De bodemkaart van Nederland 1 50.000
J.P. Heerema en A.J.E. van Riel
Kennis van de verschillende eigenschappen van de bo-
dem is een economische noodzaak, zeker in Nederland
waar zo'n intensief gebruik wordt gemaakt van de bo-
dem. De Stichting voor Bodemkartering heeft van de
overheid de opdracht gekregen de verschillende bodem-
eigenschappen in Nederland te inventariseren. De
resultaten hiervan worden onder andere gepresenteerd
in de vorm van een systematische bodemkaart
1:50. 000, welke rond 1990 voltooid zal zijn (figuur 1).
Figuur 1. Bladindeling van versehenen bladen van de
Bodemkaart van Nederland 1:50. 000
(bijgewerkt tot 1-1-1984).
In dit artikel zal aandacht worden besteed aan de
bronnen en de verwerking van de gegevens, die ten
grondslag liggen aan deze kaart. Vervolgens zullen
de grafische presentatie en de methoden van produktie
worden behandeld, waarbij naast handmatige karto-
grafie automatisering ook een belangrijke rol begint
te speien. Daarna wordt het kostenaspect behandeld,
en tenslotte zullen de toepassingsmogelijkheden aan
de orde komen.
Bronnen en verwerking van gegevens
Sedert 1945 wordt door middel van detailkarteringen
ten behoeve van ruilverkavelingen en stadsuitbreidings-
plannen informatie verzameld over de bodem. Met
dergelijke detailkarteringen is ca. 60% van de voor
landbouw in aanmerking körnende gronden bedekt (1).
Ook wordt informatie verzameld ten behoeve van de
systematische kartering. In totaal worden er voor een
blad van de bodemkaart 1:50. 000 (dat 50. 000 ha bedekt)
8. 000 - 10. 000 boringen verricht. Dat komt neer op een
gemiddelde boordichtheid van 1 boring per 5 ha. Bij
het bepalen van de lokatie van een boorpunt houdt de
karteerder rekening met een evenwichtige verdeling
van boorpunten over het gebied, en de mogelijkheid om
bodemgrenzen vast te leggen op grond van verschillen
in landschap. Hiertoe worden ook topografische kaar-
ten en luchtfoto's bestudeerd op aanwijzingen voor ver-
anderingen in bodemeigenschappen. De gegevens van
alle boringen worden door de bodemkundige geinte rpre-
teerd, waarna hij op basis van een classificatiesysteem
de bodemgrenzen intekent.
Vrijwel altijd gaat het ene bodemtype geleidelijk over
in het andere bodemtype, zodat geen scherpe bodem-
grens aanwezig is. Een onzuiverheid van 25 - 30%
wordt, gelet op schaal en leesbaarheid, als acceptabel
beschouwd.
Wanneer binnen een gebied meerdere bodemsoorten
zo verspreid voorkomen, dat ze niet ieder afzonderlijk
kunnen worden weergegeven, karteert men het geheel
als een assoclatie: in de legenda wordt zo iets als een
kombinatie apart genoemd en verklaard.
Grafische presentatie
De topografische ondergrond.
Een bodemkaart is zonder topografische ondergrond
vrijwel niet bruikbaar. Maar welke topografische ge
gevens zijn noodzakelijk 'onder' het thema bodem?
Enerzijds dient de gebruiker zieh goed in het terrein
te kunnen oriSnteren, maar aan de andere kant moet
er voldoende ruimte overblijven voor de weergave van
soms ingewikkelde bodemverschillen. Vrij spoedig kan
er bij combinatie van deze eisen een chaos ontstaan,
die ter wille van de leesbaarheid dient te worden ver
mieden.
Aangezien de bladindeling van de Nederlandse bodem
kaart dezelfde is als die van de Topografische Kaart
1:50. 000, meenden wij oorspronkelijk deze kaart in
ongewijzigde vorm als basis te kunnen gebruiken.
KT 1984.X. 3
35