verbinding, zie bijvoorbeeld de Eemhaven. De opslag- plaatsen van olie zijn voornamelijk te vinden aan de nieuwe diepere havens. In de onmiddellijke nabijheid hiervan vinden we de chemische industrie. De gegevens zijn verdeeld in 4 hoofdcategorieen en 7 subcategorieen. De 4 hoofdcategorieen bevatten de meest kenmerkende bedrijvigheden in de havens. Dit zijn - opslag en overslag - industrie - scheepsbouw en -reparatie - diensten Een hoofdcategorie wordt weergegeven door een be- paalde kleur. Subcategorieen worden weergegeven in tinten van de betreffende kleur. Eventueel verder onderscheid wordt gemaakt door middel van letters waardoor in principe 2 of 3 leesniveaus zijn gecreeerd. Kaartproduktie De kaarten zijn volgens de vier-kleurendruk methode (cyaan, magenta, geel, zwart) gemaakt. Voor de kaartproduktie zijn van te voren produktieschema's opgesteld, waarin alle handelingen van het produktie- proces zijn opgenomen. De produktie is per kaart op- gezet, dat wil zeggen er zijn per kaart vier eindfilms gemaakt, dus in totaal twaalf eindfilms. Later zijn de drie losse eindfilms van dezelfde basiskleur gemon- teerd op ddn A2-montagefilm, in totaal dus vier A2- montagefi 1ms. Ik zal nu, het produktieproces volgend, enkele aktiviteiten behandelen (zie schema p. 44). Het basismateriaal waarmee we van start gingen was een gidsbeeld op een graveerfilm, verkregen van de afdeling Kartografie van Gemeentewerken Rotterdam. Het gidsbeeld is afkomstig van een negatief van de kaart Rotterdam-Europoort 1 80.000. Met behulp van dit gidsbeeld is gegraveerd, waarbij tegelijker- tijd ook is gegeneraliseerd, vooral in de bebouwing. In de topografie, die van belang is voor het thema, dus vooral de watercontouren van de havens, is niet gegeneraliseerd. Bij de wegen is geen sprake van een echte generalisatiede meeste wegen (en overige topo grafie) zijn op het negatief afgedekt zodat alleen de belangrijkste wegen overbleven. De contouren van de bebouwing zijn op een aparte gravure gezet omdat dit tijdwinst opleverde. Hierna zijn de 2 gravures en het negatief gecombineerd tot een positief waarvan licht- drukken werden gemaakt ten behoeve van de kleur- modellen. In deze fase is ook het lay-out model ge maakt (A2-formaat)waarop alle maten van de kaar ten en tussenruimten voor de titels exact staan aan- gegeven Het legendablok is voor alle drie kaarten in de linker- onderhoek geplaatst. In het legendablok zijn standaard tweekolommen legendablokjes gegraveerd. Later wer den, afhankelijk van het thema, de overbodige legenda blokjes afgedekt. Van het negatief met het volledige lijnenbeeld zijn ver- volgens de peelcoats gemaakt. De produktie is opge- zet volgens de positief-methode. Dat houdt in dat na het pellen de peelcoats rechtlezend negatief moeten zijn, zodat na het inbelichten met de rasters spiegel- beeldig positieve eindfilms worden verkregen. De peelcoats werden na het inbelichten en etsen ingedekt met een Masking Coat zodat ook het lijnenbeeld ondoor- laatbaar werd voor licht. Bij het pellen zijn die lijnen die längs het gepelde vlakje liggen, weer weggehaald. Dit om eventuele aansluitproblemen (witte randjes) zoveel mogelijk te vermijden. Na het inbelichten van de peelcoats zijn op het negatief van het gehele lijnenbeeld de contouren van de bebou wing afgedekt. Dit omdat de bebouwing zonder con touren in het eindbeeld moest komen terwijl de con touren natuurlijk wel nodig waren voor het pellen. Met het negatief zonder de bebouwingscontouren is later inbelicht voor de zwarte eindfilm. In totaal zijn voor de drie kaarten veertien peelcoats gebruikt. Deze werden gepeld naar bestemming. Bij de kaarten Ouderdom en Ifenmerken is bespaard op het aantal peelcoats. Voor de kaart Ouderdom zijn op ddn peelcoat alle havens gepeld. Deze peelcoat werd: 1. omgekontakt naar een positief om als masker te dienen bij het inbelichten van het overig water (buiten de ouderdomsklassen) 2. als gids gebruikt voor de snijfilms, voor elke ouder- domsklasse ddn snijfilm. Voor de kaart Kenmerken is ten behoeve van de diepte- klassen ään peelcoat gemaakt waarop de middelste diepteklasse (10-15 m) is gepeld. Van dit negatief werd een positief gemaakt dat: 1. als masker diende bij het inbelichten van de overige twee diepteklassen; 2. in kombinatie met een masker van de overige twee diepteklassen, öok als masker diende bij het inbe lichten van het overig water. Zie inzet A in het produktieschema van de kaart Ken merken (figuur) Na het inbelichten van de eindfilms konden (per kaart) de kleurproeven (Cromalin) gemaakt worden. Binnen het gegeven tijdsbestek bleek het niet mogelijk om v<56r het drukken nog noemenswaardige korrekties uit te voeren. Daarom zou men de bij läge in dit tijdschrift moeten zien als een ongecorrigeerde drukproef, Montage en drukken De drie losse eindfilms zijn op een A2-formaat mon tagefilm gemonteerd. Dit gebeurde uiteraard voor iedere basiskleur (zwart, cyaan, magenta, geel) zo dat we uiteindelijk vier A2-montagefilms hadden. Op de eerste montagefilm zijn paskruizen aangebracht. De overige drie montagefilms zijn met behulp van deze paskruizen onderling in register gebracht. Op de montagefilm voor de kleur zwart zijn bovendien de titels, vermelding van auteurs, druk enz. geplaatst. Vervolgens zijn de drukplaten gemaakt en kon het drukken van de kaart beginnen. De kaart van Rotter dam is gedrukt op een Roland offset-drukpers, ään kleurengang. Evaluatie: opmerkingen over het resul- taat Basistopografie In de basistopografie zijn de wegen te gedetailleerd gewordendit is het gevolg van het afdekken op het negatief. Overigens zijn alleen de belangrijkste aan- en afvoerroutes van het havengebied aangegeven. Een vol, rood blokje in de legenda is een niet zo gelukldge keuze geweest. In de bebouwing is in sommige gevallen het lijnenbeeld KT 1986. XII. 1 43

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1986 | | pagina 53