vorm van programmatuur (bijvoorbeeld met behulp
van as-lijn-techniek, de ballon-techniek of met be
hulp van patroonherkenning)echter geen enkele
methode geeft momenteel een algemeen bevredigend
resultaat voor het ingewikkelde lijnenpatroon dat op
vele kaarten voorkomt.
Onderdelen van grafische
IGS-apparatuur
Fase
Beeldverwerking
CAD
(rastertoepassing)
(vectortoepassing)
Invoer
Scanner (zwart-
Digitizer en meet
wit/kleur
loupe
Toetsenbord
Toetsenbord
Spraakinvoer
U itvoer
Filmrecorder
Trommelplotter
Vlakke tekentafel
Printer-Plotter
Printer-Plotter
zwar t-wit/kleur
(zwart-wit/kleur)
Microfilmplotter
Microfilmplotter
Hardcopy-eenheid
Hardcopy-eenheid
Bewerkingen
Raster-werk-
Vector-Werkstation
station
(refresh-storage,
(zwart-wit/kleur)
alleen zwart-wit)
Rasterbeeldscherm
(zwart-wit/kleur)
Cursor
Cursor
Bestands-
Ra ster structuur
Vector structuur
opbouw
Quadtree
Topologie
Enkele
DICOMED
CALCOMP, COM
voorbeelden
PUTERVISION
DIPEX
GRADIS 2000
I 2S
HEWLETT
PACKARD
MEASURONICS
IBM
OPTRONICS
IGOS
RAMTEK
INTERGRAPH
MEDUSA
SIEMENS
TEKTRONIX
Hybride Systemen met
BROOMALL
RASTER/VECTOR
CGIS
en VECTOR/RASTER conversie
LASERS SCAN
SCITEX
SYSSCAN
Het interactieve Werkstation
Het interactieve Werkstation kent de volgende onder
delen (figuur 3):
1. Een of meerdere beeldschermen (met meetmerk)
2. Het toetsenbord ('keyboard')
3. De digitaliseertafel ('digitizermet meetloupe
('cur sor')
4. Het menu of een functietoetsenbord of beide
5. De 'hardcopy'-eenheid om een afbeelding op
papier te verkrijgen van het beeldscherm.
Figuur 3. IGS apparatuur
1 Beeldscherm
2 Digitaliseertafel
3 Menu
4 Toetsenbord
5 Meetloupe
6 Kopieereenheid
7 Kaart
Beeldscherm(en).
Bi] de grafische beeldschermen Valien twee kenmer
ken op: de elektronische techniek en de beeldopbouw.
De techniek is die van een kathodestraalbuis (CRT)
waarbij door verhitting van de kathode elektronen vrij-
komen. Door de aantrekking skr acht van de anode krij-
gen de elektronen een versnelling in de richting van
het scherm. Onderweg naar het scherm gaan de elek
tronen door een magnetisch veld en door verandering
in dit magnetisch veld aan te brengen wordt de elek-
tronenstraal afgebogen (figuur 4).
Figuur 4. Beeldbuis.
De beeldopbouw geschiedt op twee manieren, namelijk
op vectorbasis of op rasterbasis. Bij een vector-
beeldscherm is de afbuiging van de elektronenstraal
zodanig dat op het scherm een oplichtende lijn ont-
staat tussen twee opgegeven coördinaatpunten (begin-
en eindpunt van die lijn).
Bij een rasterbeeldscherm bestaat het beeldscherm
uit een aantal (uiteenlopend van 256 tot 2048) horizon
tale lijnen, ieder onderverdeeld in een aantal beeld-
punten (eveneens varierend van 256 tot 2048). Het
aantal beeldlijnen en het aantal beeldpunten per lijn
bepalen het oplossend vermögen (ofwel de resolutie)
van het beeldscherm (momenteel meestal 1024 bij
1280). De beeldopbouw bij een rasterbeeldscherm ge
schiedt door lijn voor lijn elk opeenvolgend punt af-
zonderlijk een 'kleur' te geven (zwart of wit bij een
zwart-wit beeldscherm). Dat moet voor het gehele
beeld een aantal (meer dan 15) malen per seconde ge-
beuren opdat het menselijk oog het beeld als stilstaand
bete
draad
anode
vacuum
cathode
afbuigings
platen
scherm
14
KT 1985. XI. 1