Versneide ontwikkeling der
kaartvervaardigingstechnieken
De geschiedenis der kartografie vertoont een voort-
durende worsteling met de materie om de arbeidsin-
tensieve kaartvervaardigingstechnieken te vereenvou-
digen en te versnellen zowel door verbetering van
traditionele als door introduktie van geheel nieuwe
procedd's en materialen. De overgang van de koper-
plaat via lithografische steen naar gewapend papier,
van steendrukhandpers via steendruksnelpers op
offset, de toepassing van de fotografie, zij alle
vormden in het verleden mijlpalen längs deze weg.
Sedert de Tweede Wereldoorlog is deze ontwikkeling
duidelijk versneld. Ten tijde van de oprichting van de
KS/NVK geraakten maatvaste polyester tekenmateria-
len ingeburgerd, werden de graveermethode op stabi-
leenmateriaal en het peelcoat- of pelfilmprocedd in
gebruik genomen, geraakte het fotografisch zetten van
namen in zwang, burgerden contactrasters op polyes
terfilm s in en werd de drukplaat van zink vervangen
door die van aluminium. Uiteraard verliepen de aan-
passingsprocessen in verschillende bedrijven in een
verschillend tempo zoals uit het volgende overzicht
möge blijken.
1. De Topografische Dienst die in de jaren '40 was
overgeschakeld op gewapend papier en in 1948 de
laatste lithografische steen had opgeruimd was in
de jaren '50 bezig de nieuwe maatvaste tekenmate-
rialen te onderzoeken. De topografische kaart
1:50. 000 werd in 1958 reeds in inkt op stabileen,
voorzien van een blauwe gids, getekend. Tijdens
de ICA-Conferentie in 1962 te Frankfurt kon onder-
direkteur Van Roermund met voldoening rapporte-
ren dat de dienst op de graveermethode op stabi-
leenbasis en op het pelfilmprocedö was overgegaan.
Door deze maatregel kon het aantal tekenaars met
40% gereduceerd worden, hetgeen een besparing
van een half miljoen opleverde, een opmerkelijke
prestatie in die tijd.
2. Bij Wolters-Noordhoff waar in 1930 werd begonnen
de steengravure te vervangen door tekeningen op
gewapend papier of schaafkarton -een proces dat
meer dan 30 jaar in beslag nam - stond in 1958 nog
een deel van de kaarten van de Bosatlas op steen.
Kaartschrift werd met de hand ingetekend en het
trekken van een proefdruk op de handpers van de
in 12 volle kleuren gedrukte atlasbladen kostte 2-3
mandagen per blad. Pas in 1965 schakelde Wolters
over op de graveermethode en op fotografisch ge-
zet kaartschrift.
3. Een soortgelijke ambachtelijke produktiesituatie
werd omstreeks 1960 nog aangetroffen bij de afde-
ling Landmeten en Kartografie van Gemeentewer-
ken Rotterdam met tekenaars-calqueerders die
met inkt op linnen en later op astralon tekenden,
handmatig verkleinden met de pantograaf, kleur-
kladsen maakten en natuurlijk ook kaartschrift
met de hand intekenden.
Sedert de oprichting van de NVK is de ontwikkeling
met zevenmijlslaarzen verder gegaan en zijn succes-
sievelijk getntroduceerd: 1. de automatische film
en drukplaatontwikkeling, 2. gepresensibiliseerde
offsetplaten, 3. ponsregisterapparatuur, 4. de over
gang naar het drukken van kaarten in vier kleuren,
5. kleurproefsystemen zonder drukpers, 6. zeefdruk
(ofschoon in Nederland in de kaartproduktie weinig
toegepast), 7. UV-gevoelige film en 8. rasterloze
offsetdruk, alle vemieuwingen die hebben bijgedra-
gen tot perfectionering van de kartografische techniek
en opvoering van de produktiesnelheid.
Nieuwe ontwikkelingen kondigen zieh aan, waaronder
in de fotografie het gebruik van (goedkopere) films
met een lager zilvergehalte en de toepassing van
nieuwe rastertechnieken door middel van een linticu-
lar glasraster van Polycrom. In de kopie verschijnt
een minder energie gebruikende lichtbron voor be-
lichting van de kleurproeven, drukplaten enz. ter
vervanging van de metaal-halogeenlamp. Voor de
drukker ligt een automatisch bestuurde inktbak- en
vochtregeling in het verschiet, densiteitsmetingen
tijdens het drukken en het drukken in offset zonder
water of ander vocht, waar overigens reeds jaren
mee ge'öxperimenteerd wordt. Ondanks de versnelling
die de introduetie van proefdruksystemen op plastic
teweeg bracht is de vervaardiging van proefdrukken in
kleur - en daarmee de verwante vervaardiging van
gekleurde kaarten in kleine oplagen - om verschillen
de redenen nog onbevredigend. Minder bewerkelijke
kleurproefsystemen zouden de mogelijkheid openen
veelal experimenteel opgezette manuscriptkaarten,
bijvoorbeeld in de ruimtelijke ordening, voor een
groter gebruikerspubliek toegankelijk te maken.
Ook op dit terrein zijn nieuwe ontwikkelingen te rap-
porteren. Enerzijds wordt door verschillende firma's
geexperimenteerd met nieuw materiaal waarmee
sneller en goedkoper kleurkopieön gemaakt kunnen
worden -men denke aan het Canon kleurkopieer-
systeem - anderzijds biedt een verbetering van het
Cromalinsysteem mogelijkheden voor een betere
kleurafstemming zodat de kleuren op de proef die van
de druk dichter benaderen.
Het is duidelijk dat de vereniging als geheel, met ver-
plichtingen op vele deelgebieden der kartografie, deze
ontwikkelingen niet op de voet kan volgen. Hiertoe
bestaat echter sedert 1979 de NVK-Werkgroep Karto
grafische Reproductietechnieken die zieh, met eigen
studiedagen, zeer actief toont. De werkgroep wordt
tot dusver gedragen door repro-fotografen. Verwacht
mag worden dat hun activiteiten zieh ook Over kopie
en druk zullen uitstrekken. Het reprogebeuren in de
kartografie is te belangrijk om niet nauwlettend te
worden gevolgd.
Kaartproduktie ondersteund door
de Computer (CAC)
De belangrijkste aanwinst in de kaartproduktie vormt
ongetwijfeld de mogelijkheid grafische gegevens door
middel van de Computer om te zetten in digitale gege
vens en omgekeerd. Niet alleen vormt zij de sleutel
tot snellere kaartproduktie en revisie doch tevens,
door selectie naar behoefte uit de opgeslagen digitale
informatie, tot een meer flexibele kaartproduktie en
tot integratie van topografische en thematische gege
vens.
Ik wil in herinnering brengen dat de intrede van de
Computer in de kaartproduktie jonger is dan de NVK.
Tijdens de ICA-Conferentie in Londen in 1964 demon-
streerden Bickmore en Boyle het prototype van hun
Oxford System of Automated Cartography. Ik herinner
mij dat op het hoogtepunt van de demonstratio, tot ge-
KT 1983. IX. 4
53