(1graveren op glas, maar deze methode is weinig gebruikelijk. Syn: graveren op plastic. 622.4 graveerlaag Dünne laag, transparant of niet-trans- parant, die aangebracht is op een harde, door- zichtige, maatvaste drager en bestemd voor het graveren van een tekening of deelorigineel. 622.6 negatiefgravure Graveerprocödö (622.3) waarbij de tekening in een niet-transparante laag wordt gegra- veerd, met als resultaat een negatief beeld (672.5b). 622.7 positiefgravure Graveerprocede (622.3) waarbij het gegraveerde beeld wordt ingezwart, waarna ver- volgens de resterende graveerlaag wordt verwijderd, met als resultaat een positief beeld (672.5a). 623.1 pellaag Dünne, niet-transparante laag, die aange bracht is op een maatvaste, transparante drager en waarin door snijden of etsen contouren (421.4(1)) worden uitgespaard. Opm: De vlakken tussen de contouren kunnen gemakkelijk worden verwijderd, waardoor een nega tief masker (623.2(2)) ontstaat. Syn: striplaag. 623.2 masker Drager met transparante en niet-transparante delen, bestemd om bepaalde gedeelten van een origineel bij hetfotograferen of kopieren onbelichtte laten of juist wel te belichten. Opm: Een (1) positief masker bevat niet-lichtdoor- latende elementen zoals lijnwerk of schrift, welke belichting voorkomen. Bijv. een vet masker voor het vrijstellen van schrift. Een (2) negatief masker bevat open, lichtdoorlatende vlakken, die eventueel met tussenvoeging van een raster, meehelpen een beeld op te bouwen. Bijv. een (3) kleurmasker (vaak aangeduid met de engelse term peelcoat). 623.5 strippingfilm Dünne filmlaag die na belichten en ont- wikkelen van de drager kan worden verwijderd. Opm: Strippingfilm wordt gebruikt voor de schrift- montage (652.8). Daartoe wordt meestal direkt na het ontwikkelen längs mechanische weg een kle- vende waslaag aangebracht. 623.6 pelfilmprocödö Kartografisch procede waarbij delen van een pellaag (623.1) worden verwijderd met als resultaat een negatief masker (623.2(2)). Opm: Het verwijderen van de pellaag noemt men (1 pellen of strippen. Syn: stripmaskprocöde. 623.7 afwrijfschrift Letters en Symbolen die op een teke- ningdrager (61.2) kunnen worden overgebracht door ze af te wrijven van een drager waarze spiegelbeeldig op staan. Opm: Men gebruikt dit materiaal bij de schrift- montage (652.8). Syn: afwrijfletters en -Symbolen 623.8 plakschrift Letters en Symbolen aangebracht op zelfklevende film (623.9). Opm: Men gebruikt dit materiaal bij de schrift- montage (652.8). Syn: plakletters en -Symbolen; zelfklevend schrift. 623.9 zelfklevende film Dünne, doorzichtige kunststoffolie met kleefstof aan de achterzijde. Opm: Zelfklevende film vormt de basis voor letters, Symbolen en rasterpatronen, die hiermee op snelle wijze zijn aan te brengen op een tekening. Ook gebruikt men wel gekleurde folie met een kleeflaag. 623.10 plakraster Raster of rasterpatroon aangebracht op zelfklevende film (623.9). 631.1 (fotografische) film Doorzichtige kunststofdrager waarop een fotografische emulsie (631.2) is aan gebracht. Opm: Men onderscheidt de volgende soorten films: (1halftoonfilm, voor de weergave van grijstinten; (2) grafische film, voorde weergave van zuiverzwart-wit en (3) kleurenfilm. De moderne, zilverloze zwart-wit film is vervaardigd volgens het principe van de kleurenfilm. 631.2 (fotografische) emulsie Lichtgevoelige laag bestaan- de uit gelatine en een fijnverdeelde zilververbinding (zilverbromide, zilverchloride of zilverjodide), aan gebracht op een onderlaag van papier of film. Opm: Door belichten wordt de zilververbinding ont- leed en ontstaat een (1latent beeld, dat door middel van chemische bewerkingen zichtbaar gemaakt kan worden. Emulsies worden onderscheiden naar hun gevoeligheid voor licht (o.m. in orthochromatisch en panchromatisch). Dit is van belang voor de te kiezen snelheid van belichting. Verder bestaat er onder- scheid naar de gevoeligheid voor de soort licht, aangeduid met de term (2) kleurtemperatuur. 631.3 duplikaat (op film) Een kopie op fotografische film van een origineel op film. Opm: Duplikaat en origineel zijn volkomen gelijk, d.w.z. beide zijn positief of negatief. 631.4 fotopapier Papier waarop een fotografische emulsie (631.2) is aangebracht. Opm: Als basis gebruikt men tegenwoordig in plaats van papier ook kunststofmateriaal. Syn: fotografisch papier. 631.5 korrektostaatpapier Gewapend tekenpapier(611.4) waarop een fotografische emulsie (631.2) is aan gebracht. 631.6 filmvervorming Veranderingen in de afmetingen van een vel film veroorzaakt door temperatuurwisselin- gen en veranderingen in het vochtigheidsgehalte van de lucht. Opm: Men onderscheidt (1rek of uitzetting van film en (2) krimp. 631.7 omkeerfilm Fotografische film die van een positief origineel direkt, zonder tussenschakel, een positief duplikaat levert (of van een negatief origineel direkt een negatief duplikaat). Syn: autopositieffilm. 34 NVK 1986

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1986 | | pagina 34