voltrokken die aanleiding is geweest tot het ontstaan,
naast de traditionele topografische kartografie, van
een aantal meest thematische specialismen. In een
kartografisch geavanceerd land als Nederland zijn zij
rijkelijk vertegenwoordigd. Wij kennen onder meer
de kartografie ten behoeve van de ruimtelijke orde-
ning, de toeristen- en recreatiekartografie, de bo-
demkaartering, de landinrichtingskartografie, de
stadskartografie, waterstaatskartografie, de school-
kartografie, de milieukartering, enz. Andere specia
lismen zijn bijvoorbeeld de op volkstellingsgegevens
gebaseerde 'census mapping' en de 'Coastal zone
Mapping' beide vooral uit de V. S. bekend, de natuur-
rampenkartografie beoefend in het door catastrofen
geteisterde Japan, enz. Elk van deze specialismen
kent zijn eigen kring van gebruikers en hoewel zij alle
gebonden zijn aan dezelfde kartografische grondbegin-
selen hebben zij alle eigen visualisatieproblemen. Men
vergelijke slechts de verschillende eisen gesteld aan
een schoolwandkaart van een berggebied, aan een ruim-
tegebruikskaart van een grote stad, die ook worstelt
met de voorstelling van de derde dimensie, aan de
complexe, op de toekomst gerichte, landinrichtings-
kaarten, bestemd voor twee categorieön van gebrui
kers of aan orienteringskaarten die nauwelijks gene-
ralisatie gedogen en waarop alles wat niet in het
terrein zichtbaar is of störend werkt verwijderd
wordt. In verschillende specialismen hebben zieh
weer subspecialismen ontwikkeld zoals in de toeris-
tenkartografie waar autokaarten, vaarwaterkaarten,
wandelkaarten en fietsroutekaarten enz. ontwikkeld
worden, of in de schoolkartografie waar men drie
verschillende typen van schoolatlassen produeeert
voor drie verschillende leeftijdsgroepen.
Juist de twee laatste specialismen, toeristen- en
schoolkartografie, hebben zieh ontwikkeld tot bloeien-
de bedrijfstakken met dikwijls hoge oplagen. In een
land als de Sovjetunie overtreft de kaartproduktie in
de schoolkartografie alle andere kartografische be
drijfstakken in omvang.
Het is een der charmes van de NVK dat zij vertegen-
woordigers van al deze specialismen samenbrengt en
met elkaars Problemen confronteert. Het zou interes
sant zijn de onderscheiden doelStellingen en probleem-
gebieden eens naast elkaar te zien, vergelijkingen te
maken en conclusies te trekken. De studiedagen over
kaartlegenda's in 1981 te Rolduc waren hiervoor een
goede aanloop.
In figuur 1 is een eerste poging gedaan de instellingen
en bedrijven die zieh in Nederland met enige vorm van
kaartvervaardiging bezighouden in beeld te brengen,
verdeeld in de volgende categorieen: 1. Landelijk
opererende overheidskartografie, 2. Stadskartogra
fie (in Steden 100. 000 inwoners), 3. Instituten voor
opleiding en onderzoek, 4. Kartografische uitgeverij-
en, en 5. overige. In totaal zijn 66 eenheden geno-
teerd, die naar schatting tesamen aan 1000 karto
grafisch werkzame lieden een bestaan verschaffen.
Van deze populatie herbergt de NVK met haar 457
persoonlijke leden circa de helft, een cijfer dat merk-
waardigerwijze ongeveer overeenkomt met soortge-
lijke gegevens van zowel de British Cartographic
Society als van de Deutsche Gesellschaft für Karto
graphie. Opvallend is echter het grote aantal institu-
tionele leden van de NVK (zie figuur 2) dat met 98
bijna 25% van het aantal persoonlijke leden vormt,
een percentage waarbij de overeenkomstige Britse en
Westduitse cijfers met respektievelijk 7% en 5% in
het niet vallen. Diverse van deze institutionele leden
hebben door hulpdiensten in natura tot de bloei der
vereniging bijgedragen. Wij komen daar nog nader
op terug.
Fig.1 Kartografie in Nederland
overheidskartografie (landelijk)
gemeenten boven 100000 inwoners
opleiding en onderzoek
kartografische uitgeverijen
overigen
Fig.2 Institutionele NVK-Ieden (1-1-1983)
(semi-) overheid
particulier
52
KT 1983. IX. 4