MODELSKI, Andrew M. Railroad
Maps of North America. The first
hundred years. Washington, Libra
ry of Congress, 1984. 186 p.
gebonden. Met 92 reprodukties van
spoorwegkaarten waarvan 5 in
kleur, en een aantal afbeeldingen.
ISBN C 8444 0396 2. Prijs 28. -
De kaartenafdeling van de Library
of Congress bezit een collectie van
meer dan 5000 kaarten betrekking
hebbend op het spoorwegwezen in
Noord-Amerika. Uit deze reus-
achtige verzameling selecteerde de
auteur er 92, alle vallend binnen
de periode 1828-1921. Het leeuwe-
deel hiervan is gewijd aan de
spoorwegen in de Verenigde Staten,
doch er is ook een kleine groep
kaarten over Canada en öön over
Mexico.
Het is een prachtig uitgevoerd
kaartenboek, dat een goed inzicht
geeft in de ontwikkeling van een
type van thematische kaarten dat
reeds vroeg in de negentiende eeuw
zijn intrede deed. Het kaartenma-
teriaal wordt ondersteund en ge-
suppleerd door prachtig fotomate-
riaal uit de grote tijd van Ameri
ka's spoorwegen. De carto-biblio-
grafische informatie is, zoals te
verwachten viel, correct.
Aanvankelijk kan men nauwelijks
van een specifiek kaarttype spre-
ken. De eerste kaarten zijn zuiver
topografische, door 'surveyors'
gemaakte kaarten, waarop grote
aandacht is besteed aan het reli'öf
en de algemene topografie, doch
waarop de ontworpen spoorweg
slechts als een dun en moeilijk in
het terrein terug te vinden lijntje
Staat afgebeeld. AI spoedig verän
dert dit en zien we de overige topo
grafie terugtreden, terwijl de
spoorwegen zieh als zwaardere en
duidelijker in het oog springende
lijnen voordoen. Geleidelijk ont-
staat het zo bekende type 'echte'
spoorwegkaart met de dikke zwarte
of rode lijnen voor de spoorwegen,
waarin voor elk Station een witte
stip is uitgespaard. Bij de kleine
schaal die deze kaarten dikwijls
hebben liggen de stations vlak bij
elkaar en zijn de plaatsnamen dicht
opeen, soms gebogen doch meestal
als rechte stokjes geplaceerd, het-
geen de kaarten vaak een stijf ui-
terlijk geeft. Het weglaten van min
der belangrijke stations vond niet
plaats, het ging er bij deze kaarten
juist om te tonen, dat alle plaatsen
längs de lijn door de maatschappij
bediend werden en dus door de
spoorweg wel degelijk uit hun iso-
lement verlost en in hun economi-
sche ontwikkeling gestimuleerd
werden. Dit raakt een belangrijke
funetie van de spoorwegen in de
Amerikaanse geschiedenis, name-
lijk die van het openleggen van het
continent voor de snel binnenstro-
mende nieuwe bevolking, die ver-
zekerd moest worden van vervoer
en van afvoer van hun landbouw-
produkten naar de markteentra en
de uitvoerhavens. Niet zelden voert
de spoorwegmaatschappij dan ook
een aktieve 'land grant' politiek en
maakt zij Propaganda voor vesti-
ging in de door haar bediende ge-
bieden.
Naarmate de eeuw voortschrijdt
ontwikkelt zieh ook sterker het
systeem van aftakkingen ('bran-
ches') en streeklijnen, die als toe-
voerlijnen ('feeders') voor de door-
gaande hoofdlijnen ('trunk lines')
fungeren. Het spoorwegwezen
droeg in de negentiende eeuw nog
geheel het karakter van een geheel
van elkaar fei beconcurrerende
particuliere ondememingen, van-
daar dat elke maatschappij met
eigen kaarten uitkwam, waarop uit-
sluitend de eigen lijnen standen af
gebeeld. Het ontbrak dan ook niet
aan vaak snorkende reklame voor
de eigen maatschappij ('This is
America's great four-track Trunk
line between East and West. It
is the most comfortable route
between The East and Chicago'
roept de New York Central Rail
road ons toe). Grote havensteden,
onder meer Boston, komen met
prachtige vogelvluchtplattegronden
waarop de connectie van de spoor
wegen met de havenfaciliteiten
overduidelijk wordt gedemon-
streerd. Een grote rol speelt bij
deze kaartproduktie de ook nu nog
befaamde firma Rand MacNally te
Chicago, op wier lithografische
persen een groot deel van deze
merkwaardige kaarten werd ge-
drukt, kaarten die tegelijk kaart
en propagandabiljet waren. Het
best komt dit nog tot uiting in de
verrukkelijke gekleurde gerepro-
dueeerde exemplaren van de
'bird's eye views' van de Steden,
die een prachtig beeld geven van
de negentiende-eeuwse Amerikaanse
stad in haar relatie tot haar toen-
malige levensader: de spoorweg.
A. H. Sijmons
LE BENIN, Kolawota Sikirou
ADAM en Michel BOKO. Cotonou,
Sodimas/Paris, Edicef, 1983.
96 p. gefllustreerd; ISBN 2 850
69313 8.
Het 'Manuel de gdographie du B<S-
nin' (Aardrijkskundig handboek van
Bdnin) is een combinatie van leer-
boek en atlas, bestemd voor de
leerlingen van de zesde klas van de
lagere Scholen in Benin. De aard-
rijkskunde van het land wordt be-
handeld in 18 hoofdstukken, te be
ginnen met een algemene voorstel-
ling van de Volksrepubliek Benin
en zijn administratieve indeling,
reliSf, geologie, enz. tot vervoer,
communicatie en vreemdelingen-
verkeer.
Elk hoofdstuk wordt voorafgegaan
door een körte samenvatting en
eindigt met een zogenaamde peda-
gogische sectie met richtlijnen
voor de leraren over welke andere
materialen bij een bepaalde les
nodig zijn. Tevens worden vragen
en oefeningen voor de leerlingen
gegeven. Fraaie kleurenfoto's,
kaarten en diagrammen maken,
met een degelijke, ietwat conserva-
tieve lay-out, van het geheel een
goed boek om naar te kijken.
Kartografisch werk werd geleverd
door het 'Laboratoire de cartogra-
phie gdographique' van de 'Univer
sita Nationale du Bönin'. Dit is
vrij eenvoudig werk en is dan ook
eenvoudig behandeld; met andere
woorden de generalisatie is over
duidelijk, wellicht met oog op de
doelgroep (lagere schoolleerlingen).
Het maken van kaarten voor het
lagere schoolonderwijs is altijd
moeilijk geweest; weinige kaarten-
makers hebben het kunnen preste-
ren aan te sluiten op de behoeften
van scholieren van lagere leeftijd.
Meestal worden gewone kaarten
aangepast door een grote hoeveel-
heid informatie weg te laten, maar
weinig of niets wordt gedaan aan
een aangepaste vormgeving of
kleurkeuze. Wat is daarover Uber
haupt bekend? Het is hier ook niet
gebeurd.
Een duidelijk voorbeeld van over-
generalisatie is te vinden op pagi-
na 10, waar de administratieve
grenzen van districten en provin-
cies zeer onwaarschijnlijk aandoen.
Overigens, deze grenzen weerge-
geven op twee naast elkaar gelegen
kaartjes, lijken niet op elkaar.
Jammer. Aan de andere kant, op
pagina 47, komen twee landbouw-
KT 1984. X. 4
79