Kaart 1, de verklaring van tekens en afkortingen
op de zeekaarten
Hj»
J.G. Ferwerda
TEKENS
AFKORTINGEN
KAART1
In het streven naar internationaal uitwisselbare (zee-)
kaarten concentreerde een jaar of tien geleden een
kleine werkgroep (bestaande uit vertegenwoordigers
van de landen rondom de Noordzee) zieh op het opstel-
len van karteringsregels voor vrijwel alle facetten
van de zeekaart, in het bijzonder de middelbaar- en
grootschalige zeekaarten (1:750. 000 - 1:10.000).
Internationale regels voor kleinschalige kaarten (wei
nig details) bestonden sinds 1970.
Nadat eerst de Noordzeelanden de specificaties goed-
keurden werden deze in 1982 door de lidstaten van de
Internationale Hydrografisehe Organisatie (IHO) ge-
aeeepteerd als de Karteringsvoorschriften voor Inter
nationale Zeekaarten. Nederland aeeepteerde deze
regels tevens voor de eigen nationale kartering.
Ten gevolge hiervan moest 'Kaart 1' (1), zoals de
legenda altijd nog wordt genoemd, worden herzien.
Omdat het in de zeekaarten verwerken van de zeer
vele (vaak minimale) wijzigingen zeker tien jaar zal
vergen werd besloten in de nieuwe opzet van Kaart 1
zowel de oude als de nieuwe situatie aan te geven. De
nieuwe in principe op de rechterpagina's (met blauw
kader) terwijl de laatste versie van de 'oude' Kaart 1
zoveel mogelijk op de overliggende linkerpagina's
werd afgedrukt.
Wat bij vergelijken van 'oude' en 'nieuwe' versie zal
opvallen is, dat op de oude pagina's veel meer num-
mers zijn opgenomen dan op de nieuwe, terwijl te
vens bij de laatste de nummering onlogisch lijkt.
In het kort kan hiervan gezegd worden dat de numme
ring in beide gevallen in overeenstemming is met de
'Standard List of Symbols and Abbreviations' van de
IHO. Om echter de details te kunnen doorgronden is
een historische terugblik noodzakelijk.
Zeevarende naties zijn al eeuwenlang gewend om ge-
bieden buiten de landsgrenzen te karteren. En ieder
deed dat op zijn eigen wijze, op grond van waarne-
mingen en verzamelde gegevens. Hierdoor groeiden
grote verschillen in de manier van karteren door de
diverse landen.
De IHO heeft vanaf haar oprichting in 1921 gestreefd
naar (meer) uniformiteit op zeekaarten. Door middel
van Technische Resoluties, steeds opgesteld na over
leg met alle lidstaten, werd over vele kaartonderde-
len overeenstemming bereikt.
Maar er bleven ook vele verschillen. Om toch de
details van buitenlandse kaarten te kunnen begrijpen
is destijds overeengekomen de inhoud van de kaart-
legenda's op standaardwijze in te delen. Allereerst
werden de Symbolen en afkortingen ingedeeld in hoofd-
stukken, aangeduid met de letters A t/m U. Alle te
kens en afkortingen in een hoofdstuk werden opvolgend
genummerd.
32
Van deze nummering bestaat een 'Standard list of
Symbols and Abbreviations' (tweetalig; in het Engels
en in het Frans) die de basis vormt voor alle zee-
kaartlegenda's van IHO-leden.
Ongeacht het land van uitgifte (en daarmee de lands-
taal) zal dus in ieder van die leganda's bijvoorbeeld
het nummer C-ll aangeven hoe de hoogte van boom-
toppen wordt gekarteerd, F-12 de afkorting voor
'kenbaar' geven, H-17 een pontonbrug of 0-29a
wrakresten betekenen.
In de voorliggende Kaart 1 is deze nummering op de
'oude' (zonder blauw kader) pagina's zichtbaar.
Het valt daar op dat vele nummers wöl een beschrij-
ving, maar gödn symbool aangeven. Dit betekent, dat
er internationaal wöl behoefte was aan deze beschrij-
ving, maar dat er op de Nederlandse zeekaarten geen
speciaal symbool voor was (is). (Bijvoorbeeld 1-67-
Paviljoen, of G-33-Sloepenhaven.
Het omgekeerde komt ook voor: Nederland kent Sym
bolen welke men (nog) niet in de 'Standard List' heeft
opgenomen. Deze onderwerpen zijn herkenbaar aan
een lettercombinatie tussen haakjes, zoals (Da)
hoogtecijfer buiten positie of (Ia)-HK Hervormde
Kerk.
EN
VOORKOMEND OP DE NEDERLANDSE ZEEKAARTEN
UITGEGEVEN DOOR DE
CHEF DER HYDROGRAFIE
Lees verder op pagina 35.
KT 1983. IX. 5