een koördinatenlezer kan registreren of op een
beeldscherm danwel via een tekenautomaat ver-
werkbaar is.
(d) Het kleinste grondoppervlak dat door een
opnamesysteem (multispectrale scanning, radar)
apart wordt geregistreerd.
422.0 kleur (a) Samenspei van de lichtsoort, die samen
hangt met een bepaalde golflengte (of een kombi-
natie van golflengtes) van het zichtbare licht, en de
kleurindruk, die met het oog wordt waargenomen.
(b) Een van de grafische variabelen (42.1 a) waarmee
in de kaart Objekten en verschijnselen kunnen
worden aangeduid of van elkaar onderscheiden.
Opm: Kleuren kunnen ontstaan door additieve kleur-
menging (422.4a) of door subtraktieve kleurmen-
ging (422.4b).
Kleuren kunnen in een systeem worden gerang-
schikt (bijv. een kleurencirkel (422.2)) op grond van
drie eigenschappen: hun tint (422.8(a)), hun grijs-
waarde (422.18) en hun verzadiging (422.16b).
Bekend zijn o.m. de (1) kleursystemen van Munsell
en van Ostwald.
422.1 vlakkleur Kleur gebruikt ter aanduiding of onder-
scheiding van een vlakvormig objekt of verschijnsel
in de kaart.
Syn: vlaktint.
422.2 kleurencirkel Rangschikking van de kleuren in op-
eenvolgende Sektoren van een cirkel, naar de volg-
orde zoals ze in het spectrum voorkomen.
422.3 komplementaire kleuren Twee kleuren die bij addi
tieve kleurmenging (422.4a) wit licht opleveren.
Opm: In een kleurencirkel (422.2) staan komplemen
taire kleuren tegenover elkaar, bijv. blauw en geel.
422.4a additieve kleurmenging Kleurmenging die tot stand
komt wanneer twee lichtbundels van verschillende
kleur op dezelfde plaats vallen of gelijktijdig in werken
op het oog.
Opm: Men neemt in ditgeval de som (bijeenvoeging)
van de lichtintensiteiten van de beide kleuren waar.
De basiskleuren der additieve kleurmenging zijn
blauw, groen en rood. Additief vermengen zieh
blauw groen tot eyaan, groen -I- rood tot geel,
blauw rood tot magenta en blauw groen rood
tot wit.
Men noemt deze basiskleuren ook wel (1) primaire
kleuren.
422.4b subtraktieve kleurmenging Kleurreduktie die tot
stand komt ten gevolge van absorptie van licht van
bepaalde golflengtes door verschillende gekleurde
substanties of voorwerpen.
Opm: Deze kleurreduktie treedt op wanneer een
lichtbundel dooreen kleurfilter valt of bij hetdrukken
van kleuren over elkaar. Er wordt dan een deel van
het licht weggenomen zodat een andere kleur
ontstaat.
De uitgangskleuren van de subtraktieve kleurmen
ging zijn eyaan, magenta en geel. Bij het overelkaar
16
drukken van transparante kleuren wordt eyaan over
geel waargenomen als groen, geel over magenta als
rood en eyaan over magenta als blauw. Cyaan,
magenta en geel over elkaar worden waargenomen
als zwart.
422.5 mengkleur Kleur die ontstaat door menging van
twee of meer kleurstoffen.
422.6 normkleuren Volgens normering vastgestelde uit
gangskleuren van de subtraktieve kleurmenging
(422.4b).
Opm: Deze vaststelling kan bijv. gebaseerd zijn op
de DIN-norm.
Syn: genormaliseerde kleuren.
422.6a kleurstandaardisatie Vastlegging van een kleuren-
schaal (21.34) of van afzonderlijke kleuren ten
behoeve van de weergave van speeifieke Objekten of
verschijnselen.
Syn: kleurnormalisatie.
422.6b standaardkleuren Kleuren die volgens afspraak zijn
vastgesteld voor de weergave van speeifieke Objek
ten of verschijnselen. Bijv. bosgroen en zeeblauwop
topografische kaarten, kleuren voor geologische
formaties op geologische kaarten.
422.7 kontrastkleuren Kleuren die ten gevolge van kon-
trastwerking door het oog anders worden waarge
nomen dan ze in werkelijkheid zijn.
Opm: De waargenomen kontrastkleuren zijn steeds
ten naaste bij komplementair aan de kleur van de
achtergrond. Indien men een witte letterop een rode
achtergrond beschouwt, dan neemt de witte letter
een groene kleur aan.
Kontrastkleuren moeten niet verward worden met
(1) kontrasterende kleuren, waaronder kleuren wor
den verstaan die in de kaart een kontrastwerking
oproepen.
422.8 (kleur)tint (a) De zintuiglijke indruk die licht van een
bepaalde golflengte wekt, bijv. rood, oranje, enz.
Opm: In deze betekenis is kleurtint een van de kleur-
eigenschappen (422.16a). Men gebruikt hiervoor
ook de term kleur(soort).
(b) De lichtere en donkere schakeringen van een
bepaalde kleursoort, bijv. weide- en bostint op de
topografische kaart; grijstinten in een zwart-witfoto.
422.9 norm(kleur)tinten De door de Commission Inter
nationale de l'Eclairage (C.I.E.) vastgestelde kleurtin-
ten (422.8(a)).
Syn: genormaliseerde kleurtinten.
422.9a kleurenmengboek Katalogus van normkleuren
(422.6) of normkleurtinten (422.9).
Opm: Een kleurenmengboek wordt gebruikt in de
drukkerij om na te gaan op welke wijze een gewen-
ste kleur door menging van drukinkten kan worden
verkregen.
Een (1) kleurenwaaier is een bijzondere vorm van
een kleurenmengboek.
NVK 1985