Het aanpassen van de kaarten naar vorm en ve rk r i j gbaa rhe id - het afbeelden van de 'ticks' van het coördinaten- systeem van de UTM-projektie met de daarbij be- horende getallen naast de coördinaten van de ruit- lijnen in het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting längs de rand van het kaartbeeld. De kaart kan hierdoor meer universeel worden gebruikt. Hoewel deze nieuwe uitvoering van de kaart 1:25. 000 wellicht niet overal zal worden toegejuicht, zal men toch begrijpen dat gezien de huidige omstandigheden het invoeren van deze werkmethode noodzakelijk was. Op andere plaatsen is al eerder op deze wijzigingen ingegaan (zie KT 1981. VI. 1). Voor nadere details wordt daarnaar verwezen. De kaart 1:50. 000 wordt in beginsel nog op dezelfde wijze vervaardigd als voorheen. Echter, ook daarbij wordt de plaatsing van de legenda en het randschrift vrijwel analoog aan de methode gevolgd voor de 1:25. 000 ingevoerd. Ook wordt het schritt dan uitge- voerd in Univers in plaats van in Bodoni. Voor de kaart op de schaal 1:250. 000 wordt thans een geheel nieuwe werkmethode gevolgd en wel een met toepassing van automatisering. Deze verloopt als volgt. De kartograaf maakt op de schaal 1:125. 000 een zgn. digitaliseermodel waarmee het digitaliseren en code- ren wordt uitgevoerd. Naast het digitaliseermodel wordt ook een kleur- en namenmodel voor de kaart vervaardigd. Na een voorbereidingsperiode, waarbij uiteraard veel overleg tussen de kartografen en de systeemanalisten noodzakelijk was, zijn thans reeds belangrijke kaartdelen in digitale vorm beschikbaar. De graveerwerkzaamheden worden bij deze werkwijze uitgevoerd op een electronische coördinatograaf. Voordat het zover is zijn uiteraard, na het digitalise ren van het lijnwerk, meerdere controles en korrek- tie-fasen nodig. De benodigde programmatuur voor de gehele opzet is door eigen medewerkers ontwik- keld. De kleurmaskers, de Schriftmontage en andere werk- zaamheden zullen niet met behulp van automatiserings- apparatuur worden gemaakt. De automatisering is bij de vervaardiging van deze kaart gekozen om bij de volgende uitgave de kaart sneller te kunnen herzien en tevens omdat deze metho de in het eenvoudigere kaartbeeld op de schaal 1:250. 000 sneller kon worden uitgevoerd dan bij de meer gecompliceerde topografie op de grotere scha len. Het voor deze te vervaardigen kaart opgebouwde digi tale bestand zal ook beschikbaar zijn voor andere doeleinden. Zo zal men indien gewenst ook daarvan kaarten kunnen vervaardigen met daarop een keuze uit de topografische elementen welke gescheiden in het bestand zijn opgenomen. Kijken we terug in de geschiedenis van de topografi sche kaart dan zien we dat de eerste bladen van de kaart 1:50. 000 -de Topografische en Militaire kaart van het Koningrijk der Nederlanden, de TMK - in 1850 beschikbaar kwamen voor het publiek. Deze prachtig op steen gegraveerde eenkleurige kaart is in 1972 herdrukt en in de verkoop. Op 66n blad was 1000 km2 terrein afgebeeld. De vervaardiging van een gedrukte kaart op de schaal 1:25. 000 werd aangevangen in 1872. Dit was evenals de 1:50. 000 een kaart in Bonneprojektie en verscheen in klein formaat. In 1932, met de invoering van de fotogrammetrie bij de kaartvervaardiging, werd ook de stereografische projektie gekozen en tevens werden de bladen in gro- ter formaat uitgebracht. De 1:25. 000 bladen beeiden nu 125 km2 terrein af en de 1:50. 000 500 km2. In 1980 werd voor de kaart 1:25. 000 een aantal nieuwe combinaties van bladen ontworpen. De bladen die afwijken van de tot dan be- staande bladwijzer, zijn vooral zo gekozen om de ge- bieden längs onze grenzen en kustlijn voor de kaart- gebruiker aantrekkelijk te maken. Wel is daarbij ge- probeerd om een standaardhoogte aan te houden om de eveneens nieuw ingevoerde vouwwijze te kunnen aan- houden. In verband daarmee is de lay-out van de 1:25. 000 geheel gewijzigd en is een titelflap aange bracht. Het vouwformaat van 29 x 12 cm is waar mogelijk aangehouden. De wijziging van de bladindeling had voor sommige belangrijke kaartgebruikers bezwaren in verband met het gebruik van de 1:25. 000 voor bijvoorbeeld de vast- legging op de kaart van de NAP punten. Voor de af- nemers die dat speciaal verlangen kunnen daarom films van de bladen in het oude bladindelingssysteem worden vervaardigd. De 1:25. 000 kaartbladen verschijnen in de nieuwe vorm ook in de grijsdruk (iets donkerder grijs dan voorheen met een blauwe tint voor de wateroppervlakken). De verkoop van de kaarten via wederverkopers wordt gestimuleerd hetgeen mede een aanleiding was om de nieuwe vouwwijze in te voeren. De kaart 1:50. 000 zal zoals reeds gezegd binnenkort ook in een vrijwel gelijke lay-out uitkomen met Uni vers als schrifttype. Aan de bladindeling van de 1:50. 000 kaart worden geen wijzigingen aangebracht. Voor het gebruik van de topografische kaart als onder- grond worden op bestelling calques geleverd, zonodig in speciale combinaties. Niet onvermeld mögen blijven de luchtfoto's welke voor vele gebruikers van grote waarde zijn. De foto- bedekking van geheel Nederland is in veelvoud be schikbaar. In het voorjaar van 1981 is heel Nederland opnieuw vanuit de lucht op de schaal 1:18. 000 gefoto- grafeerd hetgeen in het voorjaar van 1983 is herhaald. De luchtopnamen worden voor een deel voor de topo grafische kaartering gebruikt. Alle foto's zijn echter speciaal benodigd voor de werkzaamheden ten behoeve van het 'Projekt Bebouwing' dat in opdracht van de Ministeries van Financien en Binnenlandse Zaken in bewerking is. Van deze zeer recente fotografie kunnen de meest ac- tuele beeiden van het terrein op bestelling worden ge leverd en wel als afdrukken van de foto's of als foto- kaajrten. To ekom st Het bestaan van het grafische kaartbeeld Staat niet op het spei. De kaartgebruikers zullen dit niet kunnen missen ondanks het feit dat de vraag naar digitale informatie groter en groter wordt. Het gebruik van luchtfotobeelden neemt regelmatig toe. Over enige tijd zal de 1:250. 000 kaart in digitale vorm beschikbaar 30 KT 1983. IX. 4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1983 | | pagina 32