LANÜINRICHTINGS
DIENST
KARTOGRAFENDAGE N
P LANNINGSKARTOGRAF IE
In de hal van het Kantorengebouw
Westraven bij Utrecht stond 22 en
23 april een tentoonstelling opge-
steld, gewijd aan de niet-bestaande
topografische kaart 1:100. 000. De
Nederlandse rijks- en provinciale
diensten met een karteringstaak
lieten hier zien hoe ze zieh, bij het
ontbreken van deze kaart, behelpen
met ander materiaal, dat vergroot
of verkleind wordt, om Over een
kaartondergrond op deze vooral
voor pianologische doeleinden ui-
termate geschikte schaal te kunnen
beschikken.
Deze tentoonstelling was het enige
uitwendige teken van de Kartogra-
fendagen; ze speelden zieh verder
af in 6dn van de conferentiezalen,
waar een honderdtal (pianologische)
kartografen zieh anderhalve dag
bogen over de speeifieke Proble
men van de planningskartografie.
Op de eerste dag kwamen theore
tische en stedelijke aspekten van
de planningskartografie aan de or-
de. Ir. R. van der Schans begon
met een lezing over het juridisch
kader en de eisen die vanwege de
wet aan het kaartmateriaal worden
gesteld. Prof. dr. F. J. Ormeling
volgde, en liet zien welke grafi
sche mogelijkheden er aan de plan-
ningskartograaf ter beschikking
staan om kwalitatieve of geordende
informatie goed leesbaar aan te
geven op de kaart. Daarop kwamen
twee mensen uit de praktijk aan de
beurt, die demonstreerden welke
van deze mogelijkheden ze toepas-
sen: A. Perquin van de Rijksplano-
logische Dienst in Den Haag gaf
aan waarom bij de vormgeving van
de Nota Ruimtelijk Kader Rand-
stadgroenstruetuur voor nieuwe
ontwerpen was gekozen, met zeer
instruetieve dubbelprojectie van de
oorspronkelijke en aangepaste
beeiden. De bij dit nummer gevoeg-
de kaartbijlage Randstadgroen-
struetuur toont hoeuitgaande van
de bestaande landschapsstructuur,
de recreatiemogelijkheden rond de
grote Steden in de nabije toekomst
kunnen worden uitgebreid.
Ir. Vogelij van Stedebouwkundig
bureau Zandvoort toonde onder
meer aan de hand van een kaartse-
rie van Purmerend hoe de planner
het bestaande landschap (en ook de
kartografische weergave ervan) bij
zijn ontwerpen van stadsuitbreidin-
gen laat meespelen. Het is altijd
weer indrukwekkend welk een ge
weidige hoeveelheid kaartmateri
aal, veelal in manu script, ten be-
hoeve van het planningsproces
vervaardigd wordt. Jammer dat
daar zo weinig van naar buiten
komt.
Drs. K. Krijnders en drs. F. E.
Gomberts, beiden afgestudeerde
geografen die zieh in de kartogra-
fie hebben gespecialiseerd, had-
den voor de Kartografendagen een
voorstel voor een homogene legen-
da voor streekplannen uitgewerkt,
en presenteer den deze, nadat
Krijnders eerst aan de hand van
een aantal streekplannen mogelijk
heden voor verbetering liet zien.
De bijdrage van Gomberts wordt
in KT. 1985. XI. 3 opgenomen.
Prof. P. Burrough van het Geogra-
fisch Instituut in Utrecht, behan-
delde de analysemogelijkheden van
kaarten voor planningsdoeleinden,
en gaf met name aan hoe met
beeldverwerkingsapparatuur Re
mote Sensinggegevens konden wor
den gebruikt. Drs. E. Bobbert van
de Noordbrabantse PPD, een van
de redacteuren van de Atlas van
Nederland, besloot de eerste dag
met een verantwoording van het
door hem geschreven en vormge-
geven Atlaskatern Ruimtelijke
Ordening.
De tweede dag stond geheel in het
teken van de 50-jarige Landinrich-
tingsdienst: het gezelschap werd
welkom geheten door Ir. R. Men-
tink, en het hele programma werd
verzorgd door medewerkers van
de Kartografische Afdeling van
deze dienst, te beginnen met J. H.
Quick en J. Bronkhorst die de wen-
sen van technici met betrekking
tot kartografische informatie en
de voorziening daarvan behandel-
den.
1935 1985
Vervolgens kwam de PR-man van
de LD, drs. J. Hartholt met be-
paalde wensen met betrekking tot
kaartmateriaal, onder andere om-
trent de 'voortgangskaart' die con-
stant de laatste stand in de proce-
dure van de landinrichtingsprojec-
ten moet geven en omtrent het
weer geven van alter natieven in de
plannen. B. G. Henning en A. H. van
Kesteren gaven aan hoe aan die
wensen wordt voldaan. Een karto-
graaf 'uit de provincie', H. Hansen
vroeg in dit rollenspel om een be-
hoorlijke ondergrond 1:100. 000,
en W. A. van de Vegte van het
'hoofdkwartier' in Utrecht liet zien
welke gedachten er leven om een
dergelijke kaart te vervaardigen
en welk onderzoek daaraan is voor-
afgegaan. AI deze voordrachten wa
ren goed voorbereid, met vaart ge
bracht en uitstekend geillustreerd.
Ze gaven vooral van de technische
kant van de planningskartografie
van het landelijk gebied een goed
overzicht.
Tijdens de goed van drankjes voor-
ziene pauzes werd de mogelijkheid
verder besproken om tot een NVK-
Werkgroep planningskartografie te
komen; eiders in dit nummer treft
u daarover nog een oproep aan.
De organisatie van de kartografen
dagen was in handen van mevrouw
Hoogendoorn, de heer Van der
Schans en ondergetekende.
F. J. Ormeling
WERKGROEP
PLANNINGSKARTOGRAFIE
Willen degenen die mee willen doen
in een werkgroep planningskarto
grafie zieh melden bij de secreta-
ris van de NVK, Postbus 58,
9700 MB Groningen?
Mogelijke taken van de werkgroep
zijn al aangegeven in het artikel
van Ir. R. van der Schans, Karto-
grafisch Tijdschrift 1984-1, p. 16.
VERSLAG VAN DE ALGEMENE
LEDENVERGADERING 1985
De Algemene Ledenvergadering
van de NVK werd gehouden op
dinsdag 23 april 1985 in het Rijks-
kantorengebouw Westraven te
Utrecht.
Aanwezig zijn 46 leden, terwijl
van de heren J. van Hoek, A. Kers
en L. van Zuijlen bericht van ver-
hindering is ontvangen.
In zijn welkomstwoord komt voor-
zitter Bos kort terug op de Karto
grafendagen Planningskartografie,
6
KT 1985. XI. 2