tekentechnisch rond, maar het bijbehorende databe-
stand moet nog worden opgebouwd.
AI deze computerprogramma's bestaan uit twee delen:
een deel is bestemd voor gebruik op de eigen tafel-
computer en is geschreven in BASIC; het andere deel
dient voor de verdere bewerking op de grote Computer
van de DIV en is geschreven in FORTRAN.
Tenslotte is er voor het berekenen van oppervlakten
een programma in gebruik, dat alleen op de tafelcom-
puter wordt gebruikt en waarbij de digitaliseertafel
als planimeter dienst doet.
We rk wi j z e
Op de Waterstaatskaart worden de grenzen tussen de
afwateringseenheden aangeduid met dubbele biezen;
de eenheden worden verder onderverdeeld door mid-
del van smalle biezen. Hiervoor moeten in het alge-
meen vier evenwijdige lijnen getekend worden ten op-
zichte van een denkbeeidige hartlijn, die de feitelijke
grens of waterscheiding vormt.
Om dit zeer nauwkeurige en tijdrovende werk te kun-
nen automatiseren, worden nu juist alleen die hartlij-
nen getekend op maatvaste film, met een topografische
film als ondergrond. Op dit zgn. 'digitaalmodel' wordt
met een aantal lijntypen in verschillende kleuren aan-
gegeven waar dubbele en waar enkele brede of smalle
biezen moeten komen, dan wel enkelvoudige lijnen.
Hierbij wordt het handgetekende model van de samen-
steller als gids gebruikt. Vervolgens worden deze
lijnen op de digitaliseertafel met de Cursor öön voor
öön afgetast, waardoor de ligging in digitale vorm kan
worden vastgelegd op de magneetbandcassette van de
tafelcomputer. Per lijntype wordt ook een bijbehoren
de code meegegeven. Gelijktijdig wordt deze digitale
informatie doorgegeven aan de drumplotter, die de
hartlijnen weer uittekent (met een code-aanduiding
door middel van dwarsstreepjes) en daarmee heeft de
kartograaf een directe controle op zijn werk.
Na het digitaliseren moet de verkregen informatie
naar de grote Computer van de DIV, waar het uiteinde-
lijke berekenen van de evenwijdige lijnen plaatsvindt,
volgens de meegegeven codes. Aanvankelijk moest
men hiervoor de inhoud van de cassettes eerst over-
zetten op ponsband, later werden de cassettes zelf
per bode verstuurd en sinds kort gaat de cassette-
inhoud per telefoonlijn naar de Dienst Informatie-
verwerking.
Na de bewerking levert de grote Computer een mag-
neetband met tekeninstrukties, waarmee eerst een
proeftekening wordt gemaakt op een drumplotter van
de DIV. Na goedkeuring hiervan door de kartograaf
gaat deze magneetband naar de Meetkundige Dienst,
waar de berekende lijnen worden gegraveerd op een
vlakke automatische tekentafel (Calcomp 7000). Deze
tekentafel is voorzien van een tangentieel bestuurbare
graveerkop, waardoor de beitel steeds loodrecht op
de graveerrichting blijft staan, hetgeen een konstante
lijndikte waarborgt.
De aldus vervaardigde gravure wordt bij Waterstaats-
kartografie gecontroleerd en zonodig handmatig bij
gewerkt. Mogelijke fouten kunnen ontstaan tijdens het
digitaliseren (door het niet nauwkeurig genoeg volgen
van de lijnen met de Cursor, of door het meegeven
van een verkeerde code), door verminking van gege-
vens tijdens het transport (met inbegrip van de daar-
bij hörende conversieslagen) en door onvolkomenheden
in het berekeningsgedeelte voor de evenwijdige lijnen
in het programma WKBIES.
Na het bijwerken draagt de sectie Automatisering de
gravure over aan de sectie Kartografie, die voor de
verdere bewerking zorgdraagt. Dit betreft dan het
etsen van een peelcoat, het rasteren en het kleursplit-
sen. Door de automatisering is de totale bewerkings-
tijd voor de biezen van enige maanden teruggebracht
tot enkele weken. Behalve van de biezen wordt ook
van de wateren längs geautomatiseerde weg een gra
vure gemaakt. Hiervoor worden echter geen evenwij
dige lijnen berekend, zodat de winst hier duidelijk
kleiner is.
Op de bijkaart Watervoorziening worden de grenzen
eveneens door middel van biezen weergegeven. Vaak
vallen deze samen met de reeds gedigitaliseerde
grenzen van de afwateringseenheden, waardoor alleen
aanvullend digitaliseerwerk nodig is.
De vervaardiging van de bijkaart Hydrologische Waar-
nemingspunten verloopt vrijwel geheel geautomati-
seerd. Ook hier wordt een digitaalmodel gemaakt,
ditmaal echter niet door de kartograaf, maar direct
door de verkenner, die de betreffende gegevens heeft
verzameld.
Tijdens het digitaliseren bepaalt de kartograaf zelf de
stand van een aantal Symbolen, door naast het waar-
nemingspunt nog een tweede punt voor de richting te
digitaliseren. Het programma GEOTAO zorgt ervoor
dat de Symbolen aan de rand niet door het kader heen
getekend worden en dat bij concentraties de Symbolen
elkaar niet overlappen. Bovendien wordt automatisch
het volgnummer aan het symbool toegevoegd (de karto
graaf moet ze dan natuurlijk wel in de juiste volgorde
digitaliseren).
Van ieder kaartblad worden altijd eerst de hoekpunten
gedigitaliseerd en de bijbehorende x- en y-waarden
van de topografische coördinaten op de tafelcomputer
ingetoetst. Dit maakt het mogelijk, automatisch het
kader en het ruitennet van 5 bij 5 km te tekenen,
tezamen met de bijbehorende coördinaat-getallen.
Ook kan daardoor de ligging van de gedigitaliseerde
waarnemingspunten in topografische coördinaten
worden vastgelegd.
De printer kan deze coördinaten op een lijst afdrukken,
tezamen met de bijbehorende codes en volgnummers.
Deze gegevens worden ook in het randaschrift van de
bijkaart opgenomen, maar de kwaliteit van de geprinte
lijst laat een directe reproduktie niet toe. Daarom
worden alle getallen overgetypt; aanvankelijk op een
composer, tegenwoordig gebeurt dit op een computer-
gestuurde fotozetter.
Evaluatie
Het spreekwoord zegt: "alle begin is moeilijk" en dat
geldt zeker voor het beginnen met automatiseren. Ook
ons zijn deze moeilijkheden niet bespaard gebleven en
een aantal ervan wil ik u toch noemen. Daarbij wil ik
tevens terugkijken naar de in het begin genoemde ver-
wachtingen en randvoorwaarden.
Om te beginnen is de produktie van de Waterstaats
kaart nog niet versneld. Dit is vooral veroorzaakt
door faktoren die niets met automatisering te maken
hebben, zoals het inkrimpen van het personeelsbestand.
Toch moet hier gesteld worden dat er ook veel tijd
34
KT 1983. IX. 3