SCHILDER, G. Plaatsbepaling.
De oude kaart in zijn verscheiden-
heid van toepassingen. Inaugurele
rede Utrecht, 15 november 1982.
Amsterdam, Nico Israel, 1982.
31 blz. Met 13 kaarten en afbeel-
dingen. ISBN 90 6072 140 3
Een nieuw benoemd hoogleraar in
enigerlei discipline doet er goed
aan bij het voorbereiden van zijn
inaugurele rede voor ogen te hou-
den dat hij deze zal uitspreken voor
een zaal, gevuld met: 1. een rela-
tief klein aantal vakgenoten, aan
wie hij in het körte bestek van zijn
betoog weinig fundamenteel nieuws
zal kunnen mededelen; 2. een
groep academici voor wie zijn vak
in het gunstigste geval een weinig
bekend randgebied vormt; 3. een
relatief grote groep die met zijn
vak geen enkele binding heeft, en
die om allerlei andere dan strikt
wetenschappelijke redenen aanwe-
zig is. Het is van belang, dat met
name deze laatste groep niet de
zaal verlaat met gezichten waarop
een eerbiedig onbegrip te lezen
Staat.
Schilder heeft in zijn oratie bewust
niet voor een methodologisch on-
derwerp gekozen, doch voor een
breed, maar niet oeverloos panora-
ma van zijn leervak: hij laat zijn
toehoorders -mede aan de hand
van een fraaie dia-presentatie -
kennis nemen van een groot aantal
aspekten van de historische karto-
grafie, die hij nadrukkelijk plaatst
in het bredere kader van de alge-
mene cultuurgeschiedenis, zowel
als dat der sociale en politieke ge-
schiedenis. Op twee zaken legt hij
grote nadruk: 1. de kaart is geen
'illustratiemateriaal', doch dik-
wijls een historisch basisdocu-
ment ('bron') van gelijke rang als
het geschreven of gedrukte docu-
ment en het materiele objekt, ja,
in veel gevallen het enige ter be-
schikking staande getuigenis van
een historische gebeurtenis of toe-
stand; 2. de historische kartogra-
fie Staat nog slechts aan het begin
van haar ontwikkeling en mogelijk-
heden: een waarschijnlijk zeer
grote hoeveelheid materiaal wacht
nog op ontdekking, en de ontsluiting
van het inmiddels gelocaliseerde
materiaal hinkt, ondanks indruk-
wekkende recente prestaties (Koe-
man, Donkersloot) nog aanzienlijk
na.
Het is in deze context begrijpelijk
dat Schilder zijn toehoorders ken
nis laat nemen van enkele recente
ontwikkelingen binnen zijn vakge-
bied: de herontdekking van de kar-
tografische Scholen van Edam en
Enkhuizen (de zgn. 'Noordholland-
se school')en het kort geleden
aan het licht gekomen bestaan van
een volledig uitgerust kartografisch
instituut van de V. O. C. in Batavia;
in beide ontdekkingen heeft hij een
zeer groot aandeel gehad. Het zou
verkeerd zijn hem op grond van
zijn enthousiasme over deze en an
dere ontdekkingen te karakterise-
ren als een bezeten 'Treasure
hunter', geheel in de ban van door
hem ontdekte en te ontdekken unie-
ke stukken. Het is misschien wel
goed hier op te merken dat de on-
misbare discussie over de maat-
schappelijke en culturele relevantie
van kaartmateriaal eerst kan be
ginnen op het ogenblik dat dit mate
riaal ter tafel ligt en behoorlijk is
beschreven en in zijn historisch-
kartografische en karto-bibliogra-
fische context gesitueerd.
Met name in het slot van zijn oratie
toont Schilder een open oog te heb-
ben voor de culturele aspekten van
zijn vak, zowel wat betreft de ar-
tistieke uitvoering van de oude
kaart als haar positie als cultuur-
goed van de eerste rang: hij voert
een krachtig pleidooi voor inventa-
risatie, redding, conservering en
restauratie en facsimilering van
historisch-kartografisch belang-
rijke stukken.
A. H. Sijmons
Voorgestelde "rayons"
van de KT - correspondenten
i
R de Wijs
Bellamy straat 2
3515 EL Utrecht/
itbus 6633
AP Rotterdam
M van Dongen
Postbus 58
9700 MB Groningen
J Snabilie
Dapperstraat115
1093 BS
Amsterdam
C van Elzakker
Postbus 6
7500AAEnschede
J Meijer
Postbus
3002
K de Blaey
Arnhemweg 46
6862 XN Oosterbeek
38
KT 1983.
IX.
5