tische verantwoording'geschreven door dr. A. T. van Holten, drs. G. F. Willems en voor de didactisch- historische delen drs. H. A. Molen kamp, zijn aan de voorbereiding van de nieuwe atlas, die uitdrukke- lijk bedoeld is als een schoolatlas, enquetes onder de docenten vooraf- gegaan. Daarbij bleek behoefte te bestaan aan meer materiaal over de sociaal-economische naast de politieke geschiedenis, meer aan- dacht voor de 19e en 20e eeuw dan voor de oudere geschiedenis en meer nadruk op de buiten-Europese landen. Wat de kartografische uit- voering betreft waren de Verlan gens: niet te vol, niet te moeilijk en vergelijkbaarheid van schalen en thema's. Daarbij namen de samenstellers als richtlijnen aan: verande ringen in het algemeen niet op de gebruikelijke manier op edn kaart weergeven door biezen, ar- ceringen e. d. maar door een reeks kaartjes van opeenvolgende toe- standen; geen oorlogen (althans het verloop daarvan) vöör de 20e eeuw; geen pijlen om opmarsrou- tes aan te duiden maar tintgrada- ties bij gebiedsuitbreiding. Hier dreigt o. i. wel het gevaar dat kaarten die telkens een bestaande toestand weergeven, een enigszins statisch karakter krijgen en te weinig de dynamiek van de gebeur- tenissen tot uitdrukking brengen. Gelukkig blijkt men zieh niet al te streng aan die richtlijnen te hebben gehouden. Zo zien we al op blad 2 (blad 1 is prehistorie) in fraaie kleuren weliswaar opeenvolgende toestanden van MesopotamiS, maar binnen dön kaartje toch ook ve ran deringen door kleurbiezen, arce- ringen, e. d. en op blad 6 de op- marsroutes met pijlen bij de kolo- nisaties van de Grieken en Feni- ci'örs en zelfs de veldtochten van Alexander, met veldslagen; alle zeer dynamische kaarten. Het (te kleine) kaartje van de Volksverhui- zingen bevat zelfs een teveel aan marsroutes, in 10 soorten streep- en stippellijnen, en geeft daardoor een wirwar van lijnen te zien. Een enigszins statisch beeld geven daarentegen de opeenvolgende kaarten van Europa in 1250, 1500 enzovoort tot 1789. Men ziet daar door niet hoe de Engelsen in de 14e en 15e eeuw grote delen van Frank- rijk bezet hadden, eindigend in het drama van Jeanne d'Arc, noch de versnippering en de godsdienstige verscheurdheid van het in de atlas homogeen gekleurde Duitsland, noch ook de expansiedrang van LodewijkXIV, tenzij men zeer nauwkeurig de grensveranderingen gaat nazoeken. Bij de oorlogen in de 20e eeuw wordt bijzondere aandacht besteed aan de kwade gevolgen daarvan: indrukwekkend zijn de in de kaar ten ingetekende grafieken van de omvang van de legers en de aantal- len slachtoffers van de eerste wereldoorlog, van de hoeveelheden Joodse vluchtelingen naar diverse landen na 1933 en van de aantallen slachtoffers van de tweede wereld oorlog. Het verdere verloop van de tweede wereldoorlog zelf is door bleke tinten en het ontbreken van de geallieerde opmarsroutes wat weinig expressief uitgevallen, in tegenstelling tot het kaartje van Nederland in de oorlog, met de Duitse opmars en de omvang van de verwoestingen. Heel dynamisch zijn ook de aangrijpende kaartjes van de Spaanse burgeroorlog met aanvalsrichtingen, van Israel in vijf opeenvolgende situaties en van Vietnam. Bij de werelddelen buiten Europa zijn het ook weer de dynamische kaartjes van de ontdekkingsgeschie- denis, de kolonisatie en de staten- vorming van Afrika en de Ameri- ka's en de binnenlandse politieke ontwikkeling van China die tot de hoogtepunten van de atlas behoren. Een typisch voorbeeld van een meer statische kaart is die van de Verenigde Staten in 1860, waar wöl de grens tussen de slavensta- ten en de 'vrije' staten is aange- geven, maar niet die tussen de zuidelijken en noordelijken tijdens de burgeroorlog, die zuidelijker lag doordat enige slavenstaten zieh bij de noordelijken hadden aangesloten. Terwijl in de didactische verant woording de nadruk wordt gelegd op het belang van economisch- historische kaarten, zijn de eco- nomische kaartjes in de atlas het minst geslaagde deel. Voor Oud- heid en Middeleeuwen wordt hier de oude methode gebruikt van grote aantallen losse symbooltjes van allerlei kleur en vorm, die over de kaart zijn uitgestrooid zonder dat er een samenhangend beeld ontstaat. Betere resultaten verkrijgt men door bepaalde gebie- den aan te geven door kleur, bies, arcering enz. wat in de atlas alleen is gedaan bij de middel- eeuwse lakennijverheid en voor latere eeuwen bij de industriege- bieden. Ook het splitsen van een grotere kaart in kleinere waarop slechts enkele onderwerpen zijn afgebeeld (zoals bij de economische wereldkaartjes in de 'Grote Bos') zou een verbetering kunnen geven. Weinig geslaagd zijn ook de paar kaartjes over culturele onderwer pen: verspreiding van romaanse en gothische architectuur, en van de middeleeuwse universiteiten onderverdeeld naar de eeuw van hun stichting. Beide zijn bezaaid met namen, bij de bouwkunstige Symbolen is er geen differentiatie tussen dorpstorentjes en kathedra- len en bovendien bevatten de bouw- kunstkaartjes tal van fouten. Aan het eind geeft de atlas een reeks fraaie historische wereld kaartjes, die tenslotte eindigen bij de huidige toestand in de vorm van een paar wereldkaartjes die we ook uit de 'Kleine Bos' kennen. AI zijn er dan een paar kaartjes methodisch en kartografisch voor verbetering vatbaar, als geheel is het door zijn superieure vormge- ving en kartografie een bijzonder mooi kaartwerk, waar men zieh voor zijn genoegen lang in kan verdiepen. A. J. Pannekoek IMHOF, Eduard. Cartographic Relief Presentation. Engelse editie verzorgd door H. J. Steward. Ber lin/New York, Walter de Gruyter, 1982. Met 222 fig. en 14 kleuren- bijlagen. Hardcover. ISBN 3 11 006711 0. Prijs DM 180,-. In 1982, zeventien jaar na de ver- schijning van Imhof's boek over de kartografische weergave van het reli'ef, is nu de Engelse vertaling ervan versehenen. Dat is rijkelijk laat en naar mijn mening zelfs 14 laat. Imhof's boek is in de loop der jaren een zodanige 'klassieker' in de kartografische literatuur ge worden dat een nadere bespreking van de inhoud en kwaliteiten hier gevoegelijk achterwege kan blijven. In geen ander werk is de problema- tiek van de kartografische relief- weergave zo grondig en tegelijk zo glashelder uiteengezet als hier. Daar in het Engelse taalgebied de kennis van het Duits beperkt is, heeft dit voor de verbreiding van Imhof's werk altijd een zekere KT 1983. IX. 3 61

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1983 | | pagina 63