechnische aard, maar ook de 'gewone topo-
grafie' is gedetailleerd weergegeven (baanlichaam,
wegen, waterlopen en andere terreinscheidingen en
gebouwen)
De beheerskaart wordt door enkele firma's en door
de NS zelf längs fotogrammetrische weg geprodu-
ceerd, in een tempo van ongeveer 200 km spoorlijn
per jaar, waarmee zij in 1986 voltooid zal zijn. De
kaartering is gebaseerd op paspunten in het Rijksdrie-
hoeksnet. Deze worden vooraf bepaald in een meet-
kundige grondslag, waarvoor wij een speciale punts-
bepalingsmethodiek hebben ontwikkeld. Als paspunten
worden bovenleidingsportalen gebruikt. Na de kaarte
ring wordt de kaart naverkend; dat houdt alleen con-
trole en noodzakelijke bijmetingen in, en niet het
kunstmatige en kostbare omvormen van een fotogram
metrische naar een pseudoterrestrische kaart door
het meten van bijvoorbeeld dakoverstekken.
Toch kan ook de naverkenning nogal arbeidsintensief
worden; zo moeten van alle Wissels de lassen (dat wil
zeggen de begin- en eindpunten) worden opgemeten ten
opzichte van het dichtstbijzijnde bovenleidingportaal;
de lassen zijn namelijk in de foto niet voldoende zicht-
baar.
Tenslotte wordt de kaart met de hand gecalqueerd en
door de NS afgewerkt; dat wil zeggen voorzien van de
eigen kadastrale grenzen, en van de gegevens beho-
rend bij het stelsel van de zogenaamde 'geografische
codering'. De funktie van deze kaart is velerlei.
Zo wordt zij door allerlei technische afdelingen ge
bruikt als ondergrond voor het beheer van objecten en
installaties; bijvoorbeeld bovenleiding, gebouwen, en
niet te vergeten kabels en leidingen. De kaart wordt
ook gebruikt door de afdeling Beheer Onroerend Bezit
en door de Dienstkringen Wegonderhoud voor het al-
gemeen beheer (vergunning, verhuring, onroerend-
goedbelasting, enz.en tenslotte door de afdeling
Spoorwegbouw en Kunstwerken voor de voorbereidende
fasen van spoorwegwerken. Daarmee komen we bij de
automatisering in de kaartvervaardiging.
Aanvullende kaarten
Hoe is namelijk de gang van zaken bij de voorbereiding
en het ontwerp van een spoorwegwerk, zoals extra
perrons, uitbreiding sporencapaciteit op baanvakken,
vervanging bruggen, reconstructies emplacementen,
vrije kruisingen, nieuwe halten, viaducten en grotere
projecten? Tot derdelijke projecten worden talrijke
initiatieven genomen door onder meer de afdelingen
Dienstregeling en Treindienst. Er treedt dan een
reeks van aftastende, voorbereidende, en ontwerp-
aktiviteiten in werking. In dit traject vallen vele pro
jecten om allerlei redenen weer af, of komen tot
nader order in de ijskast te recht.
De beheerskaart wordt nu gebruikt als ondergrond
voor alle ontwerpen, en als hulpmiddel bij het in- en
extern overleg en is daarvoor kwalitatief ruimschoots
voldoende. In het laatste Stadium van het ontwerppro-
ces, het definitieve technische ontwerp, moet echter
het ontwerp ook landmeetkundig getoetst en ingepast
worden, met doorberekening van tracelijnen voor de
ontworpen sporen en wisselstraten, hoofdassen van
ontworpen kunstwerken, enz. Als het eenmaal zover
is, is er meestal ook tijdsdruk, en dan komen onze
geautomatiseerde hulpmiddelen in het veld. Wij kun-
nen dan zeer gericht gaan opmeten, omdat het ontwerp
in grote lijnen vaststaat (dat wil zeggen in lengterich-
ting op 10 meter, en in dwarsrichting op een meter).
De faktoren nauwkeurigheid (moet nd veel beter zijn
dan fotogrammetrisch haalbaar issnelheid, en
kosten zorgen voor een natuurlijke taakverdeling tus-
sen de algemene, overal aanwezige, relatief goedkope,
maar inflexibele fotogrammetrische beheerskaart
enerzijds, en de speciale dure en 'snelle' kaart voor
het technisch ontwerp anderzijds.
De laatste wordt gemaakt met een geautomatiseerd
systeem, zoals er langzamerhand wel meer zijn ont-
staan: zelfregistrerende tachymeter, Computer,
grafisch interaktief systeem, plotter. We zullen nu
dit produktieproces kort de revue laten passeren.
KT 1983. IX. 3
21