a
cHn53
Hn53
Vll
cHn53
cHgb
cHn53
Hnb3
tZn53
III
GEMIDDELDE OPBRENGSTDEPRESSIE VOOR GRASLAND door toename van het vochttekort als gevolg van
grondwaterstandsverlaging, in van de netto potentiele droge-stofopbrengst
1 <1
~1 I 1-3
~5 I 3-5
4 I 5-7
~S I >7
LÜ «sSS
cHn53
Hn53
Vll 2
cHn53
VI
Hn53
VI
cHn53
V
tZr>53
V
Hn53
VI
Ho53
V
tZn53i
«Hn53
VI
GEVOELIGHEID VOOR GRONDWATERSTANDSVERLAGING
I I I sterk gevoelig: kleine kritieke grondwaterstandsverlaging 50 cm) en grote maximale opbrengstdaling
I 2 I matig gevoelig matig grote kritieke grondwaterstandsverlaging(50-100cm)en grote maximale opbrengstdaling
I 3 I weinig gevoelig grote kritieke grondwaterstandsverlaging(> 100 cm)en geringe maximale opbrengstdaling
37