IJE* iVw 1
Figuur 2. Hetzelfde fragment als in figuur 1,
uitgave 1956.
keling in haven-, industrie- en woningbouw van groot
belang.
De editie van 1962 bevat de eerste verschijnselen
zoals parkeerkommen, maar de grootste verandering
was de kleurstelling. De gele tint verdween; de indus-
trieterreinen werden ongekleurd weergegeven, de
agrarische terreinen in een rastertint van groen even-
als de bouwblokken in de rastertint van de bebouwing.
Verder nog rastertinten voor bij voor beeld sportvelden.
Toen kwam de grootste verandering in deze kaart-
serie.
Van 36 kaartbladen van een formaat van 40x60 cm
werd overgegaan naar 24 kaartbladen met een formaat
van 70x60 cm.
Mede ten gevolge van de havenontwikkeling had de
wandkaart op schaal 110. 000 zieh inmiddels sterk
inhoudelijk ontwikkeld en ook het gebied dat werd be-
streken nam sterk toe. Met uitzondering van straat-
profilering, percelering en erfscheidingen gaf zij een
vrijwel identieke inhoud weer, zij het iets meer gege-
neraliseerd.
In de editie van 1970 van de kaartserie 15. 000 zijn
de industrieterreinen in grijs, en de in uitvoering
zijnde projecten door streep- of stippellijnen weer
gegeven of door rasterpatronen in kleur. Het schritt
is aangebracht met behulp van afwrijfletters. De le-
genda, die voor het eerst op het kaartblad werd afge-
drukt, telt 54 onderwerpen. Het enige dat nog gödn
kleur had, waren de wegen. Ondanks het toenemen van
de reeds genoemde straatprofielen, was het lijnen-
beeld nog ongecompliceerd.
De uitgave van 1977, de laatste uit het pen- en inkt-
tijdperk, toont een aantal verbeteringen. Zo is onder
andere het plakschrift vervangen door zetschrift en
zijn de plakrasters verdrongen door het inbelichten
van rasters in de kopie. Een contrastrijker beeld was
het resultaat.
Inmiddels was het tijdperk van graveren reeds enige
jaren ingetreden en bewerkingen met peelcoats, con-
trastrasters enz. -kortom het huidige produktie-
systeem - werd al op vele kaarten en kaartseries toe-
gepast. Graveren is sneller en dus goedkoper, ook
voor de 1:5. 000.
De kaartserie van de editie 1978, door de heer Pinder
in zijn artikel beschreven, toont een kleurrijk, gede-
tailleerd en uitgebalanceerd beeld. Maar het handhaven
van de kaart werd steeds moeilijker.
De omvangrijke revisietijd en de onregelmatige revi-
sieperiode per blad leidde tot een wandkaart die er als
een lapjesdeken uitzag. Als gevolg daarvan besloten
vele dienten over te gaan naar de wandkaartserie op
schaal 110. 000. De laatstgenoemde kaartserie heeft
het voordeel, dat ze de gehele gemeente en het gehele
Rijnmondgebied afbeeldt.
In de uitgave van 1978 (figuur 3) is geel teruggekeerd
als mengkleur. De beschrifting is in onderkast zet
schrift, type Helvetica.
Figuur 3. Hetzelfde fragment als in de figuren 1 en 2,
uitgave 1978.
Ook komen daarin de eerste verschijnselen voor die de
stadskartografen voor nogal wat problemen stellen,
zoals woonerven. De kaart werd door de nog rester en
de groep gebruikers goed ontvangen. Het zijn die ge-
bruikers die wegenprofilering of percelering nodig
hebben. Desondanks waren er geen aanwijzingen dat
de gebruikersgroep zieh uitbreidde of zelfs stabiliseer-
de. De kosten van deze kaartserie bleken, ondanks de
veranderde produktiemethode, te hoog in verhouding
tot de vraag. Ook de benodigde produktietijd, was nog
te veel voor de capaciteit van de tekenkamer.
Maar zonder een kaart 15. 000 kunnen sommige afde-
lingen of gebruikersgroepen niet. Dit zijn de 'echte
gebruikers', die de kaarten gebruiken als werkkaart
of plotkaart. Vragen naar lichtdrukken of kaarten met
een lichte, minimale kleurstelling deden dit vermoe-
den. Maar de zwart-wit lijnenbeeldkaarten zijn voor
velen m^eilijk te interpreteren, vooral wanneer er
KT 1984. X. 4
23